Bloemen-orakel.
Reeds dikwijls is het madeliefje met zijn sierlijke witte blaadjes ondervraagd geworden over de geheimen der liefde. Gretchen was de eerste niet die de levensvraag tot het bloempje richtte: Liebt er mich ein wenig, gar nicht? Vóór en na haar hebben er velen diezelfde liefelijke waarzegster om uitkomst gevraagd. Dit schoone kind schijnt er ook veel aan te hechten wat het bloempje haar antwoordt. Haar aandacht is strak gespannen, haar lippen zijn half geopend, terwijl zij langzaam één voor één het madeliefje van zijn blaadjes berooft en half luid mompelt zij de gewichtige woorden.
Zij is zeker dat hier in het groene bosch niemand haar bespiedt; hij, wien het orakel geldt, vooral niet. Ware hij in de nabijheid, misschien zou hem de beantwoording der vraag nog minder moeilijk vallen dan de bloem. Het meisje schijnt zoo lief, zoo onschuldig, zoo bevallig, het is haast niet mogelijk, haar niet veel, innig, van harte lief te hebben; een blik, een handdruk, een kus zouden haar duidelijker en zekerder antwoord geven dan die stomme blaadjes.
Maar hij is nu ver van haar, zij twijfelt aan zijn liefde, zijn trouw, zij is nog te jong om iets belangrijker te achten dan het antwoord op haar vraag. Wij helpen haar wenschen dat het antwoord gunstig mag luiden en dat het orakel waarheid spreekt.