baan aan op een helling van 50 millimeters van Padang-Pandjang, dat 773 M. hoog ligt, en scheidt zich een zijtak af naar Fort de Kock. Dit is de voornaamste garnizoensplaats van de hollandsche troepen; om daar te komen,
spoorwegrails en tandradbaan.
moet de spoorlijn de hoogte van 1154 M. boven het peil der zee bereiken, ten einde den bergrug, die de Merapi, de grootste vulkaan van Sumatra, van den Singalang scheidt, te overschrijden. Van daar dan daalt zij naar Fort de Kock af, dat 920 M. hoog ligt. Dit gedeelte heeft hellingen van 80 millimeters per meter en is bijna geheel een tandradbaan.
Tot Padang-Pandjang blijft de lijn op de gezonde en rijk bevolkte hoog-vlakte Menang-Kabio, het sanatorium der officieren en gouvernements-ambtenaren.
Het land is hier zeer rijk en de bevolking even talrijk als in de meest bevolkte landen van Europa; Padang-Pandjang, de hoofdplaats der residentiën Ampat-Kotta, is op de grens der hoogvlakte gelegen.
Na deze stad verlaten te hebben daalt de ijzeren weg met een steile helling af naar Kajoe-taman en richt zich dan naar de havenstad Padang, de hoofdplaats van Sumatra's westkust. Van Padang-Pandjang tot Kajoe-tanam is de lijn weer geheel met tandraderen voorzien die een helling van 70 millimeter per meter hebben; op den gewonen spoorweg is de helling slechts van 23 millimeter.
Voorbij Kajoe-tanam gaat de spoorlijn zonder andere
viaduct op sumatra.
hinderpalen voort tot Padang; een zijtak gaat naar Padoe-Ajer, een andere naar Port-Emma, het eindstation; maar deze twee punten zijn beide in het eigenlijke Padang gelegen, dat, behalve de middenstad, er evenals Batavia uitziet: als een groot park, met villa's, door tuinen omringd, over een aanzienlijke vlakte verspreid.
Het is ondoenlijk alle technische bezwaren, waarmede men te kampen had, hier op te sommen. Onder de bruggen is de viaduct over de rivier Aneï tusschen Padang-Pandjang en Kajoe-tanam een der merkwaardigste.
Zooals men op onze afbeelding zien kan, is zij in een schilderachtige streek gelegen en maakt daar een fraai effect. Haar helling is van 68 millimeters en draagt een tandradbaan. De brug is geheel van metaal; zelfs de dwarsbalken mochten niet van hout zijn, daar het hout in de heete landen al te spoedig aan bederf onderhevig is.
Onze afbeelding geeft twee modellen van de gebruikte dwarsbalken; die van den gewonen weg No. 1 zijn in het midden gedeukt, die aan de tandradbaan daarentegen geheel recht en hebben in het midden twee openingen, die moeten dienen om het tandrad te bevestigen. De dwarsbalken van de eerste soort wegen 30 kilogram, van de tweede 103 kilogram per meter.
De locomotieven hebben drie soorten van ramtoestellen en worden altijd achter den trein gespan-