|
| |
| |
| |
tuinbouw-tentoonstelling.
| |
Chicago en hare wereldtentoonstelling.
Met drie afbeeldingen.
Bij de keuze van een plaats voor de ontworpen Wereldtentoonstelling ter herdenking van het vierde eeuwfeest der ontdekking van Amerika door Christophorus Columbus, had het Bondscongres te Washington min of meer met eenige moeilijkheden te worstelen. In de landen der oude wereld neemt de hoofdstad eene zóó overwegende positie in, dat het bij de vraag, waar men zulk een tentoonstelling zal houden, van zelf spreekt, dat alleen de hoofdstad van het land in quaestie de daartoe geschikte en bestemde plaats is. Zoo zouden in ieder geval Londen, Parijs, Berlijn, Weenen, Amsterdam en andere Europeesche hoofdsteden steeds ook als zetel der Wereldtentoonstelling beschouwd worden, wanneer er sprake was om in een der genoemde landen eene dergelijke tentoonstelling te houden. In de Vereenigde Staten van Noord-Amerika daarentegen kwam het, ten gevolge der democratische Staatsinrichting, tot een wedijver tusschen de groote steden des lands. Vijf plaatsen die op den naam van ‘wereldstad’ aanspraak kunnen maken: New-York, Chicago, Philadelphia, Boston en St. Louis, konden bewijzen dat zij elk in het bijzonder geschikt waren om er de Wereldtentoonstelling te houden, en dat zij in elk dezer steden kans van welslagen had. Ten slotte bleef de vreedzaam gevoerde wedstrijd om de eer van als minzame en vriendelijke gastvrouw der tentoonstellingsbezoekers op te treden, uitsluitend tot New-York, Chicago en St. Louis beperkt. De overwinning viel aan de stad Chicago ten deel, en deze keus, die door het Bondscongres na langdurige overweging gedaan was, werd door het geheele land goedgekeurd en met blijdschap begroet.
Chicago vertegenwoordigt ten opzichte van haren ouderdom, haren om vang en haar ontwikkelingsproces het Americanisme op veel aanschouwelijker wijze dan een harer zustersteden. Immers, hare geschiedenis vormt als 't ware een kort begrip van de verbazend snelle ontwikkeling der Vereenigde Staten. Een zestigtal jaren geleden bestond de bevolking van Chicago uit drie familiën, die in blokhuizen woonden; tegenwoordig is de stad met hare 1,250,000 inwoners op één na de grootste des lands, en de zevende in rang onder de steden der wereld. De drie blokhutten zijn verdwenen, en in plaats daarvan is er in den loop dier zestig jaren een stad gebouwd, die een 2000 Engelsche mijlen lang stratenfront, een rivieroeverfront van nagenoeg 50 mijlen en een meeroeverfront van 20 mijlen omvat. Hetzelfde Chicago, dat een halve eeuw geleden als een verpestend moeras bekend stond, mag er zich ten huidigen dage op beroemen, de gezondste stad des lands te zijn, wijl haar officieel geconstateerd sterftecijfer slechts 17.49 per duizend bedraagt. Een goede vijftig jaar geleden meenden de betrokken autoriteiten, dat het Chicago van die dagen ternauwernood de voldoende hoeveelheid grondoppervlakte bezat, om een stad te worden, - tegenwoordig omvat het rechtsgebied der stad 170 vierkante Engelsche mijlen. Twintig jaar geleden werd de stad door een in de geschiedenis van den jongsten tijd onovertroffen brand bezocht, waardoor ongeveer 20,000 gebouwen in de asch gelegd werden en een schade van over de tweehonderd millioen dollars werd aangericht. Thans is daarvan geen spoor meer te bemerken, want als een feniks is de stad weder schitterend uit hare asch te voorschijn gekomen.
In het Chicago van den huidigen dag bevinden zich zulke huizen-kolossen, als men ze van gelijke grootte en hoogte ternauwernood ergens op den aardbodem zal aantreffen. Reuzengebouwen van tien, twaalf, zestien en zelfs twintig boven elkaar liggende verdiepingen zijn in de stad geen zeldzaamheid, en in één dezer gebouwen waren niet lang geleden eens over de 20,000 menschen tegelijkertijd aanwezig, meer dan het geheele aantal inwoners van den Staat Illinois in den aanvang dezer eeuw.
De gemiddelde temperatuur van 1 Mei tot 30 No- | |
| |
vember bedroeg gedurende het laatste zestal jaren 59.6 graden Fahrenheit, en varieerde tusschen 39.9 in November en 75.5 in Juli. Haren buitengewoon gunstigen gezondheidstoestand dankt de bevolking van Chicago gedeeltelijk aan het onvergelijkelijke openbare park- en boulevard-systeem. De parken beslaan een oppervlakte van 2000 acres; de boulevards - met boomen beplante en met grasvelden en bloemperken verfraaide wandelplaatsen - strekken zich dertig mijlen lang rondom het centrale hoofdgedeelte der stad uit, met een breedte van 100 à 200 voet.
Een halve eeuw geleden zou de aankomst eener flotille van de grootte, zooals er Columbus, den ontdekker der nieuwe wereld, vóór 400 jaren een ten dienste stond, een zenuwschokkende gebeurtenis geweest zijn in diezelfde stad Chicago, die tegenwoordig op één na de grootste havenplaats der Vereenigde Staten ten opzichte der tonnenmaat, en de eerste volgens het aantal der binnenkomende en vertrekkende vaartuigen vormt. Meer dan 25,000 schepen, met een gezamenlijken inhoud van nagenoeg negen millioen tonnen, komen en vertrekken hier jaarlijks. De wasdom van Chicago in alle mogelijke opzichten is dan ook zóó wonderbaarlijk, dat de stad zelve reeds als een der opmerkelijkste verschijningen dezer eeuw eene bezienswaardigheid vormt.
De éénige slachterswinkel, die vóór omstreeks 50 jaren den vleeschhandel van Chicago vertegenwoordigde, heeft plaats gemaakt voor een etablissement, dat jaarlijks meer dan tien millioen stuks vee, ter gezamenlijke waarde van omstreeks tweehonderd millioen dollars, tot voedingsmiddelen verwerkt, bestaande uit omstreeks duizend millioen verschgeslacht vleesch en circa een millioen pond gepekeld varkensvleesch en luchtdicht verpakt, zuiver toebereid rundvleesch. Maar ook in ander opzicht kan de stad Chicago als de leverancierster van voedsel voor de menschheid beschouwd worden, wijl door haar jaarlijks honderd millioen bushels graan en twee millioen vaten meel naar alle wereldstreken verzonden worden.
Voor de beteekenis der stad als middenpunt der spoorwegen wordt het welsprekendste getuigenis afgelegd door het feit, dat 27 verschillende lijnen in de stad saâm komen en rechtstreeks van daar naar den Atlantischen en den Grooten Oceaan, de Noordelijke IJszee, de golf van Mexico, naar alle groote steden van de Vereenigde Staten en Canada, naar de grenzen van Mexico en naar Manitoba loopen. De lengte dezer spoorweglijnen varieert tusschen 50 en 7000 Engelsche mijlen. Behalve de twee stations, die ieder slechts voor één spoorweg dienst doen, bevinden er zich zes groote, fraai en gemakkelijk ingerichte algemeene stations in de stad. Dagelijks gaan er tegenwoordig 902 passagierstreinen, waarvan 248 directe en sneltreinen en de anderen accomodatie- en voorstadstreinen zijn, aan deze stations in en uit. Het aantal der dagelijks op die wijze vervoerde passagiers wordt op 175,000 geschat. Voor het goederenvervoer zijn de spoorweg-etablissementen en de door goederenloodsen, pakhuizen, magazijnen, droogschuren, aanlegsteigers enz. beschikbare inrichtingen tegenwoordig reeds zóó groot en uitgestrekt, dat de Wereldtentoonstelling er iederen dag zou kunnen gehouden worden, zonder tot een stremming der middelen van verkeer aanleiding te geven. Door ceintuurbanen, die de verschillende personen- en goederenstations met elkaar verbinden, is een snel vervoer binnen de stad verzekerd. Daar nu alle verkeermiddelen met het oog op de Wereldtentoonstelling nog belangrijk verbeterd en vermeerderd zullen worden, behoeft men er niet aan te twijfelen, dat ze, zoowel voor personen- als goederenvervoer, vóór, tijdens en na de dagen der Wereldtentoonstelling méér dan voldoende zullen wezen.
Aan de tentoonstellers en de bezoekers, die Chicago's inrichtingen ten opzichte der gastvrijheid op de proef zullen stellen, kunnen wij hier mededeelen, dat de stad thans reeds nagenoeg 1400 hotels bezit, die dooreengenomen ieder gemakkelijk 100 gasten kunnen huisvesten. In enkelen der grootsten hebben reeds duizend gasten en meer tegelijk een goed onderkomen gevonden, en nog verscheidene dergelijke groote en elegant ingerichte hotels zijn voor de Wereldtentoonstelling ontworpen en in aanbouw, zoodat voor de gastvrije ontvangst van 200,000 bezoekers der tentoonstelling gezorgd wordt. Behalve de hotels, zijn er in de stad meer dan 5000 kost- en logeerhuizen, en minstens even zooveel particuliere woningen, alwaar vreemdelingen in ieder geval eene goede, gemakkelijke en goedkoope huisvesting kunnen vinden. Kortom, het getal is niet te hoog, maar veeleer nog te laag geraamd, wanneer men Chicago's capaciteit voor de gemakkelijke huisvesting en behoorlijke verzorging van vreemdelingen op 300,000 personen berekent.
Voor een dergelijken toevloed van vreemdelingen zullen ook de vervoermiddelen op de openbare straat vermeerderd en vergroot worden. Luchtspoorwegen (boven de huizen), die thans reeds zoo onmisbaar blijken, zijn deels in aanbouw, deels ontworpen. De kabel- en tramwegen, die nu reeds de geheele stad in alle richtingen netvormig doorkruisen en dagelijks ongeveer drie millioen passagiers kunnen transporteeren, zullen nog verbeterd en vergroot worden.
Het bestuur van dit groote gemeentelijke lichaam is opgedragen aan een Burgemeester (mayor) en den stedelijken Raad, en wordt door hen, in overeenstemming met de grootte der stad, op waardige wijze geleid. De politiemacht bestaat tegenwoordig uit 1036 man, een cijfer dat op verre na niet toereikend zou zijn voor de grootte der stad, wanneer Chicago niet in het bezit was van een bewonderenswaardig stelsel van telegraafstations, die onderling op een afstand van een kwart Engelsche mijl van elkander gelegen en met den politiedienst der patrouillewagens verbonden zijn. Die patrouillewagens staan dag en nacht aangespannen en gereed tot den dienst, om met de grootst mogelijke snelheid de plaats eener hier of daar ontstane rustverstoring te bereiken en de orde te herstellen.
Niet minder voorbeeldig dan de politiemacht, ja werkelijk bewonderenswaardig in haar soort, is Chicago's brandweer ingericht. De groote brand van 1871 was voor de burgers der stad een ernstige waarschuwing tot het organiseeren van een brandweer, die als onovertroffen in de geheele wereld mocht beschouwd worden. Zij bestaat tegenwoordig
| |
| |
uit 56 stoomspuiten, 12 chemische spuiten, 21 haken- en ladderwagens, 3 stoombootjes, een watertoren met standpijp, en een uit 800 duchtig geoefende brandweermannen gevormd personeel, dat over 380 paarden beschikken kan. De brandweertelegraaf maakt het iederen burger mogelijk, binnen een ongelooflijk klein tijdsverloop een dozijn stoomspuiten tegelijk - en zoo noodig nog meer - naar een of ander gedeelte der stad te ontbieden.
Met betrekking tot den wateraanvoer is de stad in den volsten zin des woords goed verzorgd. Uit de heldere watermassa van het meer Michigan, aan welks oevers de stad zich verheft, worden door kolossale onderaardsche buizenleidingen, die zich twee tot vier Engelsche mijlen ver onder den bodem van het meer door tunnelkanalen uitstrekken en in groote, met alle bekende inrichtingen van waterzuivering voorziene reservoirs eindigen, dagelijks 150 millioen van het smakelijkste en gezondste drinkwater door middel van groote pompstations en - na afloop van een reinigingsproces in de waterwerken - door practisch ingerichte leidingen naar alle oorden der stad en tot boven in de hoogste verdiepingen der gebouwen geleid. Het rioolwater der stad wordt nu niet in het groote meer, waar een verontreiniging van het water niet buitengesloten zou zijn, maar langs en in de rivier geleid. Aan het begin der onderaardsche afvoerleiding bevinden zich reusachtige pompwerken, welke het water der rivier uit en in kanalen pompen, die ze niet in het meer, maar door de Illinois-rivier in den Mississippi leiden, waarin zij spoorloos verdwijnen. Het rioolwater vloeit derhalve in de Chicago-rivier stroomopwaarts.
Het Chicagosche postkantoor levert bij statistieke vergelijking het allerbeste bewijs voor den wasdom van Chicago en hare beteekenis als wereldstad. In den loop van het jaar 1891 werden bij voorbeeld meer dan 500 millioen postbestellingen bewerkstelligd, en 27,000 ton gewicht door het postkantoor zoowel van aankomende als naar vertrekkende treinen geëxpedieerd. Het postkantoor Chicago is namelijk, behalve het hoofdstation van ontvang en verzending voor lokale postartikelen, ook hoofdkwartier voor het zesde district van den spoorwegpostdienst, waarin alleen 856 spoorwegpostbeambten op de door de Staten Illinois en Jowa tot naar Nebraska en Wyoming loopende spoorwegpostlijnen zijn aangesteld. De grootte van den Chicagoschen postdienst kan men zich eenigszins voorstellen, wanneer men in aanmerking neemt, dat de aldaar gevestigde opper-postdirecteur het opzicht over 10,000 postmeesters en hunne ondergeschikten heeft, welke over de Staten Illinois, Jowa, Wisconsin, Michigan, Minnesota en Noord- en Zuid-Dakota verdeeld zijn. Het hoofdpostgebouw, dat twintig jaar geleden voor een som van vier millioen dollars gebouwd werd, is reeds te klein gebleken, en in het Bondscongres zijn daarom onderhandelingen aanhangig gemaakt, die tot de vestiging van een postkantoor in Chicago zullen leiden, dat zelfs St. Martins te Londen in grootte en in practische inrichting overtreffen zal.
Tegenwoordig verschijnen er in 't geheel 531 couranten te Chicago. Van het abonnementencijfer en de verspreiding dier bladen kan men zich een voorstelling maken, wanneer men bedenkt, dat er jaarlijks twintig millioen pond pakketten couranten door het Chicagosche postkantoor verzonden worden.
De wijsheid van het Congres in de keuze van Chicago als zetel der Columbus-Tentoonstelling zou nog met talloos velen van die statistische opgaven toegelicht en gestaafd kunnen worden. Vermeld zij hier alleen nog, dat de stad omstreeks 500 kerken, 25 schouwburgen met plaatsruimte voor 35,000 toeschouwers, 120 openbare scholen en eene menigte andere modelinrichtingen bezit. Omtrent zulk een groote stad, die jaar aan jaar nieuwe gebouwen met een stratenfront van gemiddeld 50 Engelsche mijlen opricht, thans totale statistieke opgaven te geven, zou dáárom vergeefsche moeite zijn, omdat er tot het Wereldtentoonstellingsjaar 1893 allerwegen eene belangrijke toeneming zal te constateeren zijn, en zulke opgaven dan niet meer juist en met den waren toestand overeenstemmend zouden zijn.
Er bestaat alle reden om te veronderstellen, dat de aanstaande Wereldtentoonstelling de grootste zal zijn van allen, welke tot dusver gehouden werden, of althans met de grootste van die allen volkomen gelijk zal staan. Bij alle voorbereidende maatregelen heeft men dan ook dit doel in het oog gehouden. Blijkens de bepalingen der op de tentoonstelling betrekking hebbende Congreswet, waren er tien millioen dollars voor de zaak bijeengebracht, vóór en aleer de President de proclamatie der Wereldtentoonstelling in Chicago en de uitnoodiging aan alle natiën der wereld tot deelneming uitvaardigde. De burgerij van Chicago heeft het stedelijk bestuur gemachtigd om vijf millioen dollars door de uitgifte van rentegevende en met bepaalde tusschenruimten af te lossen schuldbrieven bijeen te brengen; en de overige vijf millioen dollars heeft het tentoonstellings-comité, dat uit omstreeks 30,000 aandeelhouders bestaat, waaronder elke stand, elke industrie en elke nuance der cosmopolitische bevolking vertegenwoordigd is, van den eersten aanvang af ter beschikking gesteld. Het oorspronkelijke cijfer van het aandeelenkapitaal is nu reeds sedert lang méér dan volteekend; er komen zich bijna dagelijks nieuwe inschrijvingen aanmelden, en uit dien hoofde zijn de directeuren der tentoonstelling gerechtigd tot de stellige verwachting, dat er nogmaals een bedrag van vijf millioen dollars bijeengebracht zal worden. Op die wijze zal dan het Wereldtentoonstellingsfonds, ongerekend de 1½ millioen dollars, welke de regeering der Vereenigde Staten bewilligd heeft, tot vijftien millioen dollars zijn gestegen.
Een prachtig en voortreffelijk geschikt terrein, ruim duizend acres groot, en gunstig gelegen aan den oever van het meer Michigan, is als plaats voor de te houden tentoonstelling aangewezen. Jackson-Park, in het zuidelijke gedeelte der stad gelegen, vormt het terrein voor het hoofdgedeelte der tentoonstelling; het ‘Lakefront’ in het middenpunt der stad zal tot een park, dat voor entrée dienen moet, ingericht worden; en het Washington-Park benevens de prachtige breede boulevard ‘Midway Plaisance,’ die het Jackson-Park met het Washington-Park verbindt, is voor de zijtakken der tentoonstelling gereserveerd. Voor de verfraaiing van deze
| |
| |
parken werden reeds vier millioen dollars toegestaan, eer men er nog over dacht, dat zij als terrein voor de Wereldtentoonstelling dienst zouden doen. Het geheele Jackson-Park is reeds zoodanig voor de tentoonstelling ingedeeld, dat het beplante noordelijke gedeelte een verwonderlijk schoonen ingang tot de
machine-gebouw.
tentoonstelling vormen zal, terwijl het zuidelijke, nog niet beplante gedeelte voor de tentoonstellingsgebouwen is aangewezen. De aardwerken zijn reeds in vollen gang, en de beste architecten des lands zijn druk aan 't werk om artistiek mooie gebouwen voor de tentoonstelling te ontwerpen. De eerste spadesteek voor de Wereldtentoonstelling werd den 27sten Januari 1891 gedaan.
De bouwwerkzaamheden werden in 't voorjaar van 1891 begonnen en met zulk een energie en zooveel werkkrachten ten uitvoer gebracht, dat de gebouwen op den bepaalden tijd (12 October 1892) als geheel gereed opgeleverd en daarna tot de ontvangst der tentoonstellings-artikelen ingericht kunnen worden.
Op het tentoonstellingsterrein in het Jackson-Park worden verscheidene ontwerpen uitgevoerd, die verbazing en bewondering bij de bezoekers teweeg zullen brengen. De tegenwoordige inham van het meer, aan den noordelijken oeverkant van het park, wordt zoodanig verlengd, dat hij een lagune vormt, die zich op zekere hoogte vertakt en daar een boschrijk, schilderachtig gelegen eiland omsluit. De weelderige boschpracht van het park zal aan den eenen kant met het ruime uitzicht op de golfjes van het meer, en aan den anderen kant met het bedrijvige leven en de groepen gebouwen op het tentoonstellingsterrein het grootst mogelijke contrast vormen en aan den blik des bezoekers een aangename afwisseling bieden. Door middel van een kanaal wordt uit het eindpunt dier lagune een vaart in zuidelijke richting, langs het hoofdgebouw der tentoonstelling, aangebracht; deze vaart loopt uit in een grooten vijver, die het midden van een ruim, vierkant plein vormt, waaromheen de voornaamste gebouwen der tentoonstelling gegroepeerd worden. De boorden van den vijver en van het kanaal worden steil afglooiend uitgegraven en met sierlijke balustrades en lijstwerken omzoomd, die weder trappen, terrassen en aanlegplaatsen zullen vormen voor hen, die hier per boot komen. In den vijver worden fonteinen aangebracht, welker stralen overdag in het zonlicht en 's avonds bij electrische, veelkleurige verlichting een prachtig schouwspel zullen opleveren. De oevers der lagune worden natuurlijk in harmonie met hunne omgeving versierd. Alle voetpaden op het tentoonstellingsterrein worden reeds bestraat en van rustbanken voorzien. De plantsoenen en tuinen zijn natuurlijk met bloemen, struik- en boomgroepen bezet, die reeds in rijke verscheidenheid geplant zijn.
De gebouwen zullen in hun eigenaardigen stijl als groepeering een prachtigen indruk op de bezoekers maken; en om hun ook bij slecht weer de noodige beschutting te verleenen, worden de gebouwen door overdekte zuilengangen met elkaar verbonden.
Vlak tegenover den vijver en het daar omheen liggende open plein zal een breed en ruim landhoofd (pier) 1500 voet ver in het meer uitgebouwd worden, en tegelijkertijd als veiligen havendam voor de daar landende schepen dienst doen. Dit landhoofd zal een glooiende vlakte vormen, welker hoogste punt aan het uiterste einde ligt, opdat de bezoekers op deze aanlegplaats een onbelemmerd uitzicht over de groepen gebouwen en hunne omgeving, de van kijkers wriemelende wegen en de menschengroepen op de bestrate deelen van den oever, benevens over den vijver en al de heerlijkheden der Wereldtentoonstelling zullen bekomen. Aan het uiterste einde wordt dit landhoofd zóó ver verbreed, dat er ruimte genoeg is voor een groot restauratie- en ververschings- | |
| |
lokaal, een muziekpaviljoen en een danszaal, die ook voor het geven van concerten kan ingericht worden. Dit landhoofd zal tot een van de voornaamste aantrekkelijkheden der tentoonstelling gemaakt worden.
De Bondsregeering zal haar eigen gebouw en hare eigene afdeeling op de tentoonstelling leveren, en reeds is haar te dien einde een geschikte plaats op het tentoonstellingsterrein aangewezen. Ongetwijfeld zal dit regeeringsgebouw een van de schoonste der geheele tentoonstelling worden. Daartegenover zal het gebouw der visscherij geplaatst worden, dat een soort van aquarium bevatten zal en zoo ingericht zal zijn, dat het ontstaan en de levenswijze der waterdieren er aanschouwelijk in wordt voorgesteld.
De Marine-afdeeling van de expositie der Bondsregeering zal van het hoofddeel der Wereldtentoonstelling gescheiden zijn. Het daarvoor bestemde gebouw zal den vorm en de grootte hebben van een der nieuwste gepantserde oorlogsschepen voor de bewaking der kusten; van dit soort stoomers worden er thans twee in Philadelphia en een te San-Francisco aangebouwd. Op een stevig fondament zal de uit metselwerk en cement, in plaats van uit ijzer en staal, gevormde reusachtige scheepskolossus zich aan den oever hoog boven den waterspiegel verheffen. In het tusschendek zullen uniformen, scheepsmodellen, uitrustingen, afbeeldingen en documenten worden geëxposeerd. Op het bovendek zal alles met de grootst mogelijke nauwkeurigheid precies zoo ingericht zijn als op de groote oorlogsschepen; de kanonnen zullen in de geschutpoorten, de reddingsbooten opgehangen, de equipage op haar plaats aanwezig zijn. De uitrusting
hooge toren.
administratie-gebouw.
zal uit vier dertienduims-, acht achtduims- en vier zesduims kanonnen, twintig zesponders en een aantal andere kanonnen bestaan. De schepen, van welke dit gebouw een model zijn zal, zijn de zwaarste, grootste en uit krijgskundig oogpunt de krachtigste, die tot dusver daar te lande gebouwd werden. Zij zijn ook van torpedobooten voorzien, en hebben een zestienduims staalpantser. Het inwendige van zulk een groot oorlogsschip kan evenwel door de ontworpen nabootsing niet aangetoond worden, daar deze ruimte voor het houden van tentoonstellingen beschikbaar moet blijven; het zal echter door middel van modellen zooveel mogelijk op aanschouwelijke wijze worden voorgesteld.
Het administratiegebouw zal het eindpunt vormen van al de op het tentoonstellingsterrein uitloopende verkeerwegen, lanen en paden. Ambtslokalen voor de politie en de brandweer, voor reclame en informatie, kortom ‘tot nut van 't algemeen’ zoowel voor de inzenders als voor de bezoekers, zullen daar gevestigd worden. Het gebouw zal architectonische schoonheid met gemakkelijke inwendige verdeeling paren, en voorts alle mogelijke gerieflijkheden voor het officieel en technisch verkeer opleveren.
Het machinegebouw zal grooter zijn dan alle dergelijke localiteiten op de dusver gehouden Wereldtentoonstellingen, en niet alleen machines bevatten, maar onder anderen ook eene groote, in het centrum gelegen open ruimte hebben, waar alle mogelijke soorten van vervoermiddelen zullen tentoongesteld worden. Er worden rails voor de zware machines gelegd en met de rails der onderscheidene spoorwegen, die naar het expositie-terrein loopen, in verbinding gebracht. Afzonderlijke localiteiten voor de productie van stoomkracht en verwarming worden elders, meer in verbinding met het machinegebouw, ingericht.
Het hoofdgebouw der Wereldtentoonstelling zal zoo aangelegd worden, dat in aparte afdeelingen - òf gelijkvloers, òf slechts één verdieping hoog - kamers voor de juryleden en voor speciale comités, of voor handels- en nijverheids-vereenigingen gereserveerd worden, benevens voor restaurants en bijbehoorende localiteiten. Bijzondere aandacht zal aan de verlichting van dit gebouw gewijd worden; ook wat
| |
| |
de verwarming betreft, zal voor hen, die dit verlangen, voldoende gezorgd zijn.
Vlak tegenover dit goederenpaleis zullen twee andere groote gebouwen komen te staan, het eene bestemd voor alles wat met de ontginning en de exploitatie van mijnen in verband staat, en het andere voor de productie van electriciteit. In dit laatste gebouw zal niet alleen de drijfkracht voor het electrisch licht en voor electriciteit in het algemeen geleverd worden, maar het zal ook een verzamelplaats voor alle denkbare electrische toestellen en benoodigdheden en voor electrische producten worden, en daardoor op zichzelf eene dag en nacht met electrisch licht prijkende bezienswaardigheid vormen.
Deze groep gebouwen, namelijk administratiegebouw, machinezaal, goederenpaleis, gebouw voor ontginning en exploitatie van mijnwerken en voor electriciteit, zullen een schoon gevormd, indrukwekkend geheel opleveren. Het bouwmateriaal zal in hoofdzaak uit ijzer, staal en glas en ook uit metselwerk bestaan, en van terra-cotta zal zoowel voor de uit- als de inwendige versiering der gebouwen een ruim gebruik gemaakt worden.
Om het bebouwde noordelijk gedeelte van het park niet te verwoesten, zal op een ruim en fraaigelegen weiland de Tuinbouwtentoonstelling gehouden worden. Het daartoe bestemde gebouw wordt bijna enkel van ijzer en glas opgetrokken, en zal van een kolossaal verwarmingstoestel voor de plantenkassen voorzien worden. Vóór dit gebouw zullen de schoonheden der in de open lucht aangelegde afdeeling der Tuinbouwtentoonstelling prijken. In de nabijheid daarvan worden tusschen de boomen kleine, sierlijk gevormde gebouwtjes voor ethnographische of economische tentoonstellingen opgetrokken. Een ontzaglijke, indrukwekkende ingangspoort en een prachtig bestuursgebouw zullen op de ‘Midway Plaisance’ zoodanig ingericht worden, dat zij daar ook na afloop der Wereldtentoonstelling als gedenkteekenen aan dit historische feit kunnen blijven staan.
In het zuidwestelijke gedeelte van het park, waar de grond betrekkelijk hoog en droog gelegen is, zullen de afdeelingen voor landbouw en veeteelt een geschikt onderkomen vinden. Voor de landbouwtentoonstelling, die voedingsmiddelen en gewassen, landbouw-machines, gereedschappen en alle verdere toebehooren omvat, zal een groot, met alle denkbare en gewenschte inrichtingen voorzien gebouw gezet worden, dat ook eene eigene verwarmingsmachine bezit. Voor de houtvesterij en de woudproducten wordt eene bijzondere afdeeling geopend. Ten dienste der veeteelt worden de localiteiten, overeenkomstig de wenschen der tentoonstellers, onder leiding en volgens aanwijzing van den voorzitter der afdeeling voor veeteelt ingericht. Zoowel voor de oppassers der dieren als voor de beesten zelven worden gezonde verblijfplaatsen aangelegd, en zelfs hospitalen voor het vee ingericht; ook aan groote tribunes en banen ten dienste van de openlijke voorstelling der dieren zal er geen gebrek zijn. Daar de directie der Wereldtentoonstelling het belang van landbouw en veeteelt voor het land in 't algemeen en voor de tentoonstelling in 't bijzonder op den hoogst mogelijken prijs stelt, zullen deze beide afdeelingen zoo belangwekkend en volledig gemaakt worden, als slechts met mogelijkheid te verkrijgen is. Het voorstel om 200,000 dollars voor het uitloven van prijzen ten behoeve der veetentoonstelling te besteden, heeft de goedkeuring der plaatselijke autoriteiten verworven.
Het ‘kunstpaleis’ zal de voortbrengselen der schoone kunsten: schilder- en beeldhouwkunst, herbergen; voor de decoratieve kunst wordt een afzonderlijk gebouw ingericht. Een muziektempel, een gebouw voor de ontwikkeling van het electrisch licht, en nog tal van andere bezienswaardigheden, zijn eveneens ontworpen. Zeer snelle, ruime en gemakkelijke vervoermiddelen voor die bezoekers, welke zich van het ‘Lakefront’ naar het Jackson-Park begeven willen, zullen op onbekrompen wijze aangelegd worden.
Onder de velerlei andere, op zich zelf staande bezienswaardigheden, die tot dusver ontworpen zijn, verdienen een toren van 1492 voet hoogte, een echte, onder den grond aangelegde mijn, waarin de rijkdom van den bodem des lands aanschouwelijk zal worden voorgesteld, een drijvend bad- en restauratiehotel op het meer, een Californische wijnbron en fontein, een steenkolenpaleis, een korenpaleis, Indiaansche dorpen, nabootsingen van Egyptische, Japansche, Chineesche en Perzische straten en bazaars bijzondere vermelding.
Alle openbare vervoermiddelen der stad, hetzij dan stoom-, kabel-, electrische of paardentrams, zullen òf aan den zuidwestelijken hoek van het park het tentoonstellingsterrein bereiken, òf aan de ‘Midway Plaisance’ of op andere, in de onmiddellijke nabijheid gelegen plaatsen buiten de tentoonstelling stationeeren. Die vervoermiddelen, welke op het tentoonstellingsterrein zelf uitloopen, rijden het groote administratiegebouw binnen. Van daar loopt een electrische ‘hoogbaan’ of luchtspoorweg naar alle hoofdgebouwen der tentoonstelling. Deze baan wordt cirkelvormig aangelegd en zal voor die bezoekers, die een ritje over den geheelen omtrek der terreinen wenschen te doen, of van de eene afdeeling der tentoonstelling naar de andere vervoerd willen worden, hoogst welkom zijn.
Hoe groot ook het open blijvende terrein en de met gebouwen bezette grondvlakte voor deze aanstaande Wereldtentoonstelling is, zal toch door de beambten, die de noodige plaatsruimte aan de eventueele inzenders moeten toewijzen, de grootst mogelijke zorg en bedachtzaamheid in acht genomen worden, opdat de verdeeling gelijkmatig en rechtvaardig plaats hebbe. Vele Staten zullen hunne eigene gebouwen oprichten, en twee hunner hebben te dien einde en voor de inrichting van hunne afzonderlijke tentoonstelling ieder reeds een som van 100,000 dollars beschikbaar gesteld. De deelneming van Duitschland zal, evenals die van vele andere Europeesche Rijken, ongetwijfeld zeer krachtig en belangrijk worden. En ook óns vaderland zal voorzeker niet achter blijven in dezen vreedzamen wedstrijd der volkeren, maar alle krachten inspannen om de Nederlandsche kunst en industrie, onze landbouw en veeteelt, onze techniek en ons onderwijs, een goed figuur te doen maken op de aanstaande Wereldtentoonstelling te Chicago!
|
|
Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd