De Huisvriend. Jaargang 1890
(1890)– [tijdschrift] Huisvriend, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdEen uitgestorven vogel,
| |
[pagina 268]
| |
planten, kan het geen verwondering baren, dat de meeningen over het vaderland ook van dezen vogel zoozeer uit elkander liepen. De eerste vermelding van het dier had plaats in het jaar 1658 door den Franschman Etienne de Flacourt; na dien tijd werden er af en toe voorwerpen dezer soort in Europa aangebracht, maar zij bleef steeds zeer zeldzaam. Sedert 1849 is er echter geen exemplaar meer gevonden, niettegenstaande er moeite genoeg is gedaan om den vogel machtig te worden. Met zeer groote waarschijnlijkheid kan men hem dus thans wel als uitgestorven beschouwen. De Fregilupus, naar welken onze afbeelding is genomen, bevindt zich in het Kensington-Museum te Londen. Zijne lengte bedraagt vier en twintig centimeters. Hij heeft een slanken gekromden snavel, evenals de tamelijk hooge pooten geel van kleur, en op den kop een sierlijke kuif van witte vederen. Zijne kleuren waren witachtig grauw en bruin, boven op den staart roestkleurig, aan den buitenrand der vleugels bevindt zich een kenmerkend wit vlekje. Omtrent zijne levenswijze is ons niets bekend, als dat zij op vochtige en moerassige plaatsen werd aangetroffen, terwijl ook vermeld wordt, dat zij de plantsoenen opzocht om koffieboonen te eten. Ten opzichte van zijne verwantschap met andere vogels, zijn de meeningen ook nog al verschillend geweest. Nu eens, door Cuvier b.v., werd hij tot de hoppen gerekend, door anderen werd hij meer in de nabijheid der spreeuwen en kraaien gebracht, in verschillende opzichten kan hij als een overgangsvorm tusschen de genoemde groepen worden beschouwd. Wat de oorzaak van zijn uitsterven is geweest, is volkomen onbekend. Dat vogels, waarop veel jacht wordt gemaakt en die nog daarenboven, zooals het meerendeel der vroeger genoemde, slecht of in het geheel niet vliegen konden, gemakkelijk verdwijnen, zal niemand verbazen. Maar deze redenen gelden niet voor onzen vogel, die naar zijn maaksel te oordeelen, goed heeft moeten vliegen, en waarvan het ook niet bekend is, dat er ooit een verdelgingsoorlog tegen hem is gevoerd. |
|