keurig begrensde beweging. Verscheidene reusachtige boormachines trekken onze aandacht. Elke machine is van vier lange stalen boren voorzien. Deze hebben niet den gewonen vorm, maar bestaan uit halfronde, aan de scherpgekante punt schuins uitloopende stalen staven, die met groote kracht op het te doorboren stuk gedrukt worden en er dikke spaanders uitsnijden. Door middel van een kleine pomp wordt het bovengenoemde vettige mengsel op de hoorplaatsen geleid. Eene andere machine stoot met scherp staal spaander na spaander van het vastgezette stuk af; eene andere weer perst met een boor ter dikte nauwelijks van een breipen een diep gat er in, terwijl een derde dit nauwe boorgat van een schroefdraad voorziet. Zoo levert de eene machine telkens het werk aan de eerstvolgende over; het afval wordt bijeengegaard en naar elders verwijderd.
De werklieden, meestal personen die in den naasten omtrek der fabriek wonen en waaronder men zoowel grijsaards als opgeschoten jongens ziet, vinden in dergelijke fabrieken bij eenige vlijt en opmerkzaamheid gemakkelijk hun brood. De machines eischen grootendeels, tengevolge van hunne schier volmaakte constructie, geen vakkennis en behoeven slechts regelmatig bediend en gereinigd te worden. Voor de opstelling en het onderhoud der werktuigen, het verrichten van reparaties aan machines, enz., zijn er evenwel bekwame slotenmakers en werktuigkundigen in toereikend aantal beschikbaar, die een en ander deels door handenarbeid, deels op expresselijk daartoe bestemde machines bewerkstelligen.
Een aangenamen indruk ontvangen wij van de orde, waarmede alles geschiedt. Die orde wordt dan ook streng gehandhaafd door de verschillende bazen of meesterknechts, die elk voor zich een bijzonder geweerdeel hebben te bewerken en af te leveren. De werkbaas is voor de accurate uitvoering van zulk een stuk verantwoordelijk en moet voor eventueel door eigen schuld ontstane schade aan de fabriek vergoeding geven, - daarom wordt dan ook de arbeid per stuk betaald.
In een groot lokaal met tal van vensters zien wij een krachtig werkende stoommachine met twee groote cilinders en een reusachtig vliegwiel, dat door middel van zes sterke kabels en verscheidene kleinere vliegwielen de dwars door het gebouw loopende assen in draaiende beweging brengt en er hare kracht op overdraagt. Laatstgenoemde staat gelijk met die van 200 paarden, terwijl iedere arbeidsmachine afzonderlijk gemiddeld één paardekracht noodig heeft. Wij bewonderen het blanke uiterlijk van dezen vast en zeker ineengevoegden krachtcolossus; onhoorbaar wentelt het vliegwiel zich om, terwijl alleen de veiligheidskleppen rammelen en de stoom snuivend in de cilinders stroomt. Een waterpomp dient zoowel tot vulling der ketels als ter bestrijding van brandgevaar, en zoo zijn ook de overige benoodigde bluschgereedschappen eveneens steeds beschikbaar en in staat om onmiddellijk gebruikt te worden. In het aangrenzende, met een ijzeren deur afgesloten lokaal bevinden zich twee groote stoomketels, waarvan er een steeds in werking is en den noodigen stoom levert, terwijl de andere in reserve gehouden wordt. Van hier uit wordt de stoom door ondergrondsche buizenleidingen in de cilinders gevoerd en ook voor de verwarming der werkplaatsen in den winter gezorgd, waartoe met roosters overdekte kanalen in den vloer der lokalen zijn aangelegd.
Welk een massa brandstof de vurige muil van zulk een ketel verslindt, blijkt uit de opgestapelde voorraden; het benoodigde in een groote geweerfabriek bedraagt dagelijks circa 30 centenaars steenkolen.
Aan de zoldering bevindt zich een groot ijzeren waterreservoir, tot voeding van den ketel. Een machinist, met een stoker en een waker, is belast met het toezicht op en de bediening van het geheel.
Naast of voor de groote werkzaal bevindt zich een kleinere, waarin eveneens een groot aantal machines de reeds beschreven werkzaamheden verrichten.
Buiten het gebouw bevindt zich het turbinenhuis, waarin eene groote turbine of vijzelrad door waterkracht bewogen wordt, die op deze wijze, door middel van een omtimmerd raderwerk, de achter de werkplaatsen aanwezige, ons reeds bekende smederij van de benoodigde drijfkracht voorziet.
Op het achtergedeelte van het terrein bevinden zich bovendien verscheidene loodsen, waarin honderdduizenden geweerschachten luchtig opeengestapeld liggen te drogen, d.w.z. door middel van stoom kunstmatig gedroogd worden.
Een oude werkbaas, die met de contrôle over de ruwe schachthouten, hunne opeenstapeling en voorbereidende behandeling belast is, geeft ons hieromtrent de volgende inlichtingen: ‘De noteboom, waarvan de geweerschachten oorspronkelijk afkomstig zijn, moet zooveel mogelijk recht gegroeid en minstens 70 à 80 jaar oud zijn, eer zijn hout tot bruikbare geweerschachten verwerkt kan worden. De stam wordt overlangs in 55 à 60 millimeter dikke planken gezaagd, waaruit met behulp van een mal de ruwe geweerschachten uitgesneden worden, terwijl het hart van den boom als afval beschouwd wordt. De jaarringen moeten recht loopen: de schacht mag daarom geen scheefloopend, zoogenaamd ‘dwarshout’ vertoonen, daar dit lichtelijk afsplintert, en verder ook geen kwasten, wormgaten, spintachtige plekken of andere gebreken van dien aard bezitten. De daarmede behepte schachthouten zijn, wanneer de bedoelde plekken vermoedelijk gedurende de bewerking niet verwijderd zullen kunnen worden, totaal onbruikbaar. Het notehout is rondom het hart van den stam altijd min of meer hard, en daarbij donkerder getint, doch in de richting van den bast zachter en helderder van kleur. Het harde, bruine hout is over 't algemeen duurzamer en fraaier geteekend, maar nog al moeielijk te bewerken. - De bruikbare schachthouten worden nu gedurende twee à drie dagen aan een stoombad blootgesteld, opdat zij volkomen uitdrogen en later in de magazijnen niet krom trekken. Het magazijn moet steeds het instroomen van versche lucht toelaten, en daartoe van voldoende ventilatie-toestellen voorzien zijn. De daar opgestapelde schachthouten moeten evenwel jaarlijks minstens éénmaal zorgvuldig afgeborsteld worden, daar zij anders onder het stof zouden bederven. Mocht het in voorraad aanwezige hout dan toch nog krom getrokken zijn, dan wordt het opnieuw gestoomd.
Deze voorzorgsmaatregelen zijn hoogst noodzakelijk, daar de afgewerkte geweerschacht, die nog aan krom trekken onderhevig is, het juiste treffen met het