Het raadhuis te Bern.
Het Zwitsersche kanton Bern, met de hoofdstad van dienzelfden naam, behoort tot de schoonste gedeelten van het Alpenland. Het noordelijk gedeelte van het kanton is heuvelachtig en heeft een vruchtbaren grond; het zuidelijk gedeelte is een bergland met diepe dalen. Men vindt er de hoogste bergen van Zwitserland: de Finsteraarhorn, de Schreck- en Wetterhorn, de Eiger en de Jungfrau. De stad Bern zelve is, als hoofdplaats van het kanton van dien naam, sedert 1848 de zetel der Zwitsersche Bondsvergadering; zij is schilderachtig aan de Aar gelegen en telt ongeveer 36,000 inwoners. Het wapen der stad vertoont een klimmenden beer in een schuinstaanden balk; volgens de sage draagt Bern namelijk haren naam naar een beer, dien Hertog Berthold V van Zähringen in 1191 schoot. Behalve het hierbij afgebeelde Raadhuis, dat als een eigenaardig staaltje van Zwitserschen bouwtrant mag beschouwd worden en u onwillekeurig herinnert aan de blokkedoozen en bouwplaten uwer lieve kleinen, behoort tot de Bernsche merkwaardigheden ook de Heilige Geestkerk, de Stads-bibliotheek met 45,000 deelen, het tuighuis, het Universiteitsgebouw met sterrenwacht en plantentuin, enz.
De stad Bern en haar Raadhuis hebben ten allen tijde in de geschiedenis van Zwitserland een groote rol gespeeld. Zoo werd aldaar in het jaar 1869 de nieuwe democratische Grondwet vastgesteld, waarmede de in 1868 aangevangen arbeid tot herziening der Zwitsersche Grondwet bekroond werd. De beslissende stoot tot die democratische beweging was het jaar te voren van Zürich uitgegaan. Ook bij de staatkundige verwikkelingen van 1845 en 1848 hebben het steeds zoo machtige en invloedrijke kanton Bern en zijne gelijknamige hoofdstad een beslissend aandeel in den gang van zaken genomen. Wij behoeven slechts aan de geschiedenis van den ‘Sonderbund’ en de ‘Tagsatzung’ te herinneren, om die veelbewogen dagen in het geheugen terug te roepen. Dien