Hoofsheid is een ernstig spel(1988)–Anoniem Hoofsheid is een ernstig spel– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 123] [p. 123] Het meisje met de mooie vlechtjes Het meisje, dat mij verliet, Doet mij al te hevig verlangen; ‘Jonkvrouw van mijn hart, In m'n hart vereer ik u boven al.’ Ik had geregeld omgang met haar, Nu moet ik van haar gescheiden zijn. Zij is een wondermooi schepsel En heeft bijzonder mooie vlechtjes, Dat kleine fijne lieve wezentje. Zij staat zo vast in mij geworteld, Dat ze mij in haar macht heeft, Waar of ik mij ook bevind En zal bevinden, zo lang ik leef. Ik ben het, die zich aan haar Overlevert: dat is mijn wil nu, Als het mij enig voordeel brengt. Want het heeft zulke mooie vlechtjes, Dat kleine fijne vriendelijke wezentje. Zij heeft roder lippen en wangen Dan de roos ooit kan zijn, En haar handen zijn lang en slank; Haar witte tanden zijn ivoor gelijk. Haar lichaam is blank als sneeuw, Haar ogen vonken als bij een leeuw. Zij dwong mij daarmee tegen mijn wil Eeuwig haar dienstknecht te zijn, Dat kleine fijne bevallige wezentje; Het heeft zulke mooie vlechtjes. [pagina 124] [p. 124] Ze is tenger en klein van stuk, Zij alleen is het allerliefste Dat is of was of wezen zal. Ze is hoofs en zachtaardig, Ze is beschaafd van manieren En ze heeft een slanke taille. Haar borstjes meer dan kogelrond, Haar kinnetje diep als een grachtje, Dat kleine fijne lieve wezentje; Het heeft zulke mooie vlechtjes. Ze is brunette op zekere plekken, In de oksels en verder naar onder; Ook haar wenkbrauwen zijn bruin. Ze heeft een putje in haar lichaam: Dorst ik het zonder schande noemen, En zonder haar enige smaad aan te Doen, ik zou 't lichaamsdeel noemen, Bruin is het poesje van het meisje. Dat kleine fijne vriendelijke wezentje; Het heeft zulke mooie vlechtjes. Ik moet haar ten dienste staan En eeuwig onderworpen zijn, Waarheen ik mij ook wend, Want m'n begeerte gaat zo vurig uit Naar het meisje, van wie we spreken. Ik bemin haar hoe langer hoe meer: Zij heeft m'n leven en eer in de hand. Ze is daarom immer in mijn gedachten, Dat kleine fijne lieve wezentje; Het heeft zulke mooie vlechtjes. Nota Bevat 58 versregels. Dit gedicht doet mij al te hevig verlangen. Vorige Volgende