hetzelfde programma op tournee is: “Mosterd of ketchup?” Ik wens je het beste, Wallie, ik wens je het allerbeste.’
Eindelijk is de oude Compaq opgestart. De lakei was aardig, denkt Wallie. Niemand heeft hem ooit op zo'n betrokken manier ontslagen. En de man had gelijk. Mijn zelf kan niet langer mosterd of ketchup mosterd of ketchup heb je ook uitjes nee die hebben we niet dan is het toch geen hotdog klootzak weet ik sorry mosterd of ketchup?
Vannacht, het zaallicht was nog aan, hij haalde het eerste dozijn vierkante worsten uit het plastic, veegde met keukenpapier de gelei eraf, prikte ze op de roterende prikkers - vannacht dacht hij aan zijn moeder en dat ze hem daar zo zou zien staan. Hij vulde het bassin van de ketchupkraan en zag zijn gele vingers afsteken tegen nauwkeurig kleurgegeven rood.
Over alles wat ik hier aanraak, is beter nagedacht dan over mij, dacht hij.
Het tl-licht ging uit, de eerste jongens en meisjes in witte T-shirts met logo waren voor zijn kraam komen staan, en ineens kon hij het niet meer over zijn lippen krijgen: ‘Mosterd of ketchup?’
Hij speelde doofstom, drukte in uitgestrekte handen broodjes met worst.
‘Heb je geen saus?’
Broodjes opensnijden, worsten prikken.
‘Heb je mosterd?’
Wat een kutmuziek. Daarvoor komen ze allemaal hier. Boemboem. Te weinig boemboem op het werk. Te weinig boemboem in bed. Ze zijn niet eens echt jong, je kunt het ze niet eens vergeven.
‘Ketchup?’
Ik ga.
‘Hé fuckhoofd, ik vroeg om saus en uitjes!’
‘Pak maar. We hebben geen ui. Ik ga.’
‘Ik heb je vijf euro gegeven!’
‘Pak maar. Ik ga.’
Ze droegen boven hun witte shirts piercings in wenkbrauw, neus of lip, hadden paars, groen, of knalrood haar, maar raakten volledig in de war toen Wallie weigerde nog hotdogs te verkopen.
‘Wat wil je nou man? What the fuck?’
Engels konden ze wel.
Hij knoopte zijn schort los en liep naar buiten. Het Jaarbeursplein glom in het licht van een miezerig maantje. Hij voegde een peuk toe aan het peukentapijt voor de ingang en liep naar zijn bestelbusje. To sleep, dacht hij, to sleep en dan nog iets. Moeder, ik ben alles vergeten maar begin opnieuw. Ik ga iets doen. Ik ga weer lezen.
Zijn kat spint op schoot, zijn laptop zoemt op tafel. Hij gaat met zijn linkerwijsvinger langs de vouw in de boord van zijn onhandig gestreken overhemd.
‘Zelf’, googelt Wallie. Je zelf. Het zelf. Bezitten we van nature een zelf?
Hij draait een sigaret. Hij googelt ‘zelfvertrouwen’. Hij klikt en klikt en klikt.