Hollands Maandblad. Jaargang 2010 (746-757)
(2010)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 59]
| |
[pagina 60]
| |
Werkeloze paardenMoedwillig staan zij aan elkander bloot,
hoofdknikkend kop aan kont gepaard
verjagen zij elkaar rond natte ogen
de ramptoeristen met hun verre staart;
zoeken koelte bij elkanders tere delen
de hoofden buigend waar zij komen mogen,
strijken met hun neus langs schoft en bil
en laten dat elkander zedig toe,
stampvoetend soms op het verdorde gras
tot zij zich wenden in een kort galop
dan stilstaand draaien om elkaar,
vergeefs nog nippend aan een droge sloot.
Alsof er niets met ons veranderd is
sinds zij geen boerenkar, geen eg, geen ploeg
meer trekken, alleen maar lichaam hoeven zijn
onttrokken aan het dagelijks gezwoeg,
wat eerder moe nu, minder tot gelatenheid
geneigd, geen halster en geen benen stijf van pijn,
een vel gespannen als geblazen glas
dat glanst in het verblindend licht,
op springen staat terwijl er niets gebeurt,
hun manen schuddend in weerbarstigheid
waarna zij in verdroomde stap niet beter
weten dan dat dit het leven is.
|
|