Hollands Maandblad. Jaargang 2009 (734-745)(2009)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 33] [p. 33] Judith van der Wel Het was honger Ik vond je middenin een wei. Je zei om weg te zijn. Ik moest je zien, het was honger. Ik wilde samen eten en je ogen zouden de thee wel zouten maar ik kon me vouwen als een zakdoek. We liepen door het koude land te lachen, dat vergat je. Niet het dorpscafé, het prutsen in de kaars. Ik begreep je afgebeten nagels, klemde je blik vast, dichterbij. Je vertelde van alles teveel zei je later. Nieuw broodje, nieuwe thee, tong verbrand. Langzaam schoof je achteruit Dat kun je niet doen, riep ik. Je keek op en zette de kop neer. Hap zei de horizon en je was weg. [pagina 34] [p. 34] Je kunt een knoop verliezen Ik weet niet waar ik ben en of je zoeken moet. Je kunt een knoop verliezen en dan doorlopen en ook je planten kunnen bijna dood voor je water haalt. Het geeft niet, het beweegt niet. Op de muren hier zijn muggen doodgeslagen. Ik staar ernaar en zoem, zeggen zusters, de woorden die ik wilde vormen. Het zegt niets, het doet niets. Ik bloed voor de muggen, zuig mijn rietje, zuig mijn brood. Ik ben mooi met rode lippen, heb een fruitmand, ruik het bos. Het lachen ligt vlak als huilen. Ik wil niet horen vragen wat dit is. Dit bestaat, een plek waar je niet komt. Vorige Volgende