Hollands Maandblad. Jaargang 2008 (722-733)

[p. 25]

Zeeotter
Katelijn Pompe

Zeeotter tussen het wier
drijft met buik als bord
op de oceaan

leegt schaal na schaal
wrikt bitterzoute chocola
uit bikkelhard papier

haar troost na daad -
ze dregt haar neus
slikt bellen

betast de oorlog op haar kop
die ze door scherpe tandjes
liet ontvellen

[p. 26]

Niet dicht

Ga je zwemmen bij slecht weer?
vogels fluiten niet wanneer het regent
het regent niet, niet hier, nog niet

wat houdt je tegen?
je trekt een vest aan van een ander
trekt het zo weer uit

zo zit je, geen wolken
wel bewolkt, niet dicht
het zicht is op de tuin

een zwembad, twee cipressen
de tuin loopt naar beneden
er is geen andere afloop hier

dan jij, het weer, de tuin, het zwembad, twee cipressen
het wachten op regen

[p. 27]

Boom
(naar Emily Dickinson)

Kutboom, kolereboom, wat sta je daar voor mijn raam te zwaaien
denk je soms dat ik je anders niet kan zien?

denk je soms dat ik op je zit te wachten, jij die je maar eindeloos
herhaalt: ieder jaar dezelfde streken, ieder jaar weer diezelfde godvergeten

groene kolereblaadjes, denk je soms dat ik zonder jou niet leven kan?
al die gore grijze duiven en maar neuken in jouw takken

al die valse teringmerels mij maar wakker krijsen uit mijn slaap
laat die honden lekker schijten, laat die dronken torren

lekker pissen, laat je stam maar goed verzuren, laten vieze
kleine kinderpoten gore woorden in je schrijven

alsof ik niet weet dat jij hier langer, alsof ik niet weet dat ik
veel eerder, op een dag breek ik je takken, vuile teringboom