[711]
Deze maand
Het grappige van zelfbedrog is dat het altijd uitkomt, maar dat men toch niet zonder kan. Nog nauwelijks is het oude zelfbedrog ontmaskerd of nieuw zelfbedrog bloeit op. Dit is de altoos durende struikelpartij van smeltende ijsschots naar smeltende ijsschots die beschaving heet, en die deprimerend zou zijn als ze niet zo'n opbeurend doel zou dienen. Dankzij onze verslaving aan zelfbedrog hoeven we de werkelijkheid nimmer onder ogen te zien, want die zou toch maar te onbegrijpelijk blijken om te passen in ons wereldbeeld.
Zo werd deze maand het zelfbedrog van het excellente onderwijs in Nederland ontmaskerd. De media buitelden over elkaar in apocalyptische berichtgeving. ‘Studenten kunnen niet spellen’; ‘Onderwijs op mbo's ten onder in chaos’; ‘Pabo-studenten zakken massaal voor taaltoets eersteklas havo’; ‘vmbo aan lot overgelaten door “het nieuwe leren”’; ‘Bijles taal en rekenen op universiteiten’.
Dankzij mijn zonnige inborst was ik niet bereid deze zwartgalligheid te geloven, en ik vermoedde nieuw zelfbedrog. Er kwam inderdaad weerwoord. De crisis in het onderwijs was ‘quatsch’, schreven sommige docenten, ‘het nieuwe leren’ was een succes, en leerlingen van nu waren weerbaarder, wendbaarder en welbespraakter dan die leermachines van vroeger. Maar dankzij mijn zwartgallige gemoed was ik niet bereid dit optimisme voor zoete koek aan te nemen, en ik rook vers zelfbedrog.
Zelfbedrog dwingt ons alle begrip van complexiteit te laten varen, en daarom gaat het ook steevast over ‘het onderwijs’ en over ‘de moderne scholier’. Dit is de kern van het probleem. Hier en daar is het onderwijsniveau inderdaad om te gillen van de lach, hoewel het voor Hollands Maandblad geen vrolijk nieuws is als uit de International Adult Literacy Survey blijkt dat de vaardigheid abstracte teksten te begrijpen onder Nederlandse academici zowat het laagste in de westerse wereld is. Maar de waarheid is ook dat er hier en daar wel inspirerend onderwijs is. Net als het gewone leven is onderwijs immers een optelsom van individuen die van ijsschots naar ijsschots struikelen.
Het onderwijs zou een vrolijk slagveld moeten zijn, tegen de onwetendheid van de jeugd, maar ook tegen de domme, luie en laffe mensen die zich er verschuilen. Het probleem is niet dat ‘het onderwijs’ slecht is geworden, maar dat het een werkverschaffingsproject is geweest voor lieden die geen onderwijs willen geven. Zij hebben het verraad der klerken gepleegd door het onderwijs te gebruiken als carrièreglijmiddel. Het is derhalve geen wonder dat de meest afgebladderde sector van het onderwijs juist het vmbo betreft en niet de hbo's en universiteiten. Nog altijd geeft Nederland per student en per medewerker in het hoger onderwijs van alle Europese oeso-landen verreweg het meeste uit.
Ik heb een vaag vermoeden hoe de crisis te keren is. De oplossing ligt in het besef dat niemand precies weet hoe onderwijs gegeven moet worden. Wellicht ligt ze vooral in het besef dat de blanke bovenklasse in Nederland de afgelopen decennia is verzonken in indolentie, zelfgenoegzaamheid en pathologische ontintellectualisering. Enne... die blanke boven-klasse, dat zijn wij zelf. Want het gemakkelijkst trappen wij nog altijd in ons eigen zelfbedrog. - bb