Hollands Maandblad. Jaargang 2002 (650-661)(2002)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 12] [p. 12] Mark Boog Afspraak Je vertrok, zei je. Naar verre landen, zei je. (Alle landen zijn ver, behalve dit, dat onbereikbaar is.) Je haalde schouders op die van goud leken, sloeg ogen neer die niet neergeslagen zouden mogen worden. Ik, op mijn beurt, schokschouder. Ik verdraag alles! We zullen afspreken niet in elkaars verhalen voor te komen, zodat niets gebeurd is, en onze wegen gaan. Voor niets dropen de vruchten, voor niets ging ons een zon op. Alles is goed. Zo consequentieloos te leven dat het nauwelijks leven is! Niet om mij ga je, en niet om iets anders. [pagina 13] [p. 13] In ieders aangezicht het jouwe In ieders aangezicht het jouwe, in ieders lichaam jij, een schim, in elk hulpeloos en bestudeerd bewegen jouw vanzelfsprekende gratie, de mensheid ten hoon. En ik ervan verschoond omdat ik niets kan dan kijken. [pagina 14] [p. 14] Het gedrag slechts Het gedrag slechts om mee aan te tonen dat dit belangrijk is, dat twijfel een bijlslag in de schedel is, zon voor de sneeuw, dat niets dit overstijgt. Zo, de ernst als schurft op de koppen, zitten wij, zo plukt wanhoop aan de draden van de dag, zo is dit zwaar genoeg. Als na onweer glanst, als vol verwachting trilt de verre stad. Niets houdt ons binnen. Niets sluit ons buiten. Vorige Volgende