Franklin revisited!
door Maarten 't Hart
Dankzij het feit dat
Franklin voor de Libris-prijs werd genomineerd, viel deze roman van Thomas Lieske de eer te buurt in twee rondes gerecenseerd te worden. Recensenten die bij de eerste ronde voorjaar 2000 al vuur en zwavel op
Franklin lieten neer regenen, bedolven de roman in de tweede ronde onder kolkende lava.
Arjan Peters ging daarbij voorop. In zijn
Volkskrant-recensie van 19 mei 2000 schreef hij dat Lieske, ‘om echt te vervoeren, opnieuw moest beginnen’. In zijn herhaalrecensie van 22 mei 2001 ontpopt hij zich als een briesende leeuw. Hij noemt Franklin ‘een opzichtige kunstroman, waarin
loos gefreak moet doorgaan voor ongehoord magisch-realisme’. Verderop gewaagt
Peters van ‘koudvuur en artificieel gedaas’, en van ‘doorgedraaide flauwekul’. Het mocht niet baten:
Franklin kreeg op 24 mei jongstleden de Libris-prijs.
Ook Max Pam was verontwaardigd dat de roman van Lieske door de jury was genomineerd. Volgens hem was de jury - ze bestond, zei hij, uit Amsterdam-Zuid bewoners die Amsterdam-Zuid bewoners genomineerd hadden - niet goed bij haar hoofd. Toch was hij op 16 juni 2000 in de eerste ronde niet eens zo ontevreden over Franklin. De roman begon volgens hem veelbelovend. De eerste 22 bladzijden waren goed. Dat is al heel wat, denk je als weinig verwende lezer.
Pam lijkt overigens de enige recensent die het hoofd nog enigszins koel hield. In zijn eerste kritiek is niet onvoorwaardelijk voor of onvoorwaardelijk tegen, hij wikt en weegt, waardeert het begin dat in een nikkelmijn speelt, en wijst het slot af. Pas in zijn tweede recensie verwijst hij Franklin tamelijk gedecideerd naar de schroothoop.
Lieske is kennelijk een auteur die sommige lezers (en dus ook recensenten) helemaal weet mee te slepen, terwijl andere lezers slechts met schrik en afschuw op zijn proza reageren. Lees je de recensies dan is het net alsof je over een nieuwe roman van Koolhaas wordt geïnformeerd. Blijkbaar is er sprake van een hevige verbeeldingswereld, van groteske visioenen, van een barok bouwwerk vol daverende symboliek. Voor ontvankelijke, nimmer volledig aan het spannende jongensboek ontgroeide recensenten zoals Tom van Deel (Trouw) en Robert Anker (Parool) blijkt dit gefundenes Fressen, maar nuchtere onderwijzeressen zoals Annemiek Neefjes (Vrij Nederland) en Janet Luis (NRC Handelsblad) laten zich niet imponeren door deze tekst die volgens Van Deel zo'n ‘hoog soortelijk gewicht heeft’. (Vandaar misschien dat hij bij Luis en Neefjes zo loodzwaar op de maag ligt).
Bij Tom van Deel krijg je de indruk dat Lieske een formidabel meesterwerk schreef. Na lezing van Franklin is het ‘alsof je uit een volmaakte droom bent gevallen’. Om aan te geven wat een fantastisch boek Franklin is, ontleende hij een pakkend zinnetje aan de consumentengids waarin laatst vacuüm-cleaners werden gerecenseerd: ‘De zuigkracht van Franklin is enorm.’ Volgens Van Deel is het ‘moeilijk, zo niet onmogelijk om het verhaal na te vertellen’, en vervolgens vertelt hij zo verbluffend adequaat Franklin na dat je het nauwelijks nog hoeft te lezen. Van Deel besluit zijn recensie met de opmerking: ‘De laatste bladzijden reken ik tot de aangrijpendste en ontroerendste die ik ken.’
Ook volgens Anker is ‘Franklin zo'n boek dat je niet kunt navertellen, maar uitsluitend ervaren’. Hij deelt dat pontificaal mee nadat hij de eerste vijftig bladzijden van de roman minutieus heeft naverteld.
Janet Luis vertelt Franklin ook tamelijk adequaat na. Pas in de laatste zin van haar recensie in NRC Handelsblad geeft ze expliciet haar mening over de roman: ‘...waarom moeten wij al die bladzijden lezen over iemand die maar geen bekende wil worden en die wij alleen maar schouderophalend kunnen volgen op zijn duistere wegen?’ Het is jammer dat zij, bij wijze van handreiking aan de ervaren kritieken-lezer die allang weet dat je, om te achterhalen hoe het oordeel