Een omhelzing met duizend armen
door Maarten 't Hart
Hoewel de titel van Ronald Gipharts meest recente roman onomwonden luidt
Ik omhels je met duizend armen, wordt er in de recensies die ik van dit boek onder ogen kreeg, allerminst verschrikt gereageerd. De anonieme criticus van het blad
Avantgarde gewaag, zelfs van een ‘prachtige titel’. Blijkbaar ontbreken bij deze recensenten de naar mijn smaak toch zo voor de hand liggende vangarm-associaties. De titel kan niet slaan op één van de inktvissoorten. De meeste soorten hebben acht armen, sommige soorten
zijn zelfs uitgerust met tien armen. Voorzover ik weet, is er maar één organisme dat over een duizendtal armen beschikt, en dat is Gorgoncefalus caput-medusa. Bij deze griezel uit de klasse der Ophiuroidea - de Slangesterren - zijn de zeer lange, vertakte vangarmen ook nog toegerust met kransen van haakvormige stekels. Een omhelzing van dit organisme behoort stellig tot een van de meest ultieme verschrikkingen.
De in het algemeen juichende recensies over deze duizendarmen-roman van Giphart geven mij stuk voor stuk het gevoel dat de critici dit literaire equivalent van Gorgoncefalus (onbedoeld?) in hun gretige armen verstikken. Zo schrijft de anonieme recensent in het blad Glossy: ‘Ronald Giphart is volwassen geworden, maar toch lekker jong gebleven. Ik omhels je met duizend armen is een heerlijk boek met veel vaart en herkenbare emoties, twijfels en cynische levenswijsheid. Weer een hit voor Giphart.’
Vooral bij de termen ‘lekker’, ‘heerlijk’, ‘herkenbare emoties’ en ‘hit’ krimp ik in elkaar alsof ik door de haakvormige stekels van Gorgoncefalus geënterd wordt. ‘Herkenbare emoties!’ Ik dacht juist dat het er in de literatuur vooral om ging iets te verwoorden wat de lezer, teneinde zijn ervaringswereld te verrijken of uit te breiden, nog niet kende. Maar ja, ook Ernest Marx prijst Giphart in de Viva omdat de ‘situaties’ die hij beschrijft ‘vaak herkenbaar’ zijn. Situaties - dat woord alleen al, en dan ook nog voorzien van het troosteloze adjectief ‘herkenbaar’.
Volgens de recensente van de Volkskrant Monica Soeting heeft Giphart ‘een hoop te vertellen’, en springt de schrijver ‘ook hier weer vlot en vrolijk van het ene onderwerp op het andere’. Maar toch, zo begrijp ik, ‘lijkt hij zijn nieuwste boek wat minder hatsiekadee uit de computer geramd te hebben’. Aldus strekt deze recensente haar ‘hoop’ vangarmen ‘hatsiekadee’, ‘vlot en vrolijk’ uit naar deze roman, waarin - zo begrijp ik uit de samenvattingen ervan - erotiek en een reisje naar La Palma centraal staan. Ach ja, de Nederlandse schrijver heeft vandaag de dag nog maar twee onderwerpen: seks en zijn vakantiebelevenissen, een en ander vaak zelfs gecombineerd.
Volgens Hans Warren (Provinciale Zeeuwse Courant) ‘heeft de humor van Giphart montere kleurtjes’. Mij dunkt, dodelijker kwalificatie is nauwelijks denkbaar (wilt u een boek lezen waarin de humor ‘montere kleurtjes’ heeft?), maar desondanks gewaagt Warren van een prachtige roman die hij aldus bondig samenvat: hij gaat ‘over de liefde, het leven en de dood’. Ooit een roman gelezen die niet ging over de liefde, het leven en de dood?
Volgens Jeroen Vullings (Vrij Nederland), ‘zindert het boek van vertelplezier’, en ‘leest [Gipharts] roman bepaald niet zo schematisch, eerder als een prettige chaos waarin het ene verhaal in het andere vloeit’. (Als een roman ‘bepaald niet zo schematisch leest’, moeten er ook romans bestaan die bepaald wel schematisch lezen. - ‘De roman leest schematisch.’ Wat moet je je daar nu toch bij voorstellen? Ik wist trouwens niet dat romans zelf ook konden lezen.)
Gipharts boek is volgens Vullings overigens ‘zo provocatief met woordspelingen en taalleut