Hollands Maandblad. Jaargang 1998 (602-613)

[p. 10]

Sjef Welling

Schachten

Recht op de aarde staand
met de boorkop in de helm
wacht hij op de volgende ploeg.

De poriën verstopt met gruis
maken hem tot
een grofkorrelige afdruk.

Straks wordt hij ter aarde besteld
in een loodrecht gat met kabels.

Met het parelwitte lorgnet
vindt hij daar beneden
nog twee versregels voor
het emfyseem in zijn grafschrift.

[p. 11]

De aanzegging

In mei een aanzegging in oktober een aanzegging
als leven zich het meest in verandering bevindt
de dromen hardnekkig en lastig zijn.

Ze staan met je op en praten voor hun beurt.
Woorden worden verbeurd verklaard
en leggen een andere dag achter ogen
een ijlende schim in je buik.

Want opeens hangt de vrouw als huishoudster in een rag
valt het kind terug in de repen stoflicht
voel je de oude woorden als lurven
wanneer de dood aanbelt.

Natuurlijk ben je wel thuis maar lig je onder een vensterbank
met emmers palingen in het hoofd
in mei en oktober een aanzegging die alleen zichzelf gelooft.

Wachten op een nacht
een doofstomme nacht zonder klamme kleding
wakker achter de brievenbus van de slaap.