[609/610]
Deze maand
Niemand spreekt de waarheid als hij iets wil bereiken. Het is waarschijnlijk om die reden dat politiek zo'n interessant domein is. Er zijn daar veel mensen die iets willen bereiken. Nu is het een vergissing te denken dat de waarheid interessant is, of leerzaam of anderszins aanbevelenswaardig. Waarheid is niet meer dan een richtsnoer voor verbazing. Het is waarschijnlijk om die reden dat in de politiek zo weinig verbaasde vragen klinken maar des te meer zelfverzekerde antwoorden. Nederland heeft een nieuw kabinet, wil ik maar zeggen, en er klinken nu alweer antwoorden uit de zojuist benoemde kelen voordat er een vraag is gesteld.
Politiek in Nederland is omgeven met zonderlinge rituelen. Er zijn verkiezingen, er volgt maandenlang coalitieberaad, er verschijnt een oeverloos regeringsakkoord, waarna vervolgens in een krampachtige vloek en een zucht de regeringszetels bezet worden door mensen op wie wij niet gestemd hebben, wier deskundigheid niet past bij hun departement, aan wier oprechtheid en belangeloosheid wij twijfelen, en die voor hetzelfde geld in het geheel niet of elders met hun bips op het bestuurlijk fluweel hadden kunnen komen. - Het is niet dat wij politiek wantrouwen omdat zij om macht draait. Het is veeleer zo dat wij de mensen wantrouwen die om de macht draaien.
Hollands Maandblad zal zich met het aantreden van het tweede paarse kabinet geenszins meer dan voorheen met politieke zaken bezighouden, al staan er toevallig in dit nummer twee of drie bijdragen die over politiek gaan. Wel blijft onze intellectuele en literaire interesse in de kern van de politiek (macht en de ideologische verantwoording daarvan) onverminderd voortduren. Het aardige is dat een deel van die ideologische verantwoording tegenwoordig plaatsvindt via de massamedia. Hiermee is een proces in werking getreden waardoor bijvoorbeeld de parlementaire journalistiek behalve verslaggever van gebeurtenissen ook medeplichtige wordt in presentatie en legitimatie. Deze verstrengeling zorgt ervoor dat het doorgaans zo verbazingwekkend gezellig is als journalist en bestuurder elkaar treffen in Nederland.
Hollands Maandblad zal zeker nimmer in de schoenen van de parlementaire verslaggeving gaan of willen staan. Wel blijft onze intellectuele en literaire interesse voor belangenverstrengelingen (tussen wie dan ook) onverminderd groot. - Dat moest maar gezegd zijn, nu de zomer ten einde loopt en Nederland zich opmaakt voor wat heet een ‘nieuw cultureel seizoen’ te zijn. Alsof cultuur ooit met vakantie gaat, alsof de letteren genieten van atv-dagen, en alsof beschaving gaat luieren als de zon schijnt. Wellicht is het daarom dat wij ons niet alleen verbazen over politiek maar ook over mensen die denken dat er een ‘cultureel seizoen’ is.
Gelukkig is het Hollands Maandblad van alle seizoenen: in dit nummer vraagt Jan Pen zich niet alleen af waarom hij PvdA heeft gestemd, maar ook waarom de regering Kok alle miljonairs van Nederland fêteert; vraagt Jaap van Heerden zich af wat de bibliotheek van zijn vader hem kan vertellen over het moderne leven; vraagt Martin Bril zich af waarom drank steevast naar meer smaakt; vraagt Dirk Horringa zich af of de overheid een frauduleuze boekhouding hanteert; vraagt Emanuel Overbeeke zich af welke rol muziek speelt in het leven en werk van de historicus Peter Gay; vraagt Pieter Hoexum wat Spinoza te maken heeft met moderne kunst; en vragen de dichters Yvonne Né, Paul Gerbrandy, Emma Crebolder en Paul van den Hoven naar de essentie der dingen voorbij de waarheid. Genoeg om weer een maand verbaasd te zijn over de menselijke nieuwsgierigheid. - bb