Hollands Maandblad. Jaargang 1997 (590-601)

[p. 57]

Epigram voor Lucebert
Frank Koenegracht

1.

Ze dragen allebei een hoofd, de duivel en god
en een hart als een hoed
en een hoed bij wijze van hoofdpijn
en dat is niet omdat zij kwaad zijn:
het is de zware verantwoordelijkheid voor zomer en winter
want het zijn beiden zenuwlijders vol plannen
en ze trillen en zweten,
houden elkander geweldig vast, durven het huis
niet uit, maar kunnen
het thuis ook niet uithouden zodat ze dan maar op een grote
blauwe steen gaan staan om door alle zoetwatervissen
van België te worden omzwommen
met een gezicht
alsof ze te lang onder anatomische matrones
hebben gelegen maar zonder degen.

2.

Kan een dwerg de zee verplegen? Hagelt het
hier nogal? Zijn vrouwen koopziek?
Misschien. Maar de dood die is koopziek dat is zeker,
en jij bent er niet meer.
En de rest van de mensheid mag doorlopen
en doorlullen in gelijkmoedige baldadigheid,
maar wij zijn je kwijt
j je bent in een graf gelegd
dus je begrijpt
D dat dit hierboven niet
voor de gezelligheid is gezegd.

[p. 58]

roos langendorff
zonder titel
Geboren in 1970; illustreert Hollands Maandblad sinds nummer 591, februari 1997