Hollands Maandblad. Jaargang 1995 (566-577)(1995)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 23] [p. 23] Taco Meeuwsen Curaçao Blauwbaai is vol. Een modern paradijs. Gelaagde hoogbouw verrijst, minibars met schaafijs en longdrinks met parasol. Op het strand liggen, als de klauwen van verdronken wara-wara's, uitgerukte mangrovestronken op een hoop. Op het strand liggen gasten op scherven en knerpen bij het keren Karko-schelpen, met scheepsladingen tegelijk vergruisd. Op het strand schitteren zilveren wikkels van Double-Mint, gouden cornets van Caraco. De wenkkrab is verhuisd. Nog altijd likt de zoute zee een fijn cocktailrandje langs mijn enkels. Nog altijd hebben de troepialen het ontstemd op mijn ogen gemunt. Maar in het golvenhoekje aan de punt zijn de brekers getemd en echoot slechts lauw gekabbel van de bolder. Blauwbaai is een folder. [pagina 24] [p. 24] De aanzegging We gaan het weer voelen. Alles komt tot begrip. Een tijdloos bonzen kondigt zich al aan, als een vloedgolf, hoog bij volle maan. Graspollen zullen woedend opwippen in de weiden. Een storm van celdeling zal tergend aanzwellen in bladgroen en houtnerf. Haagbeuken preken. Kale berken jeuken. Dorpels en drempels botten uit. De trapleuning schiet wortel en spijlen breken. Uit kruipruimtes klinkt, als het stemmen van vochtige violen, het steunen van vuistdikke keldermotten. Pieren, in staalslakken geprangd, breken los en zwepen het drab in sloten en riolen op tot ziedende oceanen. Dringend komen de ongewervelden tot daadkracht. Een natte spier trekt over het land. Het slijmspoor van de opmars vormt een lauwe gletscher. De torrenschare, de virussappen, de scharrebijters, de eiwitte lichamen, hun weke dozijnen smoren elk verzet. Vorige Volgende