Hollands Maandblad. Jaargang 1994 (554-565)(1994)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 42] [p. 42] Taco Meeuwsen Paloeter bekeken Ik ben het weer eens vergeten Mijn wijze van spreken Het lichaam kan zomaar ineens In een vreemde jas steken Een raar en hoekig stuk textiel Alle knopen zoek Tot op de draad versleten Maar uit onkreukbaar brons gegoten Armen prikken uit de mouwen Knieën knikken onder het pand Ledematen, lotgenoten uit een ver en wrokkig land waar ze mensen eten Welbeschouwd ben ik een samenzwering van vreemdelingen gevangen in de keper Eén ding hebben we gemeen De rilling die we voelen bij onze aanblik in een winkelruit Die terloopse huiver is van iedereen [pagina 43] [p. 43] Een kuur Ik moet het vreten temperen Wie zweet er niet van schrik bij de overdaad aan kleurstoffen, geleer- en condenseermiddelen, geur- en smaakversterkers De voedingsdruppels, het krachtvoer De zoveelste verjongingskuur van muisgrijze motteballen met de mest van Chinese dwergkwartels, velletjes gedroogde bosui, wortelpuree van een knolgewas en vingerhoedjes onschuldige ochtendpis van steppepaarden? Een ander mens? Een andere aarde! Men neme één haar eentje maar en klieve die en fruite die op hoog vuur even glanzend bruin en men plante die haar terug met zorg in de korst van de kruin zodat hij krult en het hongeren stilt op den duur Zo ongeveer had ik het gewild De voodookeuken van geestrijke recepten Vorige Volgende