| |
| |
| |
Erik Bindervoet
De wereld als wil en voorstelling
Eerste boek
Je kan niet buiten je hoofd om denken
Je hersens kan je niet stilzetten -
Je denkt altijd ergens aan
Aan wat je hebt meegemaakt, aan wat je ziet, aan iets of iemand etc.
Als je wil kan je het onder woorden brengen
Maar het wordt nooit hetzelfde.
Je moet nooit vergeten waar die woorden vandaan komen
Anders krijg je gelul in de ruimte.
Je denkt niet alleen altijd ergens aan,
Je bent ook altijd ergens, ergens om.
Overal dood, nood & kwaad en doffe ellende...
Denken, denken, denken...
| |
Tweede boek
Je kan wel zoveel denken -
Helemaal begrijpen doe je het nooit.
Het is al moeilijk genoeg om jezelf een beetje te begrijpen
Hoewel er niemand is die je beter kent.
Je weet vaak niet eens wat je wil
Maar: wel altijd dat je wat wil (of juist niet).
Ja, ‘wil’, wat moeten we ons daarbij voorstellen?
Alles - van de kleinste neiging tot het grootste verlangen,
Van celdeling tot verdriet,
Alles wat vanzelf gaat, wat je niet in de hand hebt,
| |
| |
Wat alsmaar doorgaat, meestal zonder dat je er erg in hebt,
Dwz datgene wat je van top tot teen beheerst, je karakter,
Wat diep in je hart en in je bloed zit,
Kortom: in wezen ben je het zelf,
Wat je ook denkt, zegt of doet -
Aan wat je doet merk je wat je wil, niet omgekeerd.
Het uiterlijk van je wil, zoals je wil zich voordoet -
En zo is het ongeveer met alles wat leeft:
Van binnen, in wezen, wil, van buiten, in de praktijk, lichaam,
Maar ook alles wat niet leeft
Is onderworpen aan dezelfde wil
(Tenminste: dat moeten we maar aannemen -
Het enige dat je echt rechtstreeks kent, dat ben je zelf
Maar daarvan uitgaande en vergelijkenderwijs
Begrijp de wereld, begin bij jezelf)
Van vallende steen tot denkende mens,
Vergeefse moeite is het allemaal -
Als je niet al dood bent ga je het wel
En als je voor nakomelingen hebt gezorgd
Heb je die ermee opgezadeld...
| |
| |
| |
Derde boek
Toch heb je wel eens van die momenten
Dat je loskomt van je wil
Dat je je bij iets niet meteen afvraagt:
Wat heb ik eraan? Wat moet ik ermee? Wat gaat mij dat aan?
Maar dat je ziet wat dat iets van zichzelf is.
De meeste mensen kunnen dat niet
Maar je kan wel proberen ze die ervaring over te brengen
Hoewel de meeste mensen ook daarin niet zijn geïnteresseerd
Omdat ze alleen maar aan zichzelf denken
En geen tijd hebben voor wat anders -
Muziek werkt nog het beste
Want daar hoef je niet bij na te denken.
| |
Vierde boek
Je kan niet plotseling iemand anders worden
En als het wel kon zou je er nog niet veel mee opschieten.
Het blijft één grote schijnvertoning
Nou kan je je afvragen: nou en?
(Dwz materie dwz als causaliteit in de verschijning optredende wil)
Zijt gij en tot stof (dwz etc.) zult gij wederkeren.
Wezenlijk verandert er niks (kan ook niet -
Anders was het niet wezenlijk.) De wil
Gaat altijd maar door en één individu meer of minder
| |
| |
Maakt geen reet uit. Het leven gaat door.
Je kan alleen niet meer denken
Dus eigenlijk verga je niet zelf
Maar je wereld. Je wil is onverwoestbaar.
Niet voor niets is de duidelijkste & sterkste uiting van de wil
De geslachtsdrift. Het gaat er tenslotte om
Je voort te planten en te zorgen voor een nieuwe generatie.
Het belang, de ernst, het allesomvattende en in de schaduw zettende
Is daarin gelegen: twee mensen worden één,
Al vanaf de eerste verliefde blik.
Goed. En dan? Je wordt geboren
(Produkt van het karakter van je vader en het verstand van je moeder)
Je leeft, je lijdt, je gaat dood -
Je was er liever niet. Maar je hebt het verdiend,
Want leven doe je zelf. Je wil het zelf.
De omstandigheden, je ‘milieu’ doen er niets toe.
Je blijft wat je bent. Je karakter, je moraal: je wil verandert niet
En wordt er ook niet beter op met de jaren.
Iemand anders doet onder dezelfde omstandigheden iets anders.
(Niemand doet ooit ‘precies hetzelfde’, wat je zo vaak hoort:
- Ik zou precies hetzelfde gedaan hebben!)
Jezelf herkennen in iemand anders
Is jezelf herkennen in het lot van iedereen:
Schuld, last, pijn, dood.
Beter dus niet te leven, maar dat kan niet
Want dan ben je dood. Je kan het hooguit ontkennen
| |
| |
En je zo van het leven verlossen
(En daarmee eigenlijk iedereen -
Want in jou is alles & iedereen één.):
Je wil opgeven, één worden met de natuur -
Ontberen, verzaken, versterven.
Erover praten kan je niet.
En waarom zou je? Niemand gelooft je
En het is maar voor zeer weinigen weggelegd -
Niemand wordt voor het geluk geboren
Je bent hier om te lijden
|
|