Hollands Maandblad. Jaargang 1992 (530-541)(1992)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 17] [p. 17] Jan Schotte het zou een morgen moeten zijn met het licht van lang geleden toen er nog veel was waarvoor ik moest wachten tot ik oud zou zijn zo'n morgen zou het moeten zijn als ik oud genoeg geworden ben om te weten dat de zon niet meer zal ondergaan dat ik alles voor het laatst beleef zo'n morgen zou het moeten zijn als ik voor het eerst in mijn leven doodga wat zal ik langzaam leven die te korte langste dag Een noem mij een eiland ik noem jou de zee jouw eeuwige omarming betekent mijn bestaan jij loopt vast op mijn strand in een voortdurende maar altijd andere branding onze ontmoeting speelt in een zekere eb en vloed op het getekende oude zand Scheiding wij deelden tafel en bed maar leefden gescheiden onze verre gedachten de tafel werd steeds breder het bed onbehaaglijk smal en te laat later zag ik het lege voetstuk staan ik ben er even op gaan zitten de steen bleek inderdaad te hoog ik voelde kille ongenaakbaarheid Voor een geboren kind vertel me later als je weet hoe je van adem woorden maakt vertel me later als je ogen hebben gekeken en gezien vertel me later als je handen hebben getast en gestreeld vertel me later als ik nog leef om jou te beleven dat je hebt geleefd Zondag het misbare klokgelui bevestigt dat de tijd wordt stilgezet wezens in het zwart laveren tussen de misdrijven door naar de grijze kerk de enige zaak die open is op deze dag zonder nering in niemandsland en na de handel ijlt men huiswaarts naar bijbel en kruis in een staat van beleg waar thuisblijvers schuilen achter zware gordijnen vanwege de naasten Vorige Volgende