Hollands Maandblad. Jaargang 1992 (530-541)(1992)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 38] [p. 38] Karel Labey Carol Ruimte staat om je carrosserie, als redenen in de wind. Twist is je dashboard en de choke van je verdriet beneemt mij soms de adem. Zacht zijn je stoelen en ze geuren naar amber. Ik verstel ze stilletjes en schuif wat dieper naar beneden. Aan de handrem zit ik liever niet, want angst, dwaasheid - remsporen op de koele wegen, wil ik ten gunste van stijl, tempo en de zang van je zeven cilinders zo veel mogelijk vermijden. Hebertsfelden Beieren is de wieg van het schaakspel en een wijde boezem van verdriet. Seinen staan beneveld langs de stille rails en in de half aan 't oog onttrokken kerk troont Maria met haar zijden scepter. Jeanette legt haar handen op mijn gloeiende konen en toont mij de weg van Mozart en struiken, Max Reger en bloed naar het ivoren slot van haar eigen tranen. De gedachten worden hier rond en mals, heiig als het goede paard... Immers - de wegen strekken zich aandachtig en eensluidend uit naar het neuriënd groene woud. [pagina 39] [p. 39] De limousine van de droom Slaap - winkel van harde doden, waar langs de richels van de tijd lichaamspoëzie ontspringt. Slaap - werkplaats van het verkaveld bewustzijn, dat - roemloos despoot - het eigen bestel met feiten en zang, met suggestie en dwang bestookt. Slaap - onbegrepen effen zuil in het landschap van de gehavende tijd, waarin de ruiter de woorden kraste: Hier ben ik geboren en getogen. Slaap - limousine van de droom, suizend langs de rails van het geweten. maar veelal op het schimmige parcours van het verleden waar men goede daden als insignes draagt. Glij voort - jij ijsco-limousine, jij blauwe makker: slaap. Zee: wijd graf van dromen Zee: wijd graf van dromen - om mij te ontdoen van de munten van onzeker verlangen ben ik naar jouw toonbank aan de ree dezer sluwe eeuw in ontdaanheid gekomen. Het stolsel van mijn grijze tranen is de genade van jouw blanke huid. Vorige Volgende