Hollands Maandblad. Jaargang 1985 (446-457)



[pagina 30]
Margrieta Jeltema meer dan dit grijs licht hangt voor het raam vierkante huizen een ander raam de kamer waar je slaapt de dekens zijn rood zwart van roet - als de zon verduisterd - met een natte vinger schrijf je iets op om het te vergeten het licht in flarden woorden die je schreef dagen - te licht - teruggevonden op het raam - waar je adem bleef soms hapert het licht je rent op blote voeten door het duister de straat is in tranen alle kinderen liggen wakker of ze lopen in hun slaapzakjes door de inkt die is om het liefste mee te schrijven aangekleed en uit- als een pop gevallen in het grind met vleugels van papier een vlieger zonder wind of heelhuids in haar armen van plezier je moeder veegt je tranen af voor straf moet je met haar naar bed
[pagina 31]
(ze vlijt je in het gras waarboven wasgoed hangt te drogen witte uitgespaarde vlekken in een blauwe lucht bijna klaar om weg te vliegen te zwaar om weg te vliegen te groot voor het verschiet) ik wil iets vergeten hoe de schemering graag mijn kamer in - onder de dekens kroop - tegen me aanlag hoe je op een draad over het water liep - iedereen keek het water juichte een windvlaag die alles wegblaast stemmen tegen de daken - radeloos een zin ontgaat haar - een naam meer dan dit meer dan dit kun je niet weten niet verstaan ongeschreven klanken van een vreemde taal waar je ook kijkt tussen de late bloemen onthoofde geluiden waar je ook kijkt de geur van vis