Hollands Maandblad. Jaargang 1982 (410-421)(1982)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 32] [p. 32] Nog even spreken Jan Blokker Te weinig hebben wij elkaar gezien: een vrijdagnacht, een maandagavond, een ruim café waar een beschonken waard met tegenzin bediende; tijd noch plaats om in elkanders ogen door te blijven dromen. Zovaak ik naar je keek, was ik alleen die voor jouw foto stond, was jij de stad waar jouw portret aan schuttingen wordt aangeplakt. Zovaak wij spraken, ontspoorden mijn gedachten, mijn woorden kregen handen en voeten, en ik zweeg, zoals jij. Want meer dan zwijgen zou ik schrikken van je stem. * Ik heb in Babylon een koningsgraf gezien: ik zag een trap, een reliëf, de koning op zijn troon; ik wist, woorden hier gesproken zal ik vergeten. We liepen samen naar beneden, jij en ik. Jij liep, ik moest wachten; ik wist, de weg terug zul je vergeten. Ik zie handen die de grond aanstampen (een film?) - ik hoor je niet meer verder naar beneden lopen; ver van jou rook ik een sigaret. Nu gaan er lichten aan, nog net de tijd om pepermunt te kopen. * Ik heb je niet bedacht, je was er, en ik was bij je. Maar verder zal ik van je zwijgen, zoals ik zwijgen moest bij jou - Je broertje slaapt, zoals je ouders, en zoals wij dan sliepen met elkaar, in stilte. En ik wil niemand wekken. Vorige Volgende