Hollands Maandblad. Jaargang 1980 (386-397)(1980)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 20] [p. 20] Martin Schouten Weer Een kaarsrechte regen, zwaar en statig, die de bomen afspoelt en de daken. Die de sloten vult tot het gras verzuipt. Nee. Een regen die schuine strepen trekt door het beeld, voor geel licht dat slingert boven de straat. Of: regen gezien door tralies of door kippegaas. Geen regen. Het uitzicht in repen of in vakjes. Die stuk voor stuk met potlood bewerken. Gras doorstrepen en vals neuriën. Het dak te niet doen en de sloot. De straat zwart maken, de kikker verhinderen, neuriën: Cherry Pink and Apple Blossom White. Regen doorkrassen. Gaan slapen en zwaar gearceerd dromen. Alles ongedaan maken. Ook de tralies en het gaas, de rechte regen en de schuine. Dit papier verbranden, de roetvlokken van je mond vegen. De lamp vernielen met een steen. Naar de regen kijken in het donker, niet neuriën. Gaas verzinnen. Of tralies. Regen. [pagina 21] [p. 21] Foto Dat beeld, dat bestaat dankzij de kleur. Zacht gekras is de kleur, licht piepend gekleur, een soezend gesmoes van blaadjes (het is een boom tenslotte) Hé, op de achterste bank daar. Wat? Kleur maakt geen geluid? Dat beeld, dat bestaat dankzij de foto: dat geluid ruikt als een plastic tas vol galappels, eikels, blad en takjes op een zondagavond, nadat rapend de middag is verdaan. Ja ja, die tuinman is daar bezig. Kijk naar de foto en niet uit het raam. Of wou je dat soms worden? Zo'n man met een zaag? Loop naar de boom en vraag wat hij verdient. Luister: trek het geluid af van de kleur, trek de geur af en de woorden, tast met blinde vingers over plastic. Dat beeld, dat bestaat al niet meer. Vorige Volgende