Een interview in de Volkskrant
K.L. Poll
Een paar maanden geleden belde Jan Geurt Gaarlandt op om te vragen of hij voor de Volkskrant een gesprek mocht voeren over Hollands Maandblad. Dat mocht, maar dan wel op voorwaarde dat ik het verslag van tevoren te zien zou krijgen. Na een paar weken kwam hij met een bandrecorder op bezoek en hij vroeg of hij het gesprek op de band mocht opnemen. Dat mocht ook, maar dan wel op voorwaarde dat ik mijn gesproken woorden later, in de geschreven tekst, zou kunnen veranderen, aanvullen, herroepen, als ik daar zin in had. Het waren tenslotte mijn woorden, niet de zijne. Gaarlandt vond het allemaal best, en zo hoort het natuurlijk ook.
Hij stuurde mij een concept van het interview. Daar mankeerde nogal wat aan. Het was geschreven als een serie letterlijke citaten, zonder vragen, in een taaltje dat niet het mijne was, met allerlei onnauwkeurigheden. Ik heb mij gehouden aan zijn selectie van onderwerpen, maar in de formulering heb ik veel geschrapt en veranderd, net zo lang tot er iets te voorschijn kwam waar ik het mee eens was. Dat herschreven interview heb ik met Gaarlandt doorgenomen. Hij keurde alle veranderingen goed en hij beloofde dat mijn uitspraken zo in de krant zouden komen, zo en niet anders. Dat was van het begin af de afspraak geweest, daar zou hij zich aan houden.
Maar wat gebeurt? De verkeerde versie wordt afgedrukt, op 27 januari, met hier en daar een kleine wijziging. Zoals het interview nu in de Volkskrant heeft gestaan, komt er vrijwel geen zin in voor die ik woordelijk voor mijn rekening wil nemen. Wat Gaarlandt mij bijvoorbeeld laat beweren over voorgeschiedenis en beginjaren van Hollands Weekblad en Maandblad, over de verhouding tussen redacteur en medewerkers, over D'66, over Tirade - het is allemaal iets anders dan ik heb gezegd.
Verschrikkelijk dus. Gaarlandt een en al excuses, ik een boos briefje schrijven aan de Volkskrant, maar dat had weinig zin meer, het kwaad was geschied.
Wat antwoordt Lidy van Marissing, in een brief namens de kunstredactie van de Volkskrant? ‘Wat ons betreft: uw visie stond uitstekend in de krant’. Zij blijkt de tweede versie van het interview wel te hebben gezien, maar die heeft zij naast zich neergelegd. ‘(Ik heb) tussen de twee versies een redelijke kompromis gezocht: alleen daar waar inhoudelijk door u iets anders werd gesteld heb ik de korrekties doorgevoerd’.
Een redelijke kompromis!
Een redelijk compromis tussen de afgekeurde tekst en de goedgekeurde. Zoals een dief die acht boeken steelt en er de volgende dag netjes vier terugbrengt.
Het verhaal heeft nog een mooi staartje.
Een dag of tien na het interview in de Volkskrant verscheen het januari-nummer van Tirade. Daarin stond al een reactie op wat ik had gezegd, afkomstig van mijn vaste berisper J. Goedegebuure, redacteur van Tirade. Hij is er anders nooit zo vlug bij, deze roestige echo van Forum, maar nu was hij de eerste. Hoe is het mogelijk, dacht ik, en dat in een maandblad, met zijn lange produktietijd. Ik las met belangstelling wat hij dit keer over me te melden had, over mijn ‘denken (dat) zich nu eenmaal altijd gekenmerkt (heeft) door kwaadwillendheid’ en over zijn voorkeur voor schrijvers met persoonlijkheid en met talent en met authenticiteit - zoals er ook mensen zijn die smullen van een bord erwtensoep en daarna een bord hutspot en tot slot nog een bord pannekoeken, onder de lijfspreuk: het kan niet op -, maar plotseling drong het tot me door dat er iets vreemds aan de hand was met mijn eigen woorden. Hij citeerde niet uit de Volkskrant van 27 januari, maar uit de tekst die nooit in de krant had gestaan!
Arme Goedegebuure, arme Gaarlandt.
De gecorrigeerde versie van het interview was begin december al uitgetikt. Gaarlandt is toen blijkbaar zo snel als zijn beentjes hem dragen konden naar zijn vriend Goedegebuure toegehold met het laatste nieuws. ‘Hier, Goe, ik heb een fotokopie voor je gemaakt, dan kun je vast antwoorden.’
Goedegebuure, die incarnatie van goedwillendheid, liet zich verleiden door het buitenkansje. Hij was wat te vroeg, maar welke haan zou daarnaar kraaien? Helaas, het plan mislukte. De bedriegertjes werden bedrogen, door het bedriegstertje van de Volkskrant.