V: Ja, en dat antwoord bezorgde u wekenlang stapels post. Dit gebeurde aan het eind van uw leven, maar daarin was godsdienst vanaf uw prille jeugd iets dat u sterk boeide. Kwam dat door al die dominees in uw familie? In uw autobiografie staat dat het er negen in totaal waren, uw vader meegerekend.
A: Misschien wel, wie zal het zeggen. Maar mijn belangstelling voor godsdienst was zeker niet theologisch van aard. Het ging mij niet om God als zodanig maar om religieuze ervaring. De mensen weten niet meer wat dat is, en ze weten nog minder hoeveel schade die onwetendheid hun berokkent.
V: Daar wil ik het graag nog met u over hebben maar eerst iets anders: dat onderscheid ‘God als zodanig’ versus ‘God als ervaring’ klinkt Kantiaans.
A: Dat is het ook.
V: Maar het klopt niet.
A: Het klopt niet?
V: Nee, maar het is een ingewikkeld verhaal. Ik heb er heel lang over gepiekerd en tenslotte kwam ik erachter dat u niet alleen geen Kantiaan was noch kon zijn, maar dat het zelfs zo is dat het door u ontworpen mens- en wereldbeeld dat van Kant in ijle lucht doet vervliegen. Het spijt mij u daarover zo onthutst te zien. Zullen we voor een gesprek over dit onderwerp een aparte bijeenkomst beleggen?
A: Heel graag. Ik heb de tijd, zoals u weet.
V: U had het tijdens uw leven nogal eens aan de stok met theologen. Zij verweten u dat u eeuwige waarheden tot mythische gegevens reduceerde.
A: En ik verweet hun dat zij de mensen in de kou lieten staan door onbegrijpelijke taal te spreken en onbegrijpelijke rituelen ten tonele te voeren rondom verstarde symbolen die niemand nog iets zeiden, zonder intussen iets te doen aan de psychische nood waarin veel mensen juist daardoor verkeerden.
V: In een lezing die u in 1935 in Londen hield heeft u gezegd: ‘U kunt het geloven of niet, maar Mussolini is een religieuze figuur’. Wat bedoelde u daarmee?
A: Dat hij zich identificeerde met het ‘oerbeeld’ van de verlosser en dat hij door het Italiaanse volk ook als zodanig werd gezien. Ziet u, niet alleen het menselijk lichaam maar ook de menselijke ziel heeft een lange evolutie doorgemaakt. En elk individu draagt die zielsevolutie met zich mee in de vorm van oerbeelden die universele menselijke ervaringen betreffen zoals geboren worden en sterven, een vader en moeder hebben en daarvan loskomen, verliefd worden, gevangen zijn en bevrijd worden. In het geval van Mussolini - of liever, in de context van Italië in die tijd - werd het ‘sluimerende’ oerbeeld van de verlosser ‘wakker’ en nam bezit van Mussolini en het Italiaanse volk. Oerbeeld en context activeerden elkaar, zoals steeds.
V: Maar waarom noemde u Mussolini een religieuze figuur?
A: Omdat alle religies zonder uitzondering over oerbeelden gaan en mensen de mogelijkheid bieden zich met die beelden te verstaan en ermee om te gaan. In diezelfde lezing in Londen heb ik ook gezegd: ‘Godsdiensten zijn therapeutische systemen’. Dat wil zeggen: het geactiveerd raken van een oerbeeld in de een of andere ervaringscontext gaat steeds met zeer heftige emoties gepaard, met een gevoel van meegesleept, bezeten worden en gefascineerd zijn. Godsdiensten dammen door hun bezwerende, smekende, gunstig stemmende taal, door hun rituelen, hun beelden en symbolen die oerkracht in. Daardoor maken zij het ons mogelijk die oerervaringen te hebben zonder dat wij eronder bezwijken. En dat is uiterst heilzaam - of liever, als die mogelijkheid wegvalt dan is dat uiterst schadelijk want de oerbeelden blijven en alleen de mogelijkheid om ze te ervaren valt weg.
V: Maar waarom moeten we ze zo nodig ervaren?
A: Omdat ze ervaren willen worden. Ze dienen zich aan zonder eerst te vragen of wij dat willen. Ze kunnen bezit nemen van een individu of individuen, van een groep mensen of van een heel volk, als de tijd rijp of de context geschikt is.
V: Maar u zei zojuist dat de taal van het christendom onbegrijpelijk is geworden evenals de rituelen en de symboliek die daarbij horen. Moeten er dan mensen komen die het weer begrijpelijk maken of moeten we, na drie eeuwen zielsverlies tengevolge van een zichzelf steeds meer verabsoluterend, masculinistisch rationalisme, een gloednieuwe manier bedenken om onze oerervaringen in de hand te houden?
A: Uw eerste alternatief is niet denkbaar zonder het tweede. De, laat ik zeggen instinctmatige of intuïtieve religiositeit van de middeleeuwer is voorgoed verdwenen. Die kan niet terugkomen, evenmin als u kunt besluiten weer te worden zoals u was op de leeftijd van 11 jaar. Daarna heeft zich een rationalistisch bewustzijn ontwikkeld dat zich, inderdaad, steeds meer verabsoluteerd heeft en dat, juist omdat het rationalistisch is en zich geen ander dan een rationalistisch bewustzijn kan voorstellen, niet in staat is hetzij cultuurhistorisch, hetzij psychologisch te denken. De oplossing moet dus komen