Hollands Maandblad. Jaargang 1977 (350-361)(1977)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 34] [p. 34] Jan Blokker Jr Het Beeld van de Dichter Speciaal geschreven, maar ook dat is onzin - is het ongepast dat hij van verzen spreekt? Hij rijmt als de pest, en hij schudt de strofen uit zijn mouw. Hij is de grote a-sociaal; zijn haar is te lang, zijn baard is te stoffig, en in zijn ogen brandt het vuur van inspiratie. Hij heeft een oog voor details - de grote medicijnman ziet regen waar die niet is - Wat moet een dichter met een lui oog? Kijk hem rennen (Wat zijn zijn voeten groot!) En hij huilt (Een staatshoofd is vermoord) [pagina 35] [p. 35] Een dichter droomt in zwart wit, dat hij ontwaakt, en jaagt de ethische pastoors de kamer uit. Er hangen vettige ijspegels aan het dak van zijn zolder; de wanhoop en ellende vreet zijn lijf kapot. Hij maakt zijn afspraakjes in stilte, maar luidruchtig verklaart hij zijn liefde aan jou, mijn liefje. Wij allen kennen hem, hij is de dichter; en als zodanig zal hij door het leven gaan. Het beeld van de dichter. Maar beelden zijn er om bestormd te worden, en de dichter bestaat niet. Vorige Volgende