Hollands Maandblad. Jaargang 1977 (350-361)(1977)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 26] [p. 26] Sjef van Esch Wintergedichten 1 in verten wacht donker het geduld van bomen op de schim van de avond die zacht hun magere benen omhult met grijze wol uit de grond langzaam licht loopt uit de hemel weg over scherpe akkers bleek en betraand kruipt de zon telkens terug in haar ziekbed 2 binnen zwijgen de boeren bij het praten van de kachel hun houten koppen tintelen in de lome gloed in taaie handen zien zij op de dagen oude voren ruw getrokken door korstige bodem [pagina 27] [p. 27] 3 in de witte kraag van doodstil laaghout ligt een dik beslagen spiegel de grijze vijver doof en blind vastgelopen in de kaken van het donker kristal steekt de vloot van stammen de zeereis lang vergeten de rompen versplinterd hulpeloos gevangen in zwarte sterren ijs al even vastgeklonken staat op een nachtblauw schild de gouden kiel van de maan 4 de winter is een wolf hoor van zijn rooftocht in het witte veld van de jacht want hoe behoedzaam langs sloten en wilgen ging de jonge jager maar de koude muil beet naar de struikelende vriend het geweer kent een vreemde plicht de hagel geen omweg rood als in sprookjes bloedde de sneeuw [pagina 28] [p. 28] Vijvervreugd (vrouwenpaviljoen) ‘De wingerd’ stiekem gapen de verwende poppen op theekrans bijeen met vrouwtje oktober die speeksel voor hen spint tot zilverdraad op haar antieke tand - toont schalks in het rond haar natte knuistjes de krullekopjes knikken - de gammele spoel weer in gereedheid brengt ‘Honingbijen’ op koppig avontuur van hout langs glas of naar de blinde hoek een afspraak halverwege schuurt zij haar dor verlangen aan een richel in het steen haar vlam [pagina 29] [p. 29] ‘Klimop’ haar ogen onderweg verdwaald de schouders broos bevroren roert zij haar tong in stijfsel dat tot de lippen staat bezoek houdt afstand van de kooi In de tuin in de paleistuin voor het feest begint gaat over de paden willekeurig hare majesteit 's middags bij volle maan minzaam haar glimlach als de hofdame toesnelt en haar inrijgt voor het bal (middelburg, november 1975, de kliniek bezocht.) Vorige Volgende