behielp, wat niet waar was: kraanwater gebruikte hij slechts om thee te zetten. Dat had hem op een idee gebracht en nu zaten ze tegenover elkaar, zij op de divan en hij op de kruk naast z'n ezel.
‘Hoe heet je?’
‘Ansje,’ zei ze. ‘Is de thee nog niet getrokken? Ansje Haverman.’
‘Wat een mooie naam.’
‘Bah,’ zei ze. ‘Zo heet m'n moeder ook. Alleen zet zij er Schippers achter. Dat hoef ik gelukkig niet. Als ik trouw, moet ik mijn achternaam achter die van hem zetten. Dat vind ik niet erg, want Haverman vind ik wel okee. Jij?’
‘Ja. Heel mooi. En hoe oud ben je?’
Ze liep naar de tafal. Met haar hand aan de theepot keek ze hem vragend aan. ‘Veertien. Zal ik inschenken? In deze glazen?’
Hij knikte en kuchte meteen daarop om z'n verlegenheid te verbergen. Nog maar veertien!
‘Een of twee scheppen?’
‘Drie,’ bracht hij er met roodaangelopen gezicht uit.
Ze keek verbaasd. ‘Wat een zoetekauw, zou m'n moeder zeggen. En jij?’
‘Ik weet niet wat je bedoelt.’
‘Doe niet zo maf. Hoe oud ben jij? Zal ik raden?’
Hij knikte zwakjes.
‘Vijfentwintig,’ zei ze met een stelligheid die hem een ogenblik deed geloven, dat ze de waarheid sprak. ‘Heb ik het goed?’
‘Ja. En zullen we nu beginnen?’
Gehoorzaam zette ze de beremuts op. De witte pluim lag er als een verloren badmintonbal bij. Hij had zin het geheel van haar hoofd te slaan.
‘Niet goed?’ vroeg ze. ‘Zo beter?’
Met één hand schoof ze de muts naar links. Onder haar oksel waren de naden van haar trui losgegaan.
‘Houen zo.’
Hij greep z'n tekenblok en een zacht potlood en schetste haar met haar ene arm omhoog. Toen hij met de hand en daarna met de muts geknoeid had, scheurde hij het vel eruit. Ze keek hem verschrikt aan en even was hij inderdaad in staat de rest erbij te fantaseren: haar benen, de knietjes, het korte rokje...
‘Op de plaats rust,’ zei hij.
Ze lachte en zette onmiddellijk de muts af.
‘Mag ik het zien?’
‘Nog niet,’ zei hij ontwijkend.
Zwijgend dronken ze hun thee, die ondertussen koud geworden was.
‘Weet je,’ zei hij aarzelend. ‘De volgende keer kun je misschien iets luchtigers aantrekken, iets waardoor ik ook je armen en je hals...’
‘Had dat meteen gezegd,’ en met een ruk trok ze haar trui over haar hoofd. Daaronder droeg ze een lichtblauw, nylon hemdje met korte mouwen, waartegen haar huid matgeel afstak. Hij begon onmiddellijk te tekenen, ditmaal met een nog zachter potlood. Houtskool zou beter zijn, maar hij gunde zich geen tijd dat tussen z'n rommel te gaan zoeken.
Ze begon te praten over school; ze zat op de havo, maar ze wilde overstappen naar het atheneum. Ze had vroeger in deze buurt gewoond, maar toen haar moeder in verwachting was, waren ze verhuisd naar West en nu had ze er een broertje bij en woonden ze in een groter huis en zat ze op een andere school met andere vriendinnetjes. Alleen voor het majorette-korps kwam ze hier nog en dan zag ze Thea, die vroeger haar beste vriendin was, maar nu niet meer.
Terwijl ze sprak, bewoog ze met haar hele lichaam. Ze had uitzonderlijk grote tepels voor zo'n klein meisje.
‘Klaar.’
‘Hoe laat is het?’ vroeg ze. ‘Vijf uur al? En ik moet om half zes thuis zijn. Dat haal ik nooit.’
Ze gleed in haar trui en kwam naar hem toe. ‘Blits.’
Hij had verwacht, dat ze zou gaan giechelen, vooral omdat hij meer getekend had dan er door het hemdje heen eigenlijk te zien was.
‘Een ander woord voor knalgoed. Dat zeggen ze allemaal op school,’ legde ze gebogen over de tekening uit. ‘Ik geloof, dat jij nog een boel moet leren.’
Met een vlugge beweging trok hij de vlecht, die nog in haar trui stak, naar buiten.
‘Kom je volgende week weer?’
‘Jap,’ zei ze. ‘Maar nu moet ik echt weg.’
Bij de deur greep hij haar arm. ‘Als ik jou was, zou ik thuis nog niets zeggen, zodat het een verrassing wordt, als het schilderij af is.’
‘Natuurlijk niet, suffie,’ zei ze. ‘Ik vertel ze nooit iets. Niets van wat belangrijk is, bedoel ik.’
Zodra ze weg was, prikte hij de tekening op de muur. Toen hij op de divan wilde gaan zitten, ontdekte hij dat ze de beremuts vergeten was.
Ze had inderdaad iets luchtigers aangetrokken: een kort, mouwloos jurkje van een soepele stof, waaronder ze alleen maar een broekje aanhad. Achter haar naar binnen lopend voelde hij de neiging opkomen een klap op de kleine billen te geven. Het was ongelooflijk brutaal van haar om zo uitda-