Hollands Maandblad. Jaargang 1973 (302-313)
(1973)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 26]
| |
Het inwendige museumToen mijn vader op sterven na dood was,
moet zijn blik, door de snikhete kamer zwervend,
(zo vertelt mijn moeder, als kreeg ik
alvast een deel van de erfenis)
met belangstelling hebben gerust op
witte tablet, apothekersflesje, fuchsia,
boekenkast, kaars, schilderij.
Wie heeft dat gemaakt? moet hij hebben gevraagd,
en zij, als de kippen erbij, moet hebben geantwoord:
je zoontje, weet je niet meer?
Die kon er wat van, schijnt hij toen te hebben gezegd,
om vervolgens zijn blik via ezelsbruggetjes,
fuchsia, flesje, tablet, naar binnen te keren
en daar te houden.
Voor een dag of wat toch nog wel.
Dat is nog eens kunsthistorie.
| |
[pagina 27]
| |
AfscheidOp een avond belde mijn moeder op,
niet om nog eens te zeggen gelukkig
‘dat hij zich bevuild had weer, en bijna
in bijzijn van net vertrokken leerling piano,
en zuster had alles weer in een mum voor elkaar’ -
minder erg: ‘dat hij de vorige nacht
radeloos was te keer gegaan,
naar huis terug wou, niet meer wist dat hij thuis was,
naar beneden wou, waar hij lag,
(zuster of ik zijn bij hem,
wakend of slapende op een stretcher
die ik daarvoor maar gekocht heb)
haar bezwoer het pand op eerste alarm
te verlaten, via balcon langs de regenpijp
naar beneden, toe, naar beneden -
zodat ik, toen we hem rustig gekregen hadden,
vanmorgen pastoor maar gebeld heb
om te bedienen, hij was er meteen,
binnen acht minuten, toevallig had ik
de klok in de gaten gehouden,
etcetera, je begrijpt wel.’
Ik kom, zei ik terug.
daar lag hij, niks razend, niks panisch,
waar ik toch wel bang voor geweest was,
een stille, marmeren kop, als op oude tombes.
Aan af en toe ademen zag ik
dat hij er niet in lag nog.
Ik keek naar 'm. Ik had wel verdriet,
maar ik was ook wel blij met 'm, zo.
Terugreizend bedacht ik, voor het eerst na jaren
weer met vertedering over je, moeder,
hoe vreemd het voor je moest zijn:
zo'n oude, lichtgrijze man
die je vroeger ‘appeltje’ noemde.
|
|