Hollands Maandblad. Jaargang 1972 (290-301)

[p. 35]

[Gedichten]
C. Winkler

De borsten half ontbloot, de klederen gescheurd
een wijnrank in de hand, uitzinnig kreten slakend
zo trekken zij door 't land naar Dionysus hakend
zwaaiend de thyrsusstaf en drinkend om de beurt

O dansende Bacchanten met verwilderd haar
de god heeft zich verstopt en jullie zoeken maar
doe net als Attis en verkies een sterveling
laat je niet kisten door de wil van de godin

De feesten in het Vondelpark waren dit jaar geslaagd
nubiele dochteren zijn er massaal ontmaagd
ik mag de orgie wel, hij is aan mij besteed

Zij dragen kettingen als de godin Cybele
en mogen van mij best met marihuana spelen
zoals de Griek dat met de wijnstok deed

Er schijnt een dun winterzonnetje
het is zacht voor de tijd van 't jaar
zo vond ik zojuist nog een rups
en vele, vele lieveheersbeestjes

De tuin klaargemaakt voor de winter
Walter knipte de zonnebloemen af
en sjouwde zakken vol rotte blaren
naar de stoeprand voor de vuilnisman

We dekten de planten toe met turfmolm
snoeiden de kamperfoelie een beetje bij
en spoten de heg vrij van luizen

Zo deden wij onze faits d'hiver
hoofdzaak is dat er wat zon was vandaag
zou de winter overgaan in zachte lente?