Die jurk moet strak aansluiten, stelde hij vast. (Het was een wollige jurk, met een visgraatmotief.) Lekker strak insnoeren! Een goed getailleerde jurk bewaart de geuren van het vrouwenlijf.
De patronen rolden als een hand knikkers door elkaar, toen hij ze uit zijn zak haalde. Eén voor één stopte hij ze in de houder, die hij vervolgens in het pistool drukte. De glazen wand, die hem van Karolien scheidde, hielp de kleine geluiden van zijn bezigheden bewaren.
Het was al over achten, en hij had er zelf om moeten vragen, toen ze wat gingen eten. Maar aan tafel liet Stoof zijn stuk gebakken vis demonstratief onaangeroerd. Karolien had niets meer gezegd, niet toen hij haar voorstelde om ergens in een restaurant te gaan eten, en niet, toen hij terugkwam met de vis in het bruine pakpapier.
- Karolien, zei hij. Zullen we met deze komedie ophouden?
Haar ronde gezicht draaide een ogenblik uit het licht van de papieren bol aan het eind van de tafel om zachtjes voor mijn part te zeggen.
Stoof glimlachte om haar stuursheid. Maar het stukje vis, dat hij vervolgens in zijn mond stak, bleek een pijnlijke graat te bevatten. Onder luid misbaar bracht hij zijn beide handen naar zijn mond.
- Ik begrijp jou niet, zei Karolien. Waar is het goed voor om steeds weer met nieuwe rommel aan te komen?
Stoof hief bezwerend een hand op, met de andere de graat uit zijn gebit wrikkend.
- En dan dit! Dat ding werkt me op m'n zenuwen, kun je je dat nu niet voorstellen? Het is net alsof je met een doodskist thuiskomt!
- Luister nou eens, zei Stoof, op een toon alsof hij het gelijk al dagen aan zijn zijde had, maar nog niet tot een uitspraak was gekomen.
- Begin je weer over die flatneurose, wilde Karolien hem voor zijn.
- Nee, nee, zei hij. Maar het gaat wel om zèlf iets willen bijdragen aan deze betonnen eh, existentie. Ik heb nog een rudiment avontuurlijkheid zou je kunnen zeggen, maar dat ligt bedolven onder de redelijkheid, de volwassenheid, de vanzelfsprekendheid, noem maar op, alles wat anderen me zo nodig moesten bijbrengen. En het ligt ook wel een beetje bedolven onder jou, haha.
- Zo, zei ze bitter. Je moest dus onder mij uit kruipen om bij Helga Sanders te komen, bedoel je. Mooie avonturier ben jij!
Inderdaad, dacht Stoof. Jij was de werkelijkheid, Helga was wat het ook had kunnen zijn.
- De dingen die ik tot nu toe heb meegebracht, waren meer om de sleur te doorbreken, die hadden verder helemaal geen zeggingskracht, vervolgde hij. Nu heb ik iets, waarmee ik eens een keer, nou ja zeg maar: aan de beurt ben. Ik sta voor een nieuwe keuze. Dat heb ik bewust zo gearrangeerd.
- Wil je yoghurt, of druiven, vroeg Karolien.
Ik zal je niet bang maken met de waarheid, dacht Stoof, maar ik heb het bijna gezegd.
Stoof stond verlegen in de deur van de slaapkamer. Karolien, aan de andere kant van het bed, keek hem onzeker aan. Ze hield haar jurk in haar hand. Stoof kuchte. Het pistool bewoog hij wat heen en weer, als om het een onschuldiger aanblik te verschaffen.
- Waarom haal je dat hier?
Hij liet zich kwasi-achteloos op het pisstool opmerkzaam maken en zei:
- O, dat weet ik niet.
Ze schudde haar hoofd en ging op de rand van het bed zitten, haakte met haar ronde handen op haar rug het bandje van haar beha los. Vervolgens bracht ze haar hand naar de rand van haar broekje, maar ze liet het weer los.
- Ik leg het gewoon hier, zei Stoof kinderachtig.
- O.
Ze sloot haar ogen een moment, aarzelend. Toen ze hem weer aankeek zag hij dat ze zelf ook wel begreep dat dat voor een kalmerend gebaar te lang was geweest, te benauwd. Hij deed een paar stappen over het witte bouclé-tapijt naar haar toilettafel en legde het pistool neer, waarbij hij een flesje roze kosmetika omstootte. Vervolgens kleedde hij zich uit, zich er voortdurend van bewust dat ze naar hem lag te kijken.
In bed schoof hij zijn arm om haar heen. Maar ze huiverde onder de aanraking en rolde niet in de glooiing van zijn schouder, zoals ze dat gewoonlijk deed.
- Hé, probeerde hij haar wat op te beuren, en hij schudde haar een beetje. (Het is de eerste herfstavond, dacht hij. Laten we maar gewoon aardig voor elkaar zijn.)
Ze keek hem aan en pruilde. Toen hij zijn glimlach de vrije loop liet, boog ze zich toch naar hem toe. Het laken gleed van haar af, haar brede blote rug sloeg als een deksel op hem dicht. Even meende hij tranen in haar grijze ogen te zien, maar ze huilde niet.
- Ik had gewoon het gevoel dat je op mij wou schieten, daarnet.