Hollands Maandblad. Jaargang 1969-1970 (258-277)

[p. 34]

Karel Soudijn

zoals die dame zei:
tomaten moet je hier niet eten
want wie weet wie ze hebben aangeraakt

toeristen die de eigen naam
of die van een geliefde
gekrast hebben in fresco's
uit een byzantijnse periode
herboren
na bedekt te zijn geweest met vuil
of door de turken aangebrachte kalk

en in een negentiende eeuwse kerk
ligt een stuk brood te wachten
op de zegening van het gebroken zijn
tot zolang in bezit genomen door de mieren

aan het meer eles ik
the selling of the president
en daarna klim ik naar een rotskapel
waarvoor een oude invalide zit
die van commercie weet
want met zijn ene been vooruitgestrekt
verkoopt hij kaarsen als entreebewijs

voor het eerst naar de lagere school
de juffrouw droeg zoveel mogelijk een hoedje
later pas een pruik
we begonnen met tekenen op ruitjespapier
ik maakte een zeilboot
een bank verder stak een jongen
al de eerste minuut een snoepje in zijn mond
mijn naam kon ik al schrijven
de inktlap borg de juffrouw voorlopig in de kast
want daar waren we nog niet aan toe
er zat ook een drieling in de klas
die was op een extra lange step aan komen draven