Hollands Maandblad. Jaargang 8 (226-235)
(1966-1967)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermdDe minst imperialistische natie ter wereld
| |
[pagina 7]
| |
bijv. voor ontwikkelingshulp zijn maar anderen voor meer consumptieve voorzieningen en daardoor (althans in de praktijk) niet voor ontwikkelingshulp, wordt in het Amerikaanse stelsel vermeden. Ook een partij die gewoonlijk de meerderheid in een regio bezit kan het afleggen als de andere partij met een betere kandidaat komt. Terecht kritiseert De Kadt het anti-Amerikanisme dat bestaat in permanente kritiek op de militaire en economische steun die de Verenigde Staten aan tal van landen geven. De Verenigde Staten zijn de minst imperialistische natie ter wereld. Het is voor wie de geschiedenis van wereldrijken bestudeert verrassend om hier een land te zien dat op het toppunt van zijn macht (eind eerste wereldoorlog; eind tweede wereldoorlog met het monopolie van de atoombom) zijn soldaten repatrieert, zijn leger inkrimpt en maar met moeite (na 1945 werden bijv. Griekenland en Turkije aanvankelijk door Engeland gesteund) bedreigde vrienden te hulp komt. In het geheel nagelaten wordt het scheppen van orde in gebieden waar voortdurend een schemertoestand heerst (zoals hier en daar in Zuid-Amerika) of het vroegtijdig optreden tegen potentiële doodsvijanden (zoals aanvankelijk Rusland maar ook bijv. in 1948/49 de communistische opmars in China). Begrijpelijk wordt deze houding als men beseft dat het Amerikaanse beleid niet emaneert uit een kaste van militairen of andere autoriteiten, maar nauw verwezen is met de vriendelijkheid en de op vredelievende prestaties gerichte mentaliteit van het gehele volk. Zo is dit land een toonbeeld geworden van vitale en genereuze democratie. De Kadt eindigt met een pleidooi voor een open bondgenootschap met de Verenigde Staten als centrum en een democratisch charter als basis. Het valt op dat hij doet voorkomen alsof in deze richting nog niet gepleit is. Ik meende dat de op blz. 7 terloops genoemde Javits en anderen deze gedachte al aan de orde hadden gesteld. Het is in elk geval van grote betekenis om ook aan deze zijde van de Oceaan te bestuderen hoe een weg naar een dergelijk bondgenootschap kan worden gebouwd zonder de samenwerking met groepen in bijv. ‘de derde wereld’ te schaden. |
|