sportvelden achter de gasfabriek aan de rand van de stad. Eén keer had een van de vliegtuigjes een perfecte buiklanding gemaakt temidden van een groep oefenende honkbalspelers. Over twee sloten had Harry toen moeten springen om hem op te halen. Of ze het wilde of niet, Willeke Blom kwam op de ritten dat Harry haar vergezelde alles te weten over de zweefvliegerij.
Bij ‘De Hobbyist’ leerden ze hem kennen. De lange man achter de toonbank, die een bril droeg met een zwaar montuur dat te breed was voor zijn mager gezicht, maakte graag een praatje. Hij tuitte zijn lippen en knikte vol bewondering toen Harry hem vertelde waarvoor hij het balsahout nodig had. En terwijl hij zijn jeugdige klant een tube lijm overhandigde verklaarde hij dat hij zelf geen spijker recht in de muur kon slaan. ‘Ik verkoop van alles aan hobbyisten, meneer, maar ik heb twee linkerhanden.’
Bronzo Kozijn (11) zat achterop en hield het vliegtuig vast. Harry racete door de drukte in de richting van de gasfabriek. Achter hem reed Guus Vink met Ronald achterop, die twee vliegtuigen onder zijn arm hield. Het was uitstekend vliegweer: zwakke tot matige wind, weinig bewolking. Bij de sportvelden werden de fietsen in het gras gelegd en het duurde niet lang of Harry's nieuwe vliegtuig zat in de lucht.
‘Het zwaartepunt ligt te ver naar voren’, constateerde Guus Vink. Inderdaad begon het vliegtuig vrijwel direct met de neus naar beneden aan een beverige glijvlucht. Gelukkig zonder beschadigingen keerde het op de begane grond terug. Daarna begonnen Guus en Ronald Vink hun vliegtuigen op te laten. Bronzo voelde met een natte wijsvinger uit welke hoek de wind kwam.
Was het toeval dat zich onder degenen die van hun fiets stapten om naar de vliegtuigjes te kijken een 16-jarig meisje met kastanjebruin haar, blauwe ogen, amandelvormig gezicht, olijfgroene sweater, pindakaaskleurige wollen rok, blote benen en hazelnootbruine schoenen met halfhoge hakken maat 37 (Willeke Blom) bevond? Nee. Waarom liep Harry niet naar haar toe en bleef hij met het vliegtuig op zijn knieën in het gras zitten? Omdat hij haar niet zag. Hij was bezig het stukje lood, dat op een vernuftige manier met een elastiekje in de romp was ingebouwd, naar achteren te verplaatsen.
Willeke Blom stapte, na even te zijn blijven kijken, op haar fiets en reed weg. Boven hun hoofden denderde een DC-8 over. -------------- Het moest een komedie zijn, maar van de gezichten van de mensen die uit de bioscoop kwamen kon je dat niet aflezen. Aan het gezicht van Willeke Blom, die met Harry buiten in de rij stond te wachten, kon je ondanks het neonlicht van de reclames zien dat ze haar lippen had roodgemaakt, iets wat ze overdag nooit deed.
Het had even geduurd voordat hij haar had gevraagd, maar toen ze op een ochtend bij hem in de lift stapte had hij het er op gewaagd. Net op tijd, want de deur van de lift ging al weer open en hij moest er uit. Tot zijn verbazing en opluchting had ze onmiddellijk ja gezegd. ‘Ik zie je straks nog wel’, had hij haastig gemompeld, want de deur van de lift ging al weer dicht.
Na afloop van de film (het was inderdaad een lachfilm, met de Franse komieken Bourvil en Louis de Funes) bracht Harry Willeke Blom naar huis en bij haar voor de deur bleven ze nog even praten, Harry op zijn fiets zittend met een voet op het trottoir. Willeke Blom wees waar ze woonde. drie hoog, en waar haar kamer was (daar brandde geen licht). En juist toen Harry wilde wegrijden, na ‘Nou, tot morgen’ te hebben gezegd, gaf Willeke Blom hem onverhoeds een zoen midden op zijn wang en holde weg. En wat deed Harry. Die wachtte niet tot het licht in haar kamer aanfloepte, maar fietste zonder omwegen naar huis en verdween regelrecht (zijn ouders waren bridgen) in zijn kamer, op de deur waarvan een plastic strip was aangebracht waarop stond: H. Kozijn kloppen s.v.p. Bronzo ook en waar een paar zweefvliegtuigen van verschillende grootte aan de muur hingen, naast de foto's van het Gardameer, waar hij het vorig jaar met vakantie geweest was.
Om acht uur de volgende ochtend liep de wekker af, maar Harry werd er niet wakker van. Om kwart over acht bonsde zijn moeder op de deur. ‘Harry, denk je aan je tijd?’
Hij sprong uit bed en begon zich aan te kleden. Dat haalde hij nooit meer. Hij snelde naar de keuken, waar zijn ontbijt, twee boterhammen met marmelade en een ei, klaarstond, naast de bekruimelde bordjes van zijn vader en Bronzo en het glas waaruit zijn moeder sinaasappelsap had gedronken. Haastig nam hij een paar happen, kauwend trok hij zijn jas aan. Ergens in huis loeide een stofzuiger. Het oranje trommeltje stond klaar op het aanrecht. Zonder zich te hebben gewassen sprintte hij de deur uit. Het ei bleef in z'n dopje staan.
Om vijf minuten over half negen stond