‘les trombes, les ressacs et les courants’ (de hozen, de tegenzeeën en de stromingen) is in II ‘het dof trompetgeloei van stroom en tegenstroom’, in IV ‘grondzeeën, hozen en de stroom’, in V ‘de stortzee, het orkaan’.
Zowel II als V laten vrijwel niets heel van de rimbaldiaanse samenhang in deze strofe.
9. ‘horreurs mystiques’ (mystieke gruwelen) is in II ‘wreed geheim’, in IV ‘mystieke ontzetting’, in V ‘occulte huiv'ring’.
‘taché’ (bevlekt) is in II ‘verloren’, in III ‘bezwalkt’, in IV ‘getekend’.
‘figements violets’ (violette stollingen) is in II ‘bloedvaam’, in III ‘paars gestold’, in IV ‘een paarse zee die stolt’ (ook syntaktisch onjuist vertaald), in V ‘een paarse zee, in avondgloed gestold’ (zelfde bezwaar als tegen IV).
‘leurs frissons de volets’ (hun huiveringen van luiken) is in II ‘moord en vreemd gemuit’, in IV ‘klepperend van verre aangerold’, in V ‘tragische plooien rolt’.
‘drames très antiques’ worden in II ‘oude Griekse koren’, in III ‘drama's uit de oertijden’, in IV ‘zeer antieke Tragedies’, in V ‘voor-wereldlijke sagen’.
Voorts zijn II en V volledig beneden de vertaalmaat gebleven.
10. ‘J'ai rêvé la nuit verte aux neiges éblouies, Baiser...’ (Ik droomde de nacht groen met verblinde sneeuw, een kus...) wordt in elke vertaling onherkenbaar verbasterd: In II ‘En in de nacht, waarin de sterren bloeiden: Kussen...’, in III ‘De groene nacht in pracht van sneeuwen die ik droomde, een kussenvloed...’, in IV ‘Ik zag in droom de kus (die...) de nacht door sneeuw verdwaasd’, in V ‘'k Had een visioen van sneeuw, lichtend door groene nachten - en elke vlok een kus’.
‘avec lenteurs’ (met langzame bewegingen, o.i.d.) is in II ‘wellustig, zwoel en traag’, in III ‘lui’, in V helemaal weggelaten.
‘Inouis’ (ongehoord) is in II absent, in III ‘onhoorbaar’ (!), in V ‘ongehoorde krachten’, door onjuiste syntaktische analyse.
l'éveil’ (het ontwaken) is in II ‘gloeide’, in III ‘'t opstaan’, in V ‘glimt’.
‘la circulation’ (het rondgaan) in II ‘die drijft van hoog naar laag’, in IV ‘dat in zijn omloop raast’, in V ‘voortgestuwd door’.
De kunstgreep van IV om regels te verwisselen is onaanvaardbaar.
11. ‘vacheries hystériques’ (hysterische melkerijen) wordt in II ‘als koeien vol melk... hysterisch doodsgebrul’, in III ‘hysterische koeien’, in IV ‘verdomde hysterie’, in V ‘het hysterisch huilen’.
‘j'ai suivi’ (ik heb gevolgd) is in II ‘hoorde ik’, in III ‘'k Moest aanschouwen’, in V ‘'k Heb gezwalkt op...’
‘les pieds lumineux des Maries’ (de lichtende voeten van de Mariaas) worden in II tot ‘rust van Onze Lieve Vrouw’, in IV tot ‘de lichtende verschijning van een Maria’.
‘forcer le mufle des Océans poussifs’ (de snuit van de dampende Oceanen openbreken) wordt in II ‘afgronds muil boeien’, in III ‘de muil der dempige grootzee dempend bedwong’, in IV ‘de Oceaan met de muilkorf gestrikt’, in V ‘de drift der schuimbekkende muilen zwicht’.
12. ‘d'incroyables Florides’ (ongelooflijke Floridaas), wordt in II ‘'t Eiland der zaligen’, in IV ‘Fantastisch Florida!’ (!), in V ‘sprookjes-eilanden’.
‘des yeux de panthères à peaux d'hommes’ (ogen van panters in huiden van mensen) is in II ‘'t gele pant(s)eroog en geur van mensenhuid’, in IV ‘ogen van pantermensen’, in V ‘panterogen en mensenlichamen’, terwijl III en IV de (niet eenvoudige) zinsbouw niet hebben doorzien.
‘heurté’ (geraakt) is in II ‘gevonden’, in IV ‘kijken’ (bij onjuiste zinsanalyse), in V ‘zag opdoemen’.
Elke vertaling laat het uitroepteken weg, en onderbreekt de zin niet meer, wat helderheid en juistheid der vertalingen niet ten goede komt.
‘glauques troupeaux’ (zeegroene kudden) worden in III ‘zeegroen kuddespcl’, in IV ‘blauwe (!) kudden vis’, in V ‘'t groen-gerugde vee’.
‘sous l'horizon des mers’ (onder de horizon der zeeën) is in II ‘onder 't vlak der zee’, in III ‘ter waterkimmen’, in IV ‘onder 't oppervlak der zeeën’, in V ‘ver onder de kim’ (zonder zeeën).
13. ‘vers les gouffres cataractant’ (naar de afgronden omlaagstortend) wordt in II ‘katarakten, die de hemelen verrassen’, in III ‘opwaarts naar de waterkolken slaan’, in V ‘neerdonderen in 't Niet’, terwijl IV zich geroepen voelde om de rangschikking van Rimbaud volledig te herzien.
14. ‘Glaciers, soleils d'argent, flots nacreux, cieux de braises’ (Gletsjers, zonnen van zilver, paarlmoerse baren, hemelen van gloeikolen; n.b. ‘nacreux’ is een door Rimbaud bedacht woord!) wordt in II ‘IJsgletsjers, zilverzon, parelstroom, houtskoolvuren’, in III (nog vrij korrekt) ‘Gletsjers, zilveren zonnen, paarlbaren, lucht in laaie’, in IV (vrij vrij) ‘Gletschers, zilveren zon, de luchten rose, branding van paarlemoer,’ in V ‘IJs-bergen, zilver-zon, paarlmoer-zee, vlammcn-hemelen’; waarom niet preciezer vertaald?
‘Echouages hideux au fond des golfes bruns’ (Afgrijslijke strandingen op de bodem van de bruine baaien) is in II ontaard in ‘Schipbreuk in bruine nacht’, in III ‘afschuwbrc stranden in der bruine baaien schoot’, in IV ‘walgelijke stranding temidden van het vuil der bruine modderpoel’, in V ‘Inhammen griezelig in baaien modderbruin’
‘punaises’ zijn alleen ‘wandluizen’ en geen ‘weegluizen’ (III), geen ‘schurftig gekrioel’ (IV), geen ‘termieten’ (V).
‘Dévorés’ (verslonden) is niet ‘vastgebeten’ (II), niet ‘gedood’ (III), niet ‘wemelen’ (V), en hoeft evenmin te worden weggelaten (IV).
‘noirs parfums’ (zwarte geuren) is in II ‘stank, niet te verduren’, in IV (alweer) weggelaten, in V ‘stinkend zwart’,
De hutspot van IV geurt walgelijk.
15. ‘dorades du flot bleu, ces poissons d'or’ (goudmakrelen van de blauwe baar, die vissen van goud, die zingende vissen) worden in II ‘goudvissen uit mijn aquarium, met hun sirenenzang’, in III ‘dorade, de goudvis die kan zingen in 't blauwe water’, in IV ‘paradijzen (?) van golven blauw, die vis van goud, zingende vis’ (n.b. puristen zeggen - ten onrechte - ‘dorado’, i.p.v. ‘eldorado’, dat echter niet door ‘paradijs’ kan worden vervangen; doch de bedoelde coupure treft men alleen in Nederland aan), in V ‘duizenden doraden, krioelend in het blauw, zoetzingend, goud-gevind’, Waarom? ‘par instants’ (bij wijlen) in II ‘dagenlang’ in IV en V ‘vaak’.
‘ont bercé mes dérades’ (hebben mijn afvaarten gewiegd) is in II ‘mij kranste’, in III ‘wijdde mijn onttakelingen’ in IV ‘omzomen... mijn vaart op drift geraakt’, in V ‘zeilde ik van meen'ge kade’.
‘ineffable’ is ècht ‘onuitsprekelijk’, en niet ‘onuitspreekbre’ (III en IV), veel minder nog ‘eeuwge’ (II) of ‘god-gezonden’ (V).