Twee verlangens
Alain Teister
Men zou alle nieuwgeboren kinderen Brutus moeten noemen; de meisjes, wel te verstaan, opdat het omineuze door hun anders zijn van geslacht zoveel mogelijk teniet wordt gedaan. De knapen konden Ophelia heten; kalme beken konden worden aangelegd om hen, wanneer zij tot de jaren des onderscheids waren gekomen, te ontvangen. Alleen mijn zoon zou anders heten: Brutus, en mijn dochter Ophelia; zo zou ik ze altijd van alle anderen kunnen onderscheiden, als dat nodig was.
Het stadium van vroeger weer bereiken: doodsangstdromen door de gezichtjes in de patronen van het slaapkamerbehang. Men zou alles moeten schilderen, stoelleuningen, de bovenkant van de boekenkast, tafelblad, deurposten, het marmer van de schoorsteen: met bekoorlijke en lieflijke figuurtjes, welgemanierde jongemannen, intelligent en knap uitziende meisjes, met bloemen omkranst, putti, de drie gratiën. In de avondschemering, als men vroeg ging slapen, namen zij makkelijk de vorm aan van draken, slangen, griffioenen, prelaten, eenhoorns.