Korte commentaren
Even wel wezen
Als ik het goed begrijp is het standpunt van de Nederlandse regering inzake Nieuw-Guinea nog steeds zelfbeschikking, maar met een andere inhoud. Vroeger gaf zelfbeschikking de Papoea drie mogelijkheden om naar te streven: 1. Onafhankelijkheid, maar dan in armoede; 2. Aansluiting bij Indonesië, maar dan in de gevangenis; 3. Aansluiting bij Nederland, dan kreeg hij de vette baantjes. Zelfbeschikking was een middel om Soekarno te pesten. Nu laat zelfbeschikking de Papoea de keuze tussen: 1. Vrijwillige aansluiting bij Indonesië; 2. Gedwongen aansluiting bij Indonesië. Zelfbeschikking is nu het middel om na jaren van mislukkingen, domheden, leugens en vernederingen niet te hoeven aftreden. Wat is immers de redenering? ‘De rampspoed is een gevolg van onze edelmoedigheid. Wij zouden Nieuw-Guinea best weg willen geven, maar we hebben nu eenmaal de Papoea zelfbeschikking beloofd, en belofte maakt schuld.’ Schuld bij wie? Niet bij de verstandige Nederlanders, die inzagen dat dit een belofte was die niet gehouden kon worden, en dus niet gedaan mocht worden. Nee: schuld bij een minister, die met onwaarheden over beweerde steun van bondgenoten, met vaagheden, trucjes, grapjes en de dikste huid aller tijden, denkt buitenlandse politiek te voeren.
Men krijgt de indruk dat Luns in de physica der wereldpolitiek de absolute lichtsnelheid is: werelddelen verzinken, dictatoren verrijzen, temidden van de chaos blijft één ding constant: het ding, genaamd Luns. Churchill, Eden, Pflimlin, Leopold traden af, toen ze het pleit verloren hadden, Luns roept ‘dat komt door mijn edelmoedigheid’.
Waarom moet het weer tegen Luns gaan? Waarom niet de premier zelf verantwoordelijk gesteld? Ach, hij lijkt me niet toerekeningsvatbaar. Broek op Zand wacht al maanden op een burgemeester.
Maar laat Luns nooit burgemeester worden. Hij zou zijn dorp zelfbeschikking beloven, een dorpsbataljon organiseren, zes keer naar New York varen, Nederland in het communistische kamp drijven en tenslotte verliezen, capituleren, afgaan, maar nooit, nooit aftreden.
B.C.