En de realiteit
A.F. Luyendijk
Rijk meent, dat men de ‘liberale leiders’ niet moet stijven in de waan, dat ze de volstrekt onliberale kiezers, in dit geval dus het stuk electoraat van De Telegraaf, moeten behouden. De heer Rijk staat in zijn oordeel iets te ver van de politieke werkelijkheid. Het is namelijk geen waan van die liberale leiders (men kan de aanhalingstekens rustig achterwege laten, want zij zijn de leiders, kijk maar in Parlement en Kiezer) dat zij coûte que coûte die malcontenten aan zich moeten binden, het is hun rotsvaste overtuiging, dat die kiezers voortreffelijke liberalen zijn. Zij hebben voor deze groep een veel groter ontzag dan voor de linkervleugel van hun partij, die niet veel zetels waard is en die toch feitelijk ‘rood’ is.
Heel wat belangrijke VVD'ers zijn in de loop van de tijd belachelijk gemaakt in het Amsterdamse ochtendblad, maar nog nooit heb ik een van de liberale leiders in de Kamer of in de vele vergaderingen, die ik heb bijgewoond, tegen De Telegraaf van leer horen trekken. Integendeel, de banden tussen de VVD en het blad zijn tamelijk nauw. Telegraaf-tekenaar Samson maakt plaatjes voor de partij, mevrouw van Someren-Downer, eens (hoogst ondeskundig) politiek redactrice van De Telegraaf, werd alleen op grond van deze opleiding geschikt bevonden voor de liberale Tweede-Kamerfractie, het Algemeen Handelsblad, hecht bolwerkje van de VVD, wil samen met De Telegraaf een radio-omroep gaan vormen. Alleen, wanneer de ‘rooie’ liberalen iets schrijven of zeggen, dat de heren niet bevalt, noemen zij verontwaardigd man en paard.
Conclusie: de VVD is niet alleen een partij, die dobbert in de tevredenheid van de hoogconjunctuur, het is een kwetsbare partij en veel zwakker dan men op grond van de laatste zetelwinst zou denken. Zij moet drijvend blijven op een onbetrouwbaar electoraat. Dat is de politieke realiteit en die realiteit heb ik in mijn artikel willen weergeven. Dat leek mij nuttig, omdat de opponerende liberalen dikwijls heel rake dingen beweren, maar meestal vergeten, dat er politieke gegevenheden zijn, die men niet kan wegkeffen. Willen de opposanten werkelijk iets bereiken, dan zullen zij zèlf een politieke realiteit moeten opbouwen, binnen of buiten de VVD.
Binnen de VVD: dat betekent hard werken, veel schrijven en vooral praten, in gemeenteraden zien te komen en dan hogerop. Daarvoor zijn opofferingen nodig, die veel tijd kosten en geen geld opleveren. Niet iedereen is zo geniaal als mevrouw Van Someren.
Buiten de VVD: dat betekent het oprichten van een nieuwe partij. Veel gedachten gaan in die richting. Als men over de nodige financiën kan beschikken, is er wel iets te bereiken, maar niet met dilettanten. Ook dan zal er een kader moeten worden gevormd, dat dubbel bekwaam moet zijn, omdat het met een kleine fractie moet werken.
Men kan natuurlijk ook bij de volgende verkiezingen op een andere partij stemmen en men kan verder als oppositiegroep voorkeursstemmen uitbrengen op een laaggeplaatste kandidaat, die aanvaardbaar is. Maar dan heeft men een... electoraat nodig, dat bovendien goed georganiseerd moet zijn.
Er zijn dus heel wat mogelijkheden, die men zelfs nog kan combineren. Men moet ze zien te verwezenlijken. Politiek is geen woordenspel, men bereikt er niets zonder een machtspositie op te bouwen.
In mijn artikel heb ik Ouds positie weergegeven, die niet mijn positie is. Ik heb mij bepaald tot een soort fenomenologische analyse. Van instemming met Ouds politiek is geen sprake. Van berusting evenmin. Het constateren van een feit betekent niet, dat men zich erbij neerlegt. Maar schelden op de Eigerwand helpt niets, wanneer men niet kan klimmen.