Pleidooi voor een moordenaar
J. Roukens
Het vonnis over Eichmann stond in vele kranten op een plaats waar men het kon verwachten, op een binnenpagina. De doodstraf gaf mij even weinig voldoening als een andere straf of zelfs vrijspraak gegeven zou hebben. Aan Eichmanns daden kan dat niet liggen, kwantitatief heeft hij meer uitgericht dan elke willekeurige sluipmoordenaar. Aan zijn persoon? Het is wel duidelijk, dat er nooit iemand door zijn toedoen vermoord zou zijn, wanneer hij niet gemeend had het Recht aan zijn zijde te hebben. Zonder een Nazi-rijk om zich heen was de beklaagde Eichmann niet denkbaar. Zonder opdracht zou hij wellicht niet gemoord hebben, zonder instemming had hij het nooit gedaan. Daarom is hij voor mij niet het type van een moordenaar, maar het prototype van de moordenaar.
Dat ik, en velen om mij heen, nooit iemand zullen vermoorden, weet ik best. Ik heb nimmer de behoefte gevoeld een dergelijke laatste konsekwentie te trekken. Ook is voor mij het leven meer een kwestie van wederzijdse krenkingen, dan van leven en dood. De dood hoort er niet bij, een dode antwoordt niet al zouden velen dat graag willen. Maar of ik geen Eichmann zou kunnen zijn, en velen om mij, daarop kan alleen de proef op de som antwoorden. Maar misschien is dat niet eens nodig, als ik zeg dat ik hem wel zou kunnen zijn. Daarbij behoef ik het mijzelf helemaal niet moeilijk te maken, door ook even beroemd te moeten worden als Eichmann.
Waarin verschilden zij die vlucht na vlucht de duitse steden platbombardeerden, van de moordenaar? Het doel, dat voor nederlanders een bevrijding was, voor duitsers de massale dood, was voor de vliegers het zaaien van vernietiging; misschien door sommige in het morele vlak getrokken met de gedachte, dat dit alles voorbereiding was en dus behoorde tot de ‘laatste slag’. Wat natuurlijk ook zo is, een woestijn groet niet terug.
Maar uiteindelijk hebben in de laatste oorlog en ook daarna, de grootste woestelingen achter een bureau gezeten. Zij vertegenwoordigden het recht, en zij voerden het uit. En zij zaten ver genoeg van de verwoesting vandaan, om er de morele weerslag niet van te hoeven gevoelen. Zij die de atoombommen dirigeerden gaan vrijer uit dan zij die ze lieten vallen. Zij registreerden de vernietiging zoals zij de uitgezonden vernietigingskrachten hadden geregistreerd, en hun verantwoordelijkheid bestond daarin, dat het één in een behoorlijke verhouding moest staan tot het ander. Een taak waarvoor zij de volksdank gekregen hebben, meer nog dan de nazi-heren die hetzelfde deden, maar tenslotte altijd nog afhankelijk waren van de willekeur van een onredelijk tiran.
Men is al gauw man achter het bureau, en er zijn vele liefdes die ons tot die plaats kunnen verleiden. Liefde voor de wetenschap, de techniek, het vaderland, de vrijheid, het systeem, voor een vader, een kerk, ja zelfs voor die verre naaste die van ons werk straks het slachtoffer wordt; omdat die hetzelfde doet als wij, maar nu eenmaal in een andere streek geboren is.
Het is mijn eigen ervaring dat men achter een bureau kan zitten en moordenaar worden, zonder dat daar iets aan te verhelpen is; ja, dat men zelfs schuldgevoelens op kan lopen, als men daarachter niet was gaan zitten.
De praktische moraal is een kwestie van prioriteiten. Dit stuk beroept zich op de prioriteit van het moordenaarschap, omdat ik aanhechtte bij Eichmann. Daarmee maakte ik het mij gemakkelijk omdat de grens tussen leven en dood zo streng getrokken is. Maar voor een gelovige, die zijn leven na de dood elders voortzet, zal de kerk kunnen prevaleren. En voor mijzelf, in de praktijk, is het de sympathie voor omwonenden, de onredelijkheid van de eventuele tegenstander (maar evengoed had het kunnen zijn de onredelijkheid van de momentele medestander), ja zelfs, o verschrikkelijke noodoplossing, de hoop dat de potentiële verwoester de moordenaar in toom houdt.
Was Eichmann direkt na de oorlog geexekuteerd, velen hadden wellicht gevochten om een plaats in het exekutiepeleton. Dat er nu nog veel joden zijn, voor wie het vonnis belangrijk genoeg was om het met de doodstraf eens te zijn, dat kan ik mij voorstellen. Maar voor mij was het proces-Eichmann verjaard voordat het begonnen was. En wel om de, achteraf gezien, verwisselbaarheid van de verdachte. Het had proces-Müller, proces-Soundso, kunnen heten.
Waarmee niet alleen gezegd wil zijn dat velen juist zijn plaats hadden kunnen in-