een schuin oplopend zwart plankier waarop alles zwaar en reëel leek, ontnuchterd en naakt, de zwakheid van het gegeven, die met de tovermantel van liefdevol toegewijde artisticiteit bedekt moet worden, schaamteloos onthullend. Een fraaie spelprestatie als die van Ko van Dijk in de rol van Spoel de Wever (die overigens altijd een opgelegd succes garandeert) maakte de machteloosheid van de regisseur en de ontelbare dolzinnige fouten in de regie niet goed. Een regisseur die gemeend had dit stuk nu maar eens ferm van alle mogelijke romantische aankleef (de muziek van Mendelssohn o.a.) te moeten ontdoen, had het daardoor tevens ontluisterd en lekgeprikt zodat de ijle sprookjesballon als een onaanzienlijk leeggelopen velletje in de modder werd getrapt. Hij toonde overigens niet alleen zijn fundamentele onvermogen tot een artistieke daad - o.a. door zijn kritiekloze verknochtheid aan de luimen van Nicolaas Wijnberg - maar leverde deze avond ook weer eens een verregaand onbeholpen spelprestatie als een ijdeldraaiende, hevig slissende en stijf rondstappende Oberon.
Ton Lutz had als regisseur niet gezocht naar een archaïserende vorm met zuilen, kothurnen of maskers. Op dit punt was zijn opvatting - gerealiseerd in de strakke maar zeer imposante decors van Friso Wiegersmazeer te loven. Maar dat hij de modernisering zover heeft gedreven dat hij het hele koor wegliet en daarmee tegen de gegevens van de tekst zelf inging met name in het eerste bedrijf waar de op de trappen zittende menigte voortdurend ter sprake komt, ging wel wat ver. In de behandeling van de koorteksten school trouwens - weer eens - de grootste zwakheid van de voorstelling. Albert Vogel moest op zalvende toon en met natte medeklinkers optornen tegen dreunend tromgeroffel vanuit de coulissen, waardoor van de toch al problematische inhoud het leeuwendeel nog verloren ging. Enny Mols-de Leeuwe was een voorbeeld van onverantwoordelijke mis-casting in de rol van Iokaste. Zij had daarvoor alles tegen: haar moderne speelstijl, haar gladde techniek haar intens-burgerlijke voorkomen en te kleine gestalte. Maar iedere bedenking laat men varen als men terugdenkt aan de in ieder opzicht schitterende prestatie die Max Croiset als Oidipous heeft geleverd. Dat was toneelspelen van een bezieldheid en intelligentie die men zelden ziet samengaan. Door zijn vertolking bracht hij de bijna onmogelijke synthese tot stand tussen al de verschillende interpretatieniveaus die van dit onuitputtelijk rijke meesterwerk mogelijk zijn: Hij toonde de onderworpenheid aan
het Griekse noodlot en demonstreerde zo de metafysische thesis, op zijn eenvoudigst uitgedrukt door ‘de mens wikt, God beschikt’. Hij pleitte voor de z.g. schuldeloze schuld van Oidipous als antwoord op de filosofische vraag naar de schuld van Oidipous in ethische zin. Hij gaf ook een psychologische interpretatie door aan te geven dat men het noodlot ook kon zien als een kracht binnen in het karakter van Oidipous zelf. Juist omdat Oidipous was wie hij was, wantrouwig, driftig, te veel overtuigd van zijn eigen kunnen, kon hij niet anders handelen dan hij deed en juist daarom is hij schuldig. Ja, zelfs bleek hij in staat zijn rol toegankelijk te maken voor de dieptepsychologie, Freudiaanse interpretatie. Zijn Oidipous wist al dat hij de afschuwelijke zonde aan zijn Vader en Moeder begaan heimelijk begeerd had. Maar bovenal speelde hij deze Oidipous als het mystieke drama van de mens die op zoek is naar zichzelf, naar de waarheid over zichzelf en die tenslotte aan de aanblik van die laatste waarheid door zelfverblinding poogt te ontkomen, omdat die alleen in blindheid, - mythisch symbool voor dieper in-zicht - te dragen valt.
De voornamelijk nuchtere en op onmiddellijk begrip aansturende vertaling van Evert Straat voldeed op het toneel uitstekend. Zij vermeed iedere vorm van opdringerige dichterlijkheid maar verviel een enkele maal in het andere uiterste van al te dagelijkse, platvloerse omgangstaal. Het is zeker winst wanneer de vanouds bekende getwijnde strikken het veld moeten ruimen voor gewone gevlochten stroppen, maar ik hoor toch liever de Engelman-vertaling met ‘verderf kome over U’, dan de Straatvertaling met het gemoedelijke maar weinig bevlogen ‘Loop naar de bliksem’.
Een gave voorstelling die voor ieder een verrijking van zijn theaterervaring kan betekenen. Een ditmaal zinvolle nieuwe zak voor oude koppige wijn.