Men heeft drie jaar lang de ongelijke strijd kunnen volgen tussen stugge onbuigzaamheid en elastische tactiek. En men heeft kunnen constateren dat het regiem opnieuw aan de verliezende hand was. De revolutie vestigde cellen in het staatsapparaat, bij de politie en de rechterlijke macht. Schandalen volgden elkaar op: het schandaal van het proces-Kovacs, het schandaal van het proces tegen Ortiz en Lagaillarde en wraakroepende schandalen van de nooit te achterhalen rechtse terroristen. Deze complotten dienden niet alleen de zelfbescherming van de revolutionairen, maar waren gelijkertijd een voortzetting van de revolutionaire actie. Want wat het revolutionaire proces op gang houdt zijn de openlijke bewijzen, tot hoe ver men ongestraft aan het gezag de gehoorzaamheid kan opzeggen. Het is een van de fouten van De Gaulle geweest dat hij deze ongehoorzaamheid, die in zijn denkwereld geen plaats kon vinden, systematisch heeft genegeerd.
Hij heeft de kwaliteiten en de manco's van een geniaal ambtenaar. Hij kan, als personificatie van de franse staat, een soepele buitenlandse politiek ontwikkelen (men zie de evolutie van de franse gemeenschap, en zelfs van zijn algerijnse probleemstelling) maar hij is blind voor de innerlijke dynamiek van de staat, waarvan zijn machtspositie de exponent is. In plaats van een binnenlandse politiek heeft hij zijn ficties: de eenheid van het franse volk, de eenheid van het franse leger. Hij heeft niet de grondslag gelegd voor een nieuw en gezond parlementarisme, en dat maakt zijn bewind tot niet meer dan een interregnum; en hij heeft bij voortduring verzuimd de revolutionaire elementen in de franse samenleving te isoleren. In de plaats daarvan beoefende hij een ambtelijk benoemingsbeleid dat de revolutionaire infectie niet vernietigde, maar verspreidde. Het is veelbetekenend dat de leiders van de revolte van vandaag de gezagshandhavers waren tijdens de revoltes van gister en eergister. De uitvoerders werden onbetrouwbaar en moesten worden vervangen, maar de vervangers werden op hun beurt onbetrouwbaar. Ook dit behoort tot het revolutionaire proces.
Er is maar één middel dat deze voortschrijdende infectie had kunnen stuiten. Dat is het traceren van een grens die niet ongestraft overschreden kan worden - en er behoort list toe om een situatie te scheppen waarin die grens zo gunstig mogelijk komt te liggen. Een doelbewuste tactiek had systematisch de gevaarlijke elementen kunnen isoleren van het geheel der franse natie zowel als van elkaar; men had achtereenvolgens
Sir Horace Mann
met kleine minderheden kunnen afrekenen. De mogelijkheid daartoe bood zich voor het laatst nog vanzelf aan tijdens de algierse barricaden-opstand van vorig jaar januari. Toen was nog het leger een passieve medeplichtige bij een revolte van het europese kleinburgerdom. De barricaden hadden de definitieve scheidingslijn kunnen worden tussen Frankrijk en de revolutie, op slechts een enkele voorwaarde:
dat er van twee kanten geschoten zou zijn. De vuurlijn had een grens getrokken die nooit meer overschreden kon worden. Men heeft zich verheugd over de humane, onbloedige beeindiging van deze revolte - de vreugde over een München. De revolte van vandaag is gebaseerd op de stilzwijgende verstandhouding tussen het leger en de burgers, die toen werd bevestigd.
Een revolutie, in zijn voortsluipende, anarchiserende fase, bestaat in de erosie van de gezagskategorieën. Maar een beslissing, in positieve of negatieve zin, is alleen mogelijk in de acute fase. Men moet in een revolutie op scherp spelen - de generaals van het Forum hebben dat eerder begrepen dan de generaal van het Elysée. ‘Elk verzet zal worden neergeslagen’ - deze ontdekking