Hollands Weekblad. Jaargang 2

Reacties van lezers

Inwijding

Onder bovenstaande titel komt in uw weekblad van 29 december j.l. een stukje voor in de rubriek ‘Korte commentaren’, dat ons eveneens aanleiding geeft tot een kort commentaar.

Het is ons opgevallen dat dit stukje aanknoopt bij een gedachtenwisseling in een huisorgaan dat niet voor de openbaarheid bestemd is. Het komt ons voor, dat geen algemeen belang gediend is met polemieken tegen gedachtenwisselingen waarvan u slechts kunt kennisnemen door de privacy, waarop iedere groep mensen recht heeft, te miskennen.

Reden, om u dit te misgunnen, hebben wij overigens niet. Wel hebben wij er bezwaar tegen dat u spreekt over ‘inzegening’, terwijl dit woord niet gebruikt wordt, ja zelfs afgewezen; over bidstonden, waarvan geheel geen sprake is; en overigens zonder zelfs melding te maken van de niet-godsdienstige strekking van het artikel in kwestie.

Dit lijkt ons een zaak van journalistiek fatsoen.

Tenslotte heeft het ons uitermate verwonderd, dat uw blad zich schaart onder die publiciteitsorganen die - zoals de Limburgse pers - slechts melding maken van het moderne humanisme als zij menen er iets kwaads van te kunnen suggereren.

Humanistische Voorlichtingsdienst

(De heer W.G. Wolters, auteur van het artikel ‘Inwijding’, schrijft ons hierover:

In een kort commentaartje heb ik destijds kritiek uitgeoefend op het plan van enkele verbondshumanisten, huwelijken humanistisch te laten inwijden. Niet omdat die huwelijksinwijding mij zoveel kon schelen, maar omdat er een mentaliteit uit sprak die mij ergerde.

De Humanistische Voorlichtingsdienst scheert dit soort kritiek over één kam met kritiek in de Limburgse pers. Gezien de positie van het Verbond, als een organisatie die naar maatschappelijke erkenning streeft, is dit misschien begrijpelijk. Maar het is een bewijs van ongenuanceerd denken als men iemand die niet voor 100% humanist is, tot vijand verklaart.

Voor het Humanistisch Verbond, als een organisatie die de belangen van buitenkerkelijken behartigt, kan ik wel sympathie opbrengen. Tegenover de Limburgse pers is het H.V. goed genoeg om verdedigd te worden. Maar ik zie niet in waarom elke kritiek op het H.V. vergezeld zou moeten gaan van een dergelijke adhesiebetuiging.

W.G. Wolters’)