Korte commentaren
Socrates
Bij het faillissement van de NV Bouw- en Handel-Mij Socrates te Amsterdam verwondert de burger zich weer eens hoeveel men zich op financiëel gebied met anderer gelden (krediet) kan veroorloven zonder gevaar te lopen met de strafrechter in aanraking te komen; de justitie legt intussen een zekere mate van belangstelling aan den dag.
Maar wat feitelijk veel interessanter is, is de reservering van de banken tegen kredietverlening die op een of andere manier fout loopt. Het is vermoedelijk nooit helemaal mogelijk een onderneming, zeker een financiële, te drijven zonder ‘stille’ reserves. De stille reserves bij de banken moeten vrij groot zijn; dat was al lang bekend. De mogelijkheid bestaat echter, dat deze stille reserves zo bijzonder groot zijn, dat men bijna geneigd zou zijn te gaan spreken van een soort ‘geheime financiële macht’. Dat wil dan zeggen, dat de grote bankinstellingen aan de hand van de mogelijkheden, die hun grote stille reserves daartoe bieden, een financiëel beleid kunnen voeren, waarop de Nederlandsche Bank geen controle zou hebben en dat tegen allerlei maatschappelijke belangen in zou kunnen gaan. De zaak-Socrates heeft een onaangename kant gekregen door de gebrekkige publiciteit, het gebrek aan openhartigheid en het gevoel bij de burger, dat er met twee maten wordt gemeten. Het krediet is in dit land altijd moeilijk te krijgen geweest. Dacht men. Het blijkt nu heel anders te zijn. Of was dat een uitzondering?
E.D.