Hollands Weekblad. Jaargang 2(1960-1961)– [tijdschrift] Hollands Maandblad– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 12] [p. 12] Gedichten D. Hillenius Reis Covadonga De wolken worden door Cantabrische kammen tot zachte regen gemolken de bergen spelen Chinees versluiering Silhouetten van koppende stieren ook gieren zijn er ik zit zo hoog dat ik hun schrake bekken zie uitsteken naar gespannen kadaverwanden en dan de zeven raven zeldzame wigstaarten krassend om eind van leven Luarca Onbeklimbare wanden bedden de zoete stroom aan de monding tussen uitstekende rotsen nog verzegeld door strandwal van zand en keien De enige die toegang heeft na lange witte golven eindeloos reikend en brekend op de drempel is de zee Finisterre (Galicia) er is geen einde de glashelderheid van woorden de wanden, de kleine cellen van gedachten misleiden de elementen zijn nog ongescheiden mist uit brekende, verbrekende, golven verbindt de avondhemel met de zee licht is in beide en ongevormd ruisen er is geen scheiding alles moet nog geboren worden Portugal alles werd schoongemaakt tuintjes, Belgische huizen, netjes gevoegde stenen ossen met geweldige sierhoorns onverdraaglijke onderdanigheid Alleen de Serra da Estrêla was te groot om te restaureren en de karvelen te zwart dodenschepen op de Douro een voor portreclame de andere vervoeren kolen Portugal bestaat alleen nog in Slauerhoff [pagina 13] [p. 13] Puerto Barizo (Malpica) zeesterrehandjes vermoorden zacht blauwe mossels de stenen slaapmuts van een slak met opgevouwen ogen duizend poten van een worm sponsachtigheden, scherven, veel scherven van skeletten, schelpen, houvasten kokers, gaten, ontzettend veel gaatjes verdwaalbaar, spatten, stuipen, leven elke dag meer eieren, meer uitkomende poten, zijtakken er is geen hart, geen grote boog van verbindende spanning los lopen er witte voeten, een lang lijf korte ronde daar, aparte kleppen een mond, vinnen misschien alleen samen het groot beweeg van golven Bezwering De woede is een slang die te lang slapen blijft lijf open laat liggen voor pijn De woede moet opgeroepen uit haar kleine mand zij is een goed vergif tegen kleinerend verdriet * Het ruisen van de bomen 's nachts is van een groter leven de pijn wordt kleiner staande op de warme grond tussen hun voeten * Dit is een leven zonder dieren een wereld van stenen en tamme planten van zinnen beroofd zinloos * Wie hier kan slapen Waar is dorst om te vervullen? Vorige Volgende