| |
| |
| |
Brieven uit Congo van een Nederlandse arts, die samen met haar echtgenoot, eveneens arts, in de buurt van Nioka (Noord-Oost Congo) werkt, in dienst van een Belgische maatschappij.
17 juli 1960
Ik weet nog niet, of er vandaag (zondag) met de post iets van jullie bij is. Gewoonlijk wordt de zondagmiddag-post over de huizen verdeeld door de kinderen van de directeur van de maatschappij, zeven, om ze wat bezig te houden en eens even van huis te verwijderen. Maar gisteren is ook die hele familie afgereisd. En vandaag de nog drie overgebleven vrouwen, waar ik mijn hoop nog op had gevestigd. De enige vrouwen, die er nog zijn in de hele omgeving, zijn de vrouw van de slager - 200 kilo - (zij zullen binnenkort wel weggaan vanwege gebrek aan klandizie), en de vrouw van de communistische garagehouder. Dat communistisch weet ik alleen van horen zeggen.
We hebben nog nooit zoveel mensen gezien als de laatste twee weken. Al die eenzame mannen komen voortdurend aan, wonen in afgetakelde huizen (vrouwen pakten alles in voor hun vertrek) die kisten zullen volgende week wel weggestuurd worden naar België via Uganda. De XYZ-mensen, die vorige maandag vroeg in een colonne van 14 auto's, samen met 7 anderen, colons en mensen van de staat, wegreden naar Kampala, zijn daar wel aangekomen, maar ondanks dringend telegram van de directeur hier naar de consul in K., nog niet teruggekomen, iets wat met een beetje goede wil in één dag zou kunnen. Ik verdenk ze er sterk van dat ze ons rustig laten stikken, tot het zeker is, dat alles hier rustig zal blijven voorlopig.
De directie in Brussel laat niets horen, zelfs niet eens een telegrammetje in de trant van: mensen houdt je maar goed. Wordt wel moeilijk voor de directeuren hier: als hij te laat de boel sluit, zullen ze het hem verwijten, en als hij te vroeg iedereen weg laat trekken, nog veel meer. In ieder geval leren we de mensen van heel andere kant kennen dan tot nu toe - de meest onverwachte mensen blijven heel kalm en anderen doen niets liever dan anderen om twee uur 's nachts wekken om een bericht, dat ze door de radio hebben opgevangen, te komen vertellen. Dat heeft ook de laatste van de vrouwen de das omgedaan.
Nu zit ik hier dus in merkwaardige positie van de enige vrouw van de XYZ, wat veel mensen ten eten betekent. Vanavond komen er zes of acht. Iedereen doodt langzamerhand zijn kippen, die zullen nu op het open haardvuur geroosterd worden. Uit goedigheid had ik het alleen met Joseph willen doen, omdat het de vrije zondag van Matthias was, maar hij kwam zojuist als een woedende buffel met stortvloed van woorden binnenrennen, waaruit ik begreep, dat hij zich zeer beledigd voelde en niet wilde, dat de andere blanken zouden zeggen dat ze bij mij slecht aten. Na twee-en-een-half jaar doe ik nog altijd dingen verkeerd tegenover ze. Ik mag ook niet zeggen, dat frites en sla toch bijna niets is, want hij wil juist horen, dat het erg veel werk is, wat een ervaren kok vereist, en niet gedaan kan worden door de huisboy.
Ook de Grieken die de enige magazijnen houden, blijven nog alsmaar weg. Iedere dag is er natuurlijk meer kans op, dat ze eens gaan plunderen, want die winkels met volle etalages en alleen een halfglazen deurtje zijn een voortdurende invite, en Nioka is op het ogenblik zeer volkrijk. Gisteren was er een meeting, waar we langs reden, maar niet bleven luisteren. Propagandavergadering voor de Jeunesse Lumumba. Wat die kinderen zullen moeten doen is me een raadsel. Een deel van de MNC, waaronder hun hoofdman, nam een voiture mee uit een verlaten garage in Nioka, en reed daarmee tegen een boom als directe straf op de zonde. Nu liggen ze vier man sterk in het ziekenhuis onder gloednieuwe dekens, op mijn zaal, omdat de chirurgiezaal al vol was en we tot nu toe nog geen aparte zaal hebben voor politiek belangrijke personen.
Tandarts uit Bunia, die hier eens in de drie maanden placht te komen, vertrekt ook ineens en met hem groot deel van de bevolking van Bunia, die alleen nog bestaat uit mannen.
Morgen komen er een paar ministers om de kaders te verafrikaniseren. Het meeste van de kaders is hem al gesmeerd, zoals ook onze zeer moedige administrateur. Ook de dokter, die hier 60 km. ten Noorden zat, is nu aan de andere kant en zegt, dat als de mensen hem nodig hebben ze hem maar bij de Engelsen moeten komen opzoeken. De Engelsen spelen ook een grote rol in het aanwakkeren van angst. Iedereen, die met ze gesproken heeft, komt terug met verhalen, dat ze precies van alles op de hoogte zijn en dat ze boos zijn, dat we niet allemaal weggegaan zijn. Ik vraag me af, wat ze daar voor belang bij hebben. Overigens worden ook aan die kant de mensen uitstekend geholpen, zoals ook bij de Fransen. Het terugvoeren naar België gaat ook gesmeerd, en onderdak en voedsel. Heb er wel bewondering voor, want b.v. Brazzaville is maar een heel klein plaatsje en het moet veel moeilijkheden gegeven hebben om zulke stromen mensen te verwerken. Er is een geweldig sterke grensbewaking, troepen en zes blanken, terwijl er anders bij zo'n kleine grenspost als Mahagi maar één Hindoe zat.
De Inspecteur de travail, een jonge jongen, heeft de tijd van zijn leven. Hij blaft de MNC-leiders af, als ze iets doen wat hem niet zint en doet niet anders dan mensen begeleiden naar de grens. De mensen durven niet meer alleen vanwege verhalen van aan- | |
| |
houden door zwarten en versperringen. Deze jongen gaat dus iedere nacht op en neer en trekt zich nergens iets van aan. Gisteren wilde ook een oudkolonel weg. Hij kreeg meteen 200 man MNC op de nek. Zij kwamen controleren of hij zijn boys wel had uitbetaald enz. De stemming is voorzover we het kunnen begrijpen wat omgedraaid. Ze willen nu niet meer, dat de blanken weggaan, want ze hebben ineens begrepen dat dat een geweldige werkeloosheid mee zal brengen. Zo b.v. het lab van de gouvernements-veearts. Eerst werkten daar drie blanken, nu geen één meer. De mensen daar werken
nog een beetje door, maar vragen zich angstig af, wie ze zal betalen aan het eind van de maand. De klerk met wie ik nu iedere dag babies in de kampen moet gaan wegen, vroeg me ook wie hun zou betalen, als alle mensen van de XYZ weggingen. Mijn antwoord, dat er dan geen betaling meer was en dat ze dan alle negenhonderd maar weer terug moesten gaan naar hun dorp om hun veldjes te beplanten, was een openbaring en iets waar hij zelf nooit op gekomen zou zijn. We hebben allemaal bezworen, dat de mannen, die maandagmorgen naar Kampala gingen, snel weer terug zouden komen, maar nu ze er nog steeds niet zijn, denken ze en zeggen dat ook, dat die mensen iets op hun geweten hadden en daarom verdwenen zijn. Dat ze bang zouden zijn voor gewelddaden komt nog niet in ze op, want alles is nog kalm.
| |
maandag 18 juli.
Gisteren was er weer geen post uit Europa binnengekomen, dat zal dus wel betekenen, dat er ergens een schakel niet meer loopt. Misschien dat jullie ook de brieven die we gewoon sturen al een tijd niet meer krijgen.
De drie vrouwen die gisteren naar Bunia vertrokken hoorden op het vliegveld, dat sinds zaterdag het inlassen van extra vliegtuigen niet meer doorgaat. Tot nu toe was het zo, dat ze een vliegtuig lieten komen iedere keer dat er 20 mensen bij elkaar waren op het vliegveld. Blijkbaaar heeft dat nu geen zin meer, omdat de omgeving bijna leeg is. Ze kwamen dus in de middag weer terug en leken min of meer opgelucht, dat vertrek weer was uitgesteld. Vreemd, want tevoren waren ze niet meer te harden.
Inmiddels zien we elkaar allemaal erg veel - sterke verbroedering - net als in de oorlog, toen we eindelijk eens een woord met onze buren wisselden.
De directeur en een ingenieur, die hoofd van het corps volontaire is, aten hier gisteren met de jonge veearts. De twee eersten brachten hun vrouwen en kinderen zaterdag weg naar vliegtuig, en zijn erg opgelucht en vrolijk. Hoofd van het corps volontaire betekent niet veel meer, want in totaal zijn er nog maar vier over. De hele rest zit aan de andere kant van de grens. Gisteren weer een alarmerend verhaal over die lieden, die alsmaar niet terugkomen. Iemand bracht zijn vrouw weg naar Kampala en keerde weer terug. Had in K. iemand van de bewuste colonne gezien, die vertelde dat de rest van de XYZ door was gereisd naar Nairobi. Heb het gevoel dat we nu de hoop dat ze ooit nog terug zullen komen wel kunnen opgeven. Het wordt iedere dag een moeilijker situatie. De zwarten doen niets meer en voor de paar mensen, die er nog zijn is er zoveel werk dat ze nooit gedaan hebben, dat zij, geloof ik, ook tot niet veel komen.
Vandaag rommel van de verpleegster (die een paar weken bescherming bij ons had gezocht en ook weggegaan is) ingepakt in kisten. De rest ga ik morgen openbaar verkopen. Dat geeft altijd een geweldige rotzooi. Klerken en andere heren trekken in grote getale binnen en willen alles kopen, maar hebben net altijd vijf of tien frank te kort. Als alles verkocht is, zijn er altijd een paar, die boos worden en kasten openmaken om te zien of er niet wat is dat achtergehouden wordt. Nam me voor ze eerst streng toe te spreken voor ik de deur open doe: geen gelazer en geen gemarchandeer etc. Krachtig en kort toespreken is altijd het beste. Ik stal zelf nog gauw wat matten en keukendingen en kussens en een lamp, zodat we nu heus in een vrij aardig huis wonen voor zolang als het nog duurt.
Ik schreef al over de MNC-leiders die in gegapte auto hun nek bijna braken. Vanmorgen deed ik zaalvisite. Bij mijn laatste bed gingen ze ineens heel hard in het Frans samen praten. Het voedsel, dat ze kregen - het is nog wel gratis door XYZ verstrekt - was voor cochons geschikt, bedden waren niet goed, gloednieuwe lakens roken muf, en évolués zouden toch anders behandeld moeten worden. Ik werd razend en duwde ze even goed onder de neus dat dat wel een heel laffe manier was om klachten te uiten. Ze beweerden dat ze hun bezwaren vergeten hadden tijdens de zaalvisite van P. Later kwamen ze in P.s' kamer. P. zei dat ze eerst maar eens hun vijftig frank moesten betalen, die tegenwoordig iedere familie moet betalen voor een heel jaar ziekenhuis en medicijnen, en dan terug moesten komen. Daarna heeft hij ze streng toegesproken. Onze pers bij MNC zal wel weer een paar graden gezakt zijn. Dat soort dingen zullen bij de dag wel toenemen. De z.g. évolués slapen net zo vuil in hun bedden als de gewone werkmannen en het enige verschil is, dat ze een mondje Frans spreken.
Vandaag alle verhalen over Russische troepen en technische troepen. P. wordt er somber en kribbig van. In geval van vercommuniseren zullen ze ons er wel gauw uitgooien. P denkt dat de grenzen dan dicht gaan en we er nooit meer uit komen. Het lijkt mij onmogelijk hier iets van communisme in te voeren, afgezien van een soort terreur, maar mensen tot gemeenschappelijk werken etc krijgen zal nog wel tientallen jaren onmogelijk blijven. Bovendien
De tekeningen (L'ancien régime) in dit nummer zijn van Slachters Keesje
| |
| |
zal alles wat zwart is altijd wel anti-blank blijven au fond. Iemand zei gisteten, dat de meest geschikte godsdienst voor hen de Islam nog was. Dat is ook de enige godsdienst, die ze nog volledig blijven beoefenen, als ze al jaar en dag geen leiding hebben gehad, terwijl katholiek en ook protestant het al gauw kwijt is.
Iedereen is schor van het vele roken.
| |
woensdag 20 juli
Grieken die de winkels hebben zijn goddank weer terug; dus Nioka zelf is weer wat bewoond.
Mensen worden op weg van hier naar Bunia gefouilleerd op wapens door MNC. Alles rustig hier.
| |
zaterdag 23 juli
Gisteren waren we in Nioka. Moesten daar blijven wachten op twee députés uit Stanleyville - god mag weten waarvan députés - die aan P. vroegen met veel omhaal en herhalingen (wat veel bier genoten onderweg) om toch vooral niet weg te gaan, want nergens meer een dokter in de wijde omtrek. Wij waren net de vorige dag in Fataki geweest, hier 40 km. vandaan om af te spreken daar eens in de twee weken het hospitaal te bezoeken. Hetzelfde zijn we van plan met Niarembe, hier 70 km ten noorden. De heren députés zeiden overal onderweg te zullen vertellen, dat de dokter eventueel langs zou komen en niet gehinderd mocht worden. P. zei krachtig, dat hij zolang blijven zou als er nog andere blanken waren en er benzine was en voedsel en medicijnen en geld om personeel te betalen. We moesten maar veel vertrouwen houden in de zwarten want alle moeilijkheden waren nu voorbij. Diezelfde morgen waren er juist troepen gearriveerd uit Mahagi, de grensplaats, waar de commandant ook is weggegaan. Ze hebben meteen de jongen, die de arbeidsinspectie deed in groot deel van de provincie en die zich nooit een blad voor de mond nam tegenover MNC etc. gearresteerd en met handboeien in auto naar Mahagi gevoerd en in de gevangenis gezet. Deze jongen was een van de weinigen, die veel voor de andere blanken gedaan heeft, door ze op ieder moment van dag of nacht te begeleiden naar de grens en dan alleen weer terug te komen. De directeur en de oudste ingenieur gingen gisterenmiddag proberen hem los te krijgen, maar ze willen hem niet kwijt - ze hebben hem gearresteerd, toen ze zijn auto fouilleerden op wapens en die vol granaten vonden. Waarschijnlijk zijn dat alle granaten die de administrateur achtergelaten heeft bij zijn overhaaste vlucht een week geleden en die hij nu over de grens wilde brengen. Gisteravond waren de directeur en de ingenieur om tien uur 's avonds nog niet thuis. Meteen krijgsraad van het overgebleven troepje, dat iedere keer
inkrimpt. Verhalen, dat directeur ook al gevangen was gezet, omdat hij Belgische para's gevraagd zou hebben per telegram (dat is onze enige verbinding met de buitenwereld en die wordt verzorgd door zwarten van MNC, dus niet geheel geheim). De jeep met twee anderen reed uit met afspraak, dat we hen zouden gaan zoeken, als ze binnen het uur ook niet terug waren. Probeerden tevergeefs telefonische verbinding met Mahagi te krijgen, waar iedereen al sliep.
Vanmorgen grote opschudding: het hele leger met de zwarte administrateur uit Mahagi kwam huiszoeking doen op het ziekenhuis. Willen maar met moeite geloven, dat een dokter geen wapens zou hebben. Bij ons traden ze erg netjes en rustig op. In een boerderij van één van de XYZ en bij een van de mensen thuis zijn ze veel bruter opgetreden.
Inmiddels was de directeur weer terug: ze hadden hem de hele nacht in Nioka vastgehouden, omdat hij toen al te horen kreeg, dat ze naar wapens zouden komen zoeken, en ze niet wilden, dat hij iedereen zou waarschuwen. Ze hebben hem keurig verzorgd; werd in huis van de gevluchte administrateur gezet, bedden werden opgemaakt met achtergelaten tafellakens, voedsel bestond uit blikjes sardines en water was er niet om te drinken, zodat ze grote glazen Grand Marnier kregen - zowel directeur als de ingenieur, die erbij was, zijn zeer sober in gewone leven.
| |
zondag 24 juli
De man van de arbeidsinspectie blijkt alweer teruggebracht te zijn en doorgestuurd naar Bunia. Hij zal het land wel uitgezet worden. Verhaal van granaten in auto was niet waar en ook hij is erg netjes behandeld. Hij werd ervan verdacht spion te zijn ‘pour l'étranger’, wat voor buitenland is hun zelf ook niet duidelijk. Dat steeds op en neer rijden naar de grens en dan weer terug komen leek hun verdacht.
Gisteren bij het wapens zoeken werd ook ineens de slager gearresteerd, die een karabijn of zo iets heeft om de beesten dood te schieten. De slagersvrouw kwam razend bij de zwarte administrateur binnen hollen: ‘maintenant je ne tue plus’, wat weer even de gedachten de verkeerde richting op deed gaan. Veel zwarten kopen goedkoop vlees bij de slager, en het was dus als bedreiging bedoeld, niet dat ze nu haar leven zou beteren. De slager mag nu eens per week geweer gaan halen bij administrateur en onder bewaking van soldaat een koe gaan dood schieten.
Ik heb de vingers bloedig gestikt om twee rodekruisvlaggen te maken. Zeldzaam mooi geworden. Is bedoeld om op de auto te zetten, als we bv. naar de twee andere ziekenhuizen gaan. Dat moeten we nu nog even uitstellen. Voor het ene ziekenhuis moeten we door Mahagi en daar schijnen ze mitrailleurs langs de weg te hebben opgesteld en te schieten op alles wat zich vertoont. Overal op de wegen zijn ook versperringen opgezet tot vlak hierbij. Is vooral uit angst voor de blanken. Er lopen de vreemdste verhalen over wat de blanken wel niet van plan zijn en voorbereiden. Een man even buiten Nioka vroeg een paar mensen ten eten - hij kookt zelf en erg bijzonder. Meteen werd er gezegd, dat ze daar krijgsraad hielden om te beslissen, hoe ze de zwarten te pakken zouden nemen. In het pest-centrum, waar we laatst waren, zijn drie Europeanen helemaal gek geworden, zitten met drie mitrailleurs in de rimboe en schieten op alles, wat er beweegt. Ze hebben al een paar zwarten doodgeschoten, vandaar dat die zo bang zijn. Ook kwamen ze een keer tevoorschijn op de markt en gingen als gekken schieten, waarna ze in de rimboe verdwenen.
Ze schijnen nu ook voor Nioka om UNO-troepen te hebben gevraagd, maar het telegram zou niet doorgestuurd zijn. Eigenlijk is alles erg rustig steeds, afgezien van dergelijke spanningen als verdwenen directeur en huiszoekingen.
Een van de soldaten van de huiszoeking had takken op zijn helm, alsof we in volle oorlog waren. Hij wilde mijn zalen zien en mijn bureau, wat ik niet heb. Ik ontdooide hem door naar zijn dorp te vragen, hij liet meteen een papier zien met behandeling, die hij had genoten bij één van de gevluchte doktoren voor geelzucht. Hij vroeg erg beleefd om nog zo'n injectie, die we hem maar gaven, zodat het hele zoeken verder vergeten was.
De bank in Bunia, waar al het geld van de XYZ over loopt is geplunderd. Dus er zal wel geen geld uit België meer aankomen, wat betekent dat aan eind van de maand alle werklieden nog betaald kunnen worden maar dan ontslagen moeten worden. Dat betekent acht à negenhonderd zwarte werkelozen. In dat geval worden ze natuurlijk zo opgewonden, dat we gauw moeten proberen te verdwijnen. Laatste zou wel eens een probleem kunnen wor-
| |
| |
den, want alle grensposten bewaakt nu en je kan er niet meer uit. Iets wat we tevoren natuurlijk wel hebben zien aankomen. Waarschijnlijk wordt het zo, dat je er nog wel uit kan, als je alles wat je bezit, misschien wel auto incluis, achterlaat.
Er is nu een telegram uit Brussel aangekomen: ‘houdt je maar goed, en houdt het vol, tot het te gevaarlijk wordt’. Dat zouden we toch wel doen, maar het geeft toch een prettig gevoel, dat ze er nog aan denken, dat je bestaat.
Woensdag zouden alle kisten met ingepakte spullen verstuurd worden. De man die ze begeleidde werd op de weg naar Bunia drie maal aangehouden door zwarten, die hem afrieden door te rijden, want in Bunia zouden alle blanken doodgemaakt zijn. Na de derde keer wist hij niet meer wat te denken en keerde maar terug. De kisten staan nu in Nioka, zullen er wel nooit meer weg komen. Maar iedereen zegt zakelijk, dat de verzekering (die op het ogenblik dubbel is) geldt en dat ze het dus mogen gappen.
Weer een bezoekje van een familie - ze hebben na geruststellende berichten van laatste dagen weer moed gevat en rozenstruiken opgegraven, die ze nu gaan planten.
Het is grappig te zien hoe iedereen toch onder de invloed raakt van de verhalen die Lumumba vertelt. Als hij zwart zegt, is iedereen somber, zegt hij wit, is alles weer vrolijk, terwijl dat laatste toch helemaal al niets zegt, want iedere dag is het weer anders. Hij beweert dat het aan de Belgen ligt, dat de financiële toestand zo rot is, maar belooft een dag er na aan hele werkende bevolking 30 procent loonsverhoging We hebben vroeger eens een film gezien, die in een vrije negerstaat speelde - gaat er erg op lijken. Iedereen die iets meer is dan dorpsneger, voelt zich te goed voor gewoon salaris, speelt heer. Moeilijk te vertellen, erg grappig om mee te maken, vooral waar het ons toch altijd niet zo raakt als de rest, want werk brengt ons in uitzonderingspositie, vooral nu al de andere doktoren weg zijn (ook het hele Protestante Amerikaanse zendingshospitaal ± 70 kilometer ten Oosten).
Schreef ik al, dat in Mahagi de zwarten die het bestuur overnamen, de kas leeg vonden, dat een colon die wegging voor de ogen van zijn werklieden zijn radio kapot gooide met de woorden: ik niet, dan jullie ook niet, dat ze de instrumenten om landopmetingen te doen ook kapottrapten voor de ogen van de mensen. Zulke dingen zullen wel extra haat aanwakkeren. Hoorde van een andere post, waar het geliefde spel van de bewoners was om cowboy te gaan spelen 's nachts. Ze gingen in een jeep het kamp van de zwarten binnen en reden drie keer op en neer al schietend met twee revolvers, alle zwarten natuurlijk in doodsangst.
We bezochten ook een familie, die midden in rimboe boterfabriek heeft, twee mensen van ongeveer vijftig jaar en oude moeder van 84. Zeldzaam vrolijk en gek, is een verademing, die familie te zien na alle sombere gezichten, die je hier steeds tegenkomt. Alle andere colons uit de omgeving zijn weg nu, maar ze maken nog rustig boter. Als enige verdedigingsmaatregel heeft hij op zijn barsa (is soort galarij) twee cylinders met ammoniak opgesteld. In geval van nood richt hij die op zijn aanvallers, wat niet zo prettig schijnt te zijn. Een paar dagen geleden was ook hij wat over zijn toeren gejaagd door iemand die er steeds op bezoek kwam en nauwelijks goedendag zei, maar meteen naar de radio holde en de golflengte opzocht, waar ze om hulp riepen, tweeënveertig. Dat is natuurlijk niet om kalmte bij te bewaren. Zijn vrouw raakte zo geïrriteerd daardoor, dat ze iets heel slims bedacht: iedere keer dat hij over tweeënveertig meterband geklonken zat, zette zij haar rekenmachine aan - ze doet de boekhouding van de fabriek - en ging ellenlange delingen en vermenigvuldigingen maken, zodat radio zo kraakte, dat hij niets meer hoorde. Nu is hij weer geheel gekalmeerd en heeft gelachen om haar vondst.
Ik ken niemand die zo kan lachen als deze man, in deze tijd erg belangrijk.
Meel is er niet meer in de winkel en suiker ook bijna niet meer. Verder hebben we alles van XYZ of van de zwarten, zitten goed wat dat betreft.
Directeur heeft een telegram gestuurd naar Brussel met namen van mensen, die hier gebleven zijn en namen van de XYZ-mensen, die ons rustig hebben laten stikken en nog steeds in Nairobi zitten op kosten van de consul ondanks herhaalde telegrammen van directeur hier om direct terug te komen. Van Brussel kregen diezelfde mensen ook een telegram om daar in Nairobi te blijven afwachten en van de consul de boodschap om of te vertrekken naar België of naar Congo terug te keren. Zal moeilijke beslissing voor ze worden na feestelijk leven van twee weken. We hebben al plannetjes gemaakt om ze af te rossen, als ze terug mochten komen, ze allerlei werkjes te laten doen, auto's te laten doorsmeren etc. Fantasie viert hoogtij, wat dat betreft. Het is ook eens een verzetje na alle ‘heb-je-gehoordgepraat’.
Waar we vooral op gebeten zijn, is de man (met vrouw en kinderen tevoren al naar België afgereisd), die alleen meeging met een stationwagon van de XYZ om benzine te vervoeren voor al die auto's, als de Engelsen die niet zouden verschaffen. Die man is ook naar Nairobi meegegaan en niet meer teruggekomen, terwijl hij niet verder dan de grens hoefde, want daar bleek al, dat er benzine verschaft werd. Hij had dus dezelfde dag al weer terug kunnen zijn. Later bleek ook nog, dat hij al zijn eigen koffers had meegenomen en dus van het begin af aan al niet van plan was terug te komen. Je leert de mensen wel kennen. Allemaal lieden die de mond vol hadden, de ze die zwarten wel zouden leren, in het corps volontaire zaten, zouden gaan patrouilleren 's nachts, alleen meegingen om arme schapen van vrouwen naar onderste tree van het vliegtuig te brengen, voor die tijd konden ze blijkbaar niets zelf doen.
Hele wapenvoorraad van de XYZ is ook opgepakt. Was toch al niet veel waard, wat oude geweren van 1940 met kromme lopen. De zwarte soldaten hier hebben prachtige, moderne geweren, waar iedereen jaloers op is, de kenners dan, zodat we in geval van nood er toch niet tegen op zouden kunnen.
De drie vrouwen, die vorige week onverrichterzake terugkwamen, kunnen nu ook niet meer weg, want naar Bunia gaat niemand nog. UNO-troepen daar niet sterk genoeg. De ene vrouw wilde alleen weg, omdat man zo onmogelijk werd. Is inderdaad soms niet meer om te harden. De andere twee zijn zelf niet meer veel waard door verhalen van oude
| |
| |
veearts, de Pool, die somber en ook halfziek rondloopt, niet veel meer doet dan anderen in de put duwen.
| |
woensdag 27 juli
Als je ooit al deze brieven krijgt, mag je ze uitgeven. Zondag, drie dagen geleden, kwam ineens de opgepakte inspecteur de travail terug uit Bunia, waar hij keurig behandeld was en meteen losgelaten. Hij had tien man UNO-troepen (zij gingen dezelfde avond weer terug naar Bunia) meegebracht en was daarmee ten Noorden van Nioka geweest om naar pestgevallen te kijken met één van de twee blanken, die nog overgebleven zijn op het grote ziekenhuis in Bunia. De man, die dat eigenlijk zou moeten doen in het speciale pestcentrum is ook al weg. We gingen even met hem mee: alle soldaten zaten opgesteld in het huis van één van de Griekse commersanten met glazen whisky, slaperig en erg verlegen. Spraken alleen Ethiopisch, wat conversatie bemoeilijkte. Eén van de Grieken sloeg al lachend kruisen tegen die goedige jongens en riep steeds ‘Jesu’ - bedoelde daarmee dat hij ook grieks-katholiek was. zoals bevolking in Ethiopië. Geheel was bijzonder grappig. Ik verval de laatste weken meer in uitersten dan ooit tevoren, van erg boos tot heel hard lachen.
Maandag gingen we met grote rode kruis vlaggen op de stationwagon van de XYZ, met een infirmier om eventueel te vertalen, naar een ziekenhuis 80 km hiervandaan, Niarembe, waar dokter dus ook weg is. In de grensplaats Mahagi waar we doorheen kwamen, gepraat met de administrateur om toch vooral de mensen van de XYZ, die op terugreis zouden zijn, door te laten. Ze hebben een telegram gestuurd, dat we benzine naar de grens moesten sturen. Ze hebben hun auto's ergens in Uganda (of in het ergste geval in Nairobi) achtergelaten en zijn alleen met een ‘station’ van de XYZ tot grens gekomen. Daar liet de zwarte douane ze heel terecht niet door, omdat ze met zes auto's eruit waren gegaan. Vraag mij af, wanneer ze eindelijk eens terugkomen. Ze hebben van Brussel bekrachtiging van bevel van directeur hier gekregen om direct terug te gaan en niet meer te blijven feesten in Nairobi. Nu rekken ze het dus nog wat met kletsverhalen over benzine-tekort. Tweeënhalve week nu al weg.
Op weg naar Niarembe kwamen we de auto tegen, die de twee député's uit Stanleyville, die we al Zaterdag ontmoet hadden, naar Nioka terugbracht. Er werd meteen gestopt en handen gegeven. Langzamerhand worden we als oude vrienden beschouwd. Wel overal soldaten en ook aangehouden, maar iedereen even vriendelijk en beleefd. We hadden het gevoel, dat iedereen al wist, dat P. als enig overgeblevene nu de andere ziekenhuizen ging doen. Nog nooit werden we zoveel toegewuifd.
Het ziekenhuis daar ligt bijzonder mooi, kijkt uit over Albertmeer, is al erg oud, niet erg modern uitgerust, midden in de savannen, aardige paters. Ook daar in Niarembe is niets gebeurd. Ben ervan overtuigd dat zo massa's mensen gevlucht zijn zonder enige reden. Vaak gingen de vrouwen eerst weg en een paar dagen erna de mannen, met als excuus, dat ze niet zonder hun vrouwen konden. Ik heb nog nooit van zoveel tedere huwelijken gehoord als de laatste weken.
Nu gaan we naar andere ziekenhuis, Fataki, 40 km hiervandaan.
We kwamen er een uur te laat aan, maar aangezien bijna alle blanken weg zijn hinderde het niet. Zwarten zijn er daar ook bijna niet in het ziekenhuis, want er lopen onder hen de meest gruwelijke veronderstellingen, die allemaal neerkomen op het ‘een complot smeden van de blanken om alle zwarten dood te maken’. Als ze dus niet doodziek zijn, durven ze niet uit hun dorpen weg te gaan naar het ziekenhuis. Gisteravond kwam de hoofdverpleger James, die één van de meest geëvolueerden is hier, bij P. raad vragen of hij zijn vrouw zou wegsturen naar haar dorp in de buurt van Stanleyville. De reden was, dat hij geloofde in het verhaal, dat de man van de garage in Nioka, die ook nog steeds in Uganda zit, een geweldige bom begraven zou hebben; daarom waren al de blanke vrouwen weggegaan. Op een goede nacht zouden ook alle blanke mannen weggaan en dan gauw bom laten ontploffen, zodat een gebied van ongeveer 40 km2 in de lucht zou vliegen - dat is ongeveer de hele XYZ-concessie. Je kan daar niet tegenin praten, want in hun hart geloven ze het toch en b.v. niet de verhalen, dat er vrouwen en kinderen mishandeld en verkracht zouden zijn in de bas-Congo.
In Fataki was alles rustig, heerlijk tochtje in open auto. Na afloop gingen we nog even langs de mensen met de boterfabriek in de rimboe in de hoop weer eens vrolijke gezichten te zien. Helaas was er een jonge colon, die wij ook wel kennen. Hij staat op het punt de hele boel in de steek te laten, 600 stuks vee, wat een kapitaal betekent. Anderhalf uur lang geraas aangehoord over weggaan, tegengesproken door boterboer en vrouw, en ons af en toe. De vrouw van de boterboer zag er erg moe uit, vertrouwde me later toe, dat dit hysterisch geroep en gehuil al drie dagen bij hen in huis doorging, waartegen zij steeds goedig probeerden te argumenteren. Eigenlijk was er nog niets bij hem gebeurd, behalve dat de chefs uit de omgeving af en toe bij hem kwamen om te vertellen, dat ze een bepaald stuk grond van hem zouden nemen en een paar anderen, dat ze met hem samen in zijn huis zouden komen sterven. Is natuurlijk niet zo prettig, maar nog geen reden om alles zomaar cadeau te geven. De meeste van die colons zijn mensen, die jaar en dag hard gewerkt hebben om iets te bereiken en het grootste deel geeft zonder slag of stoot alles op.
Ook uit Nioka is gisteren weer een colon afgereisd, z.g. om twee maanden in Stanleyville te gaan werken, maar tegen de boterman heeft hij gezegd, dat hij er genoeg van had. Een andere colon, die we kenden, 25 jaar hier en reusachtig geheel opgebouwd, Witrussen, gingen vlak voor onafhankelijkheid naar België, omdat ze ‘nu zo graag eens een kuur in een Kurort wilden doen’. De jongen, die hun helper is, moet nu in zijn eentje proberen alles zo goed mogelijk te handhaven zonder enige richtlijnen. Bij hem zijn laatst een paar als soldaat gekleden geweest om geld en wapens te vragen - bleken oud-soldaten te zijn, die van de gelegenheid gebruik maken om afgelegen wonende blanken schrik aan te jagen en te bestelen. Van een stokoude Rus, die daar in de buurt woont, hele dag whisky drinkt, met 20 katten, hebben ze alle petroleumlampen en geweer gestolen. Nu alle wapens afgenomen zijn door administratie, is iedereen veel kwetsbaarder, en geeft veel eerder toe.
Onze bevriende député's uit Stan hielden gisteren een bijeenkomst voor het hoofdbureau van de XYZ, voor alle werknemers. Er waren er niet zo gek veel. De man hield een toespraak in de trant van: nu allemaal flink hard werken, niet meer denken aan alles, wat jullie beloofd is, Congo staat er niet zo goed voor, belastingen betalen gaat gewoon door. Stemming kwam er natuurlijk niet erg in, benijd die député's niet in hun taak. De zwarten willen alleen maar horen, dat alles melk en honing zal worden, en zeker niet ‘als XYZ weggaat, omdat jullie te lastig worden, is er ook geen salaris meer etc.’. Verreweg het grootste deel denkt, dat, als de blanken maar weg zijn, zij het fijn zullen hebben; niemand denkt zover, dat zelfs als de blanken weggaan met achterlating van alles, dat binnen afzienbare tijd ook op zal zijn en toestand veel minder dan het nu al is.
|
|