Cabaret-bespreking
Hermans did come back!
H. van den Bergh
Hij doet het hem toch maar! Zo ongeveer is Uw eerste reactie als theaterliefhebber-fijnproever na afloop van de derde Toon Hermans' One man show. Een eerste poging om het onweerstaanbaar opkomende gevoel van bewondering te kanaliseren en in redelijke banen te leiden. U hebt zich immers als rechtgeaard intellectueel eerst wat verdwaald gevoeld in een sfeer die niet de Uwe is, temidden van het bruiloften-en-partijen-publiek dat het Centraal Theater bleek te bevolken. Met een nauwverholen highbrowreserve hebt U de eerste lachsalvo's aangehoord, voor U zich gewonnen kon geven. Maar dan: Hij doet het hem toch maar! Meer dan twee en een half uur, (bijna) voortdurend alleen achter de microfoon; twee en een half uur eigen conférences, eigen liedjes, eigen melodieën, maar vooral een eigen stijl en een eigen authentieke persoonlijkheid. Want het is duidelijk dat Hermans aansluiting zoekt bij dit allereenvoudigste publiek, niet omdat het de meeste zalen vult maar omdat hij werkelijk een der hunnen is. Een dichterlijke, hartverwarmende en uitgeslapen theaterman, maar ook een superieure moppenverteller uit een volkscafé.
De derde Hermans-show is er. Beter dan de eerste en toch eigenlijk wel net zo goed als de tweede. Minder uitgesproken hoogtepunten ditmaal, maar ook gaver, meer een eenheid en ontdaan van de soms wat hinderlijke schooljongens-bravoure. Zijn thema's zijn telkens weer de allereenvoudigste: wat bloemetjes, wat ballonnetjes en een kinderlijke verliefdheid op zon, zomer en het zwakke geslacht, maar dit alles gebracht met een verre-van-kinderlijk raffinement bij het bespelen van de zaal, die hij ongeveer ieder kwartier naar een nieuw hoogtepunt voert en dan weer weet af te remmen tot nieuwe aandacht voor de lieve dingen om ons heen.
We kenden reeds zijn wonderlijke taalgebruik dat is als van een kleine jongen die stilletjes voor het slapen gaan woordjes ligt te herhalen als ‘paars’ en ‘vijver’ tot ze los zijn geraakt van hun gewone betekenis en