Korte commentaren
Aanslag op Chroestsjov
Omdat ik door het leger nog steeds achter de hand word gehouden om in geval van oorlog direct in het vuur geworpen te kunnen worden volg ik de bewegingen van Chroestsjov met een argwaan, die moeilijk in overeenstemming is te brengen met de rondborstige jovialiteit die de man zelf onder de meest benarde omstandigheden weet op te brengen.
Begrijpt u mij goed: ik verwacht geen moment dat hij, met het hem eigen gevoel voor de historische daad, een lont in de vlam bij het graf van de onbekende soldaat zal steken, maar ik houd wel mijn hart vast als hij zich handenschuddend tussen de menigte begeeft, die immers voor een aanzienlijk percentage uit communistenhaters bestaat en voor een gering percentage uit rare snuiters die nu eens een doek van Rubens stuksnijden om in het nieuws te komen en dan weer een Russisch staatsman doodschieten. Want je kunt nog zoveel mensen naar Corsica of Sint-Helena sturen, er blijft er altijd wel eentje over die al juichende kans ziet een handgranaat ter grootte van een aardappel over een afstand van twintig meter weg te werpen.
Omdat de dood van Chroestsjov de Russen gemakkelijk tot een derde wereldoorlog zou kunnen verleiden heb ik dus mijn gedachten laten gaan over de maatregelen die zo'n oorlog zouden kunnen voorkomen. Er lijkt mij er slechts één voldoende te zijn, en dat is een spectaculaire zelfmoord van het ontvangende staatshoofd. Bij Chroestsjovs bezoek aan Amerika heb ik, met slechts deze ene remedie achter de hand, een paar moeilijke dagen doorgemaakt, want laten we eerlijk zijn: Eisenhower was een groot generaal en hij is een nog groter president, maar hij is niet de figuur voor het grote gebaar.
In die dagen speet het mij voor het eerst dat Nixon geen president was. Hij zou, na een aanslag op Chroestsjov, met vrouw en hond voor de televisie zijn verschenen, zich huilend tot zowel het Amerikaanse als het Russische volk hebben gewend en zich daarna, in close up, en met een deels verheerlijkte, deels vastberaden uitdrukking op het gezicht, een kogel door het hoofd hebben gejaagd. Chroestsjov en Nixon zouden samen begraven zijn, en er zou nooit meer oorlog zijn geweest.
Met De Gaulle ligt het iets moeilijker. Als dat nodig en nuttig was zou hij natuurlijk geen moment aarzelen om zelfmoord te plegen, maar hij zou toch wel even overdenken of zijn dood, behalve aan de wereld en de vrede, ook aan Frankrijk ten goede zou komen. En hij zou misschien twijfelen. Tenslotte echter zou hij inzien dat de geschiedenis meer waard is dan Frankrijk en hij zou op een bijzonder waardige en litteraire wijze zelfmoord plegen. Niet vulgair voor de televisie, maar in stilte, op een plek bijvoorbeeld waar Clemenceau een historische daad heeft verricht, of in Verdun, om verband te leggen tussen zijn daad en de verschrikkingen van een oorlog. En hij zou een brief achterlaten waarin hij in sobere bewoordingen de reden van zijn zelfmoord aangaf, en die hij zou eindigen met de woorden: ‘Vive la France! Vive la paix!’
N.S.